Verscherpte controle op Schiphol duurt voort, maar mogen we ook weten waarom?

Als de autoriteiten niet uitleggen waarom de controles noodzakelijk blijven, neemt de wrevel toe en brokkelt het draagvlak voor de maatregelen af.

[door Erik Visser]

De afgelopen weken verdrong vakantievierend Nederland zich op Schiphol. Massaal op weg naar de zon. De reis naar de nationale luchthaven op zich was al een toer. Door controles op de toegangswegen stroopt het verkeer sinds zaterdag 30 juli op de snelwegen op.

De dag ervoor kwam naar buiten dat op en rond Schiphol extra veiligheidscontroles zouden plaatsvinden, nadat ‘een signaal’ van dreiging was binnengekomen met ‘betrekking op de luchthaven’ zoals in het officiële persbericht stond te lezen. Over de aard van het signaal deden de gemeente Haarlemmermeer en de marechaussee geen mededelingen. Dat doen ze nog steeds niet. De maatregelen zijn nog altijd van kracht.

Signalen

Controles zijn logisch, want de autoriteiten kunnen het zich niet veroorloven ‘signalen met betrekking op de luchthaven’ te veronachtzamen. Wel zijn we inmiddels bijna twee weken verder en blijft de buitenwereld verstoken van nieuwe informatie. Als maatregelen van kracht blijven, zou een grotere mate van mededeelzaamheid over wat gaande is, niet misstaan. De kans op onrust en onbegrip stijgt namelijk als informatie uitblijft. Bovendien bestaat het risico dat wanneer de autoriteiten niet uitleggen waarom het noodzakelijk is de controles van kracht te laten blijven, de wrevel toeneemt en hierdoor het draagvlak voor de maatregelen begint af te brokkelen.

Sluiproutes

Sinds de controles op de snelwegen gebruikt menig automobilist sluiproutes om tijdig Schiphol te bereiken, zo berichtten de media. Kennelijk ontbreekt daar de strikte controle die op de snelweg wel van toepassing is. Op nos.nl lazen we de maandag na de start van de controles dat het treinverkeer tussen Amsterdam en Schiphol vertraging opliep door werkzaamheden aan het spoor. ‘Maar,’ zo vermeldde het bericht ook, ‘de passagiers worden niet gecontroleerd.’

Vermeldenswaardig feitje

Ai, schiet dan door je gedachten, hoe veilig zijn we eigenlijk? De voordeur wordt zwaar bewaakt, terwijl de achter- en zijdeur wagenwijd openstaan. Dan denk je ook, waarom geeft de verslaggever van de NOS die informatie mee in het bericht? En waarom voert de eindredacteur van diezelfde NOS geen controle uit? Zou hij die zin niet beter kunnen schrappen? Journalistiek gezien misschien een vermeldenswaardig feitje, want daar waar reizigers uit de auto springen en via de snelweg naar de luchthaven lopen, lopen reizigers die met de trein komen, doodgemoedereerd de terminal in.

Kat op het spek

Toch zul je als journalist de afweging moeten maken: volg je je journalistieke hart of maak je er geen melding van om de kat niet op het spek te binden. Het debat over journalistieke zelfcensuur kwam enkele weken geleden al op gang in de Franse media na de aanslag in Nice. Er is een vorm van zelfcensuur op gang gekomen die een onbedoelde postume ‘verheerlijking’ van terroristen zou moeten tegengaan. Belangrijke media als dagblad Le Monde en nieuwszender BFMTV tonen geen foto’s van terroristen meer. Radiozender Europe 1 laat zelfs het noemen van hun namen achterwege.

Jihadisten

Zoals gebruikelijk zijn er onder de experts voor- en tegenstanders van deze aanpak. De een vindt dat zelfcensuur helpt, aangezien er terroristen zijn die een bloedbad aanrichten omdat zij beroemd willen worden. De ander is sceptisch en zegt dat jihadisten met hun eigen persbureaus, websites en sociale media de massamedia niet meer nodig hebben. Niets doen dan? Dat getuigt van defaitisme. Bovendien doet zoveel mogelijk terughoudendheid in de berichtgeving over aanslagen de journalistiek geen geweld aan. Sterker, mede uit piëteit met de slachtoffers en de nabestaanden past juist de grootst mogelijke gereserveerdheid van de kant van de media.

Het woord ‘explosieven’

Daar waar media al snel spreken over een mogelijk terroristische dreiging, zijn autoriteiten buitengewoon terughoudend in het duiden van de dreiging. De typering terroristisch wordt al helemaal niet in de mond genomen. Toen in april op Schiphol een verdachte rugzak in de vertrekhal werd aangetroffen en een robot van de Explosieven- en Opruimingsdienst moest checken of er mogelijk explosieven in de rugzak zaten, onthield de woordvoerder zich categorisch van het gebruik van het woord ‘explosieven’.

Erik Visser, Van Luyken Communicatie Adviseurs

FOTO: ANP

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie