Toch kan het p2p-model volgens sommige specialisten zelfs een zegen zijn voor de tv-wereld. Maar bedreigingen zijn er ook, meldt de Belgische zakenkrant De Tijd.
De hype rond YouTube, de Amerikaanse site voor het uitwisselen van videobeelden, toont het overduidelijk aan: 2006 is het jaar van de doorbraak van het beeld op het internet.
Maar niet alleen particulieren vinden de weg naar het web met hun zelfgemaakte filmpjes. Er is ook almaar meer professioneel materiaal beschikbaar, zelfs van de grote filmstudio's en gerenommeerde omroepen.
De lijst met websites die de pc omtoveren tot een tv-scherm is lang. Maar ze bieden niet allemaal dezelfde kwaliteit. Ook met de wetgeving en de auteursrechten nemen ze het niet allemaal even nauw.
Zo kun je vraagtekens plaatsen bij het feit dat voetbalwedstrijden uit de hoogste klasse in Nederland (soms) live te bekijken zijn via Chinese sites.
Heel wat aanbieders van web-tv gebruiken het p2p-model. Dat houdt in dat het systeem alleen maar werkt bij de gratie van een grote groep surfers die een deel van de kracht van hun computer en hun bandbreedte inzetten.
Hun pc's halen beeldmateriaal binnen en sturen dat door naar andere internetgebruikers wanneer die erom vragen.
De p2p-technologie maakt het gebruik van centrale servers overbodig. Daarop wordt al het beeldmateriaal opgeslagen, zoals YouTube doet. Vooral daarom hebben de spelers uit de beeldindustrie, zoals de tv-omroepen, zoveel belangstelling voor het p2p-model, denkt De Tijd.
'Omroepen kunnen niet anders dan het internet, door zijn opmars, inzetten als extra distributiekanaal. Maar het gebruik van servers met de nodige bandbreedte erbij is erg duur. P2p is de perfecte oplossing omdat de kostprijs gedeeld wordt door de gebruikers', zegt Rutger Beckers, adviseur nieuwe media van de VRT in de krant.
'P2p biedt ook een oplossing voor de illegale verspreiding van beeldmateriaal. Je kan het materiaal zo versleutelen dat het een gesloten en gecontroleerd systeem wordt.'
De VRT testte in de zomer met 10.000 luisteraars van Studio Brussel de p2p-technologie voor de almaar populairdere webuitzendingen. De omroep onderzoekt nu de mogelijkheid p2p permanent in te zetten, althans voor radio. Voor tv zijn er nog geen plannen.
P2p is niet alleen zaligmakend voor de tv-sector. 'Omroepen die niet de weg van het internet opgaan, dreigen zichzelf uit de markt te prijzen', zegt Beckers.
Anderen zien in de p2p-aanbieders van tv-programma's een bedreiging voor de klassieke verdelers van dergelijke programma's die alleen maar tv-signalen distribueren. Want wie tv kijkt via zijn pc doet dat minder op de klassieke manier, bijvoorbeeld via de kabel of de satelliet.
Jongeren plukken al heel veel 'content' van het net. Vele jongeren kijken tv op hun pc. Ze zitten al vele afleveringen verder van 'Prison Break' en 'Lost' dan de tv-kijkers. Het afgelopen jaar is de hoeveelheid videomateriaal op internet geëxplodeerd. Video op het internet kent een veel snellere acceptatie dan digitale tv, zegt een betrokkene in de De Tijd.
Een p2p-initiatief voor tv-uitzendingen op het wereldwijde web dat de jongste weken de pers haalt, is The Venice Project. Dat is de codenaam voor het nieuwe bedrijf van de Scandinavische serieondernemers op het internet, Janus Friis en Niklas Zennström.
Zij maakten al furore met twee andere p2p-projecten, de internetmuziekdienst Kazaa en Skype, een van de bekendste aanbieders van internettelefonie ter wereld, die intussen voor miljarden euro's opgeslokt werd door eBay.
Heel veel is nog niet bekend over The Venice Project. Friis en Zennström willen de webstek uitbouwen tot een distributieplatform voor professionele tv-makers en amusementsbedrijven.
Geen amateurfilmpjes dus. De kijker krijgt een ruime keuze aan kanalen voorgeschoteld met tal van extra's zoals de mogelijkheid lijsten met favoriete programma's te delen met anderen en commentaar te geven. De gebruiker van de site moet wel reclame toestaan. En alles moet gebeuren in nauw overleg met de sector en legaal, luidt de les die het duo leerde uit Kazaa. De internetmuziekdienst kreeg een karrenvracht rechtszaken over zich.
The Venice Project kwam onlangs in het nieuws omdat het weer een andere testfase inging (met 6.000 beta-gebruikers) en daardoor de voor eind dit jaar aangekondigde commerciële start mist.
Het bestaan ervan lekte al uit in juli. Voor alle duidelijkheid: er zijn al vergelijkbare projecten op het web. Het Californische Veoh kreeg eerder dit jaar zelfs mediareuzen als Time Warner en Michael Eisner (ex-Disney) achter zich.
Ook met Kazaa en Skype waren Friis en Zennström niet de eersten. Maar ze kwamen wel telkens met het goede product op het juiste moment. Daardoor waren Kazaa en Skype grensverleggend. Kazaa legde de muziekindustrie het vuur aan de schenen, terwijl Skype de telefoonbedrijven het mes op de keel zette en ze dwong hun modellen om te gooien.
De 'Disruptive Men', zoals het duo soms genoemd wordt, hopen dat succes te herhalen met The Venice Project en een coup te plegen op de tv-industrie. De Tijd: 'In de machinerie van Kazaa en Skype zit iets dat de gebruikerservaring uniek maakt. Dat heb je ook met Google, terwijl er toch ook andere zoekmachines zijn. Als ze The Venice Project met die insteek en met dezelfde guerrilla-aanpak lanceren, kunnen ze heel snel groot worden'.
De verwachtingen zijn alleszins hooggespannen. Daar zorgen Friis en Zennström zelf voor door gericht informatie te laten lekken en een hype te creëren.
Cruciaal voor het welslagen wordt de medewerking van de sector. Er lopen onderhandelingen, maar namen van (potentiële) partners willen de twee Scandinaven en hun medewerkers niet kwijt. Financial Times schreef begin deze week dat ze nog maar weinig grote vissen aan de haak konden slaan. Tv-bonzen lijken alleszins meer open te staan voor de huidige digitale revolutie dan pakweg hun collega's uit de muziekindustrie.
Reacties:
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!