Door Mildred Hofkes
Het thema leiderschap, of liever het gebrek daaraan, blijft terugkomen in relatie tot het thema goed bestuur in Nederland. Mijn inziens heeft dit alles te maken met blinde vlekken, denkfouten en groepsdenken binnen de toon aan de top.
Sinds de financiële crisis in 2010 zijn er honderden en honderden rapporten en codes geschreven over goed bestuur en nieuw leiderschap. Er zijn parlementaire enquêtes uitgevoerd over het thema ‘goed bestuur’ tijdens de financiële crisis, de gaswinning in Groningen, het toeslagenschandaal. Steeds was de conclusie hetzelfde; te weinig langetermijnperspectief, te weinig stakeholder-inclusief, te weinig generatie-inclusief, te weinig natuur-inclusief. Teveel ‘old boys’ met blinde vlekken, te veel groepsdenken en daardoor te veel denkfouten met grote menselijke en maatschappelijke gevolgen.
Ik schrijf in deze column eigenlijk nooit over personen, maar wil mijn punt rondom de toon aan de top in relatie tot goed bestuur graag toelichten aan de hand van een concrete case; die van WNL-omroepbaas Bert Huisjes. Er zijn overigens veel meer cases aan te dragen in relatie tot blinde vlekken aan de top, en de denkfouten die daaruit voortkomen, maar om het concreet te maken beschrijf ik hier de bestuurlijke crisis bij Omroep WNL.
Nog even in herinnering de context: Begin dit jaar bracht de Commissie van Rijn haar onderzoeksrapport naar buiten over grensoverschrijdende gedrag binnen de publieke omroep van (informele) leiders op de werkvloer, met als belangrijkste conclusie het wegkijkgedrag van bestuurders en toezichthouders. Onder de veelzeggende titel: Niets gezien, niets gehoord en niets gedaan, benadrukte de Commissie van Rijn dat directies in belangrijke mate verantwoordelijk zijn voor de omroepcultuur: als medewerkers ervaren dat een directie keer op keer niet ingrijpt bij signalen, kan grensoverschrijdend gedrag langzaam ‘normaal’ worden. De commissie constateerde dat op alle niveaus ‘te veel is weggekeken’ en dat sprake was van passief leiderschap, ook bij directies. De permanente stoelendans waarin bestuurders in Hilversum met elkaar zijn verwikkeld, vergroot de risico’s daarop, stelde de commissie. ‘Gevoelens van machtsmisbruik, vriendjespolitiek en het ‘kopen’ van loyaliteit worden bevorderd wanneer medewerkers langdurig afhankelijk zijn van de beslissingen van enkele personen.’
Direct na het uitkomen van het rapport Van Rijn kwam het verhaal over grensoverschrijdend gedrag van oprichter en hoofdredacteur van WNL Bert Huijses naar buiten via het AD. De krant interviewde destijds 25 (oud-) medewerkers van WNL die vertelden over het grensoverschrijdend gedrag binnen de omroeporganisatie. Het ging daarbij vooral over stelselmatige intimidatie en pestgedrag. Eva Jinek legde uit op Radio 1 dat ze dit gedaan had om jonge mensen te helpen. Eva stelde: ‘een plek waar gepest en geïntimideerd wordt, is niet een normale werkplek.’ Ik vond dat dapper en betekenisvol van haar, zeker gezien haar maatschappelijke positie als gevierd presentator.
In eerste instantie bleef de Raad van Toezicht onder leiding van Loek Hermans achter bestuurder Bert Huisjes staan, zij zagen het probleem niet (blinde vlek). Uiteindelijk werd Bert Huisjes onder toenemende druk van buitenaf toch op non-actief gezet en kondigde dezelfde Raad van Toezicht aan een ‘onafhankelijk onderzoek’ in te stellen. Ik wil niet cynisch klinken, maar dit soort onderzoeken kennen we; er wordt een duur consultancybureau ingehuurd (door de Raad van Toezicht zelf notabene) om vervolgens te onderzoeken wat er nu precies was voorgevallen onder toezicht van diezelfde toezichthouders.
De vraag was of Bert Huisjes iets viel aan te rekenen. In september van dit jaar kwamen de conclusies naar buiten, en … Bert Huisjes kon volgens het ‘onafhankelijke’ rapport gewoon terugkeren, want ‘er zou geen sprake zijn van juridisch verwijtbaar grensoverschrijdend gedrag’. Wel toonde Huisjes een ‘te directieve stijl en soms horkerige manier van leidinggeven’. Hij mag weliswaar niet meer terugkomen als hoofdredacteur, maar wel als bestuurder bij WNL, zo stelde de Raad van Toezicht in eerste instantie (inmiddels is de RvT in beraad over dit besluit, red).
Het rapport werd verder niet openbaar gemaakt en melders voelden zich compleet overvallen.
Veel (oud-) medewerkers reageerden ronduit verslagen op het (eenzijdige) besluit van de Raad van Toezicht om Huisjes terug te laten keren. Ook de NVJ, het Commissariaat voor de Media, het ministerie van OCW en de voorzitter van het College van Omroepen zetten vraagtekens bij de manier hoe ‘de top van de omroep WNL’ was om gegaan met medewerkers die zo dapper genoeg waren geweest om melding te doen van het grensoverschrijdende gedrag van Huisje.s
Een helder voorbeeld van blinde vlekken, groepsdenken en denkfouten binnen een bestuur met beperkte perspectieven. Dit alles heeft natuurlijk weinig te maken met ‘goed bestuur’ of met transparante besluitvorming. Wat we hier zien is old-boys-met-blinde-vlekken-gedrag. We weten inmiddels hoe ondermijnend dit soort bestuurlijk gedrag is voor de continuïteit van de organisatie. Het is jammer dat de Raad van Toezicht blijkbaar niet openstaat voor stakeholders-inclusief-bestuur en de signalen van buiten naar binnen haalt, waardoor zij de blinde vlekken in hun eigen besluitvorming ontdekken. Het is ook jammer dat diezelfde Raad niet doorheeft wat het effect is van hun besluitvorming op jong talent binnen de organisatie, laat staan zich laat spiegelen door deze ‘stemmen van de toekomst’. Tot slot is de vraag hoe toekomstbestendig een dergelijke RvT is zonder enige verbeeldingskracht over de impact van hun besluit.
Maar ik heb goed nieuws; alle inzichten over vijftien jaar goed bestuur gaan we verwerken tot een Assesment voor Toekomstbestendig Bestuur! Want we kunnen besturen blijkbaar niet overlaten aan de ‘pluche-plakkers- met oogkleppen’ die nu onze bestuurskamers bevolken. We hebben toekomstbestendig bestuur nodig, met nieuwe bestuurlijke vaardigheden vanuit een objectiever toetsingskader.
Helder water stroomt van boven, en ik denk dat al die dappere vrouwen die zich openlijk hebben uitgesproken over het wangedrag dat hen ten deel is gevallen bij WNL en breder binnen de publieke omroep en ook daarbuiten, beter toezicht verdienen dan dit.