Het is wel nodig, daar niet van. Maar ja, begin er maar eens aan. Voor je het weet gaat Felix Meurders op zwart, krijgen we dertig opeenvolgende DWDD-uitzendingen waarin iedereen mag uitleggen hoe groot de ramp voor onze samenleving is als de publieke omroepen een klein stapje terug moeten doen.
Maar het gebeurt gewoon niet. Er staan ongetwijfeld belangrijker beslissingen op de agenda.
Toch zou het een ongelooflijke impuls zijn voor Nederland en de creatieve sector als de publieke omroep wél zou inleveren. Want in tegenstelling tot wat voormalig netcoördinator Ton F. van Dijk in het Volkskrant-stuk zegt, van een netto banenverlies zal geen sprake zijn. Wat wél gebeurt: de banen verschuiven. Van een aantal producenten en omroepen die wat moeten inleveren naar andere, mogelijk nieuwe bedrijven en vooral zenders.
Reken maar mee. De Publieke Omroep haalt een marktaandeel van een kleine 40 procent. Als daar een derde van wordt weggestreept (nogmaals: het zal er niet van komen), dan valt er dus ongeveer tien tot vijftien procent marktaandeel vrij. Dat gat wordt binnen een paar dagen gevuld. Derk Sauer ziet kansen om de nu marginale zender Het Gesprek te laten doorbreken. Uitgeverij De Persgroep stapt direct in tv, want een deel van de kwalitatieve kijkers zal gedesoriënteerd zijn en iets nieuws willen. RTL zal de nieuwszender RTLZ meer budget geven omdat de kansen op een groter marktaandeel stijgen. Iedereen zal staan te stuiteren van de adrenaline. Wat een kans! Een kleine vijftien procent van ‘Hilversum’ ligt ineens voor het oprapen. Vijftien procent van de kijkers zal ’s avonds andere programma’s overwegen.
Waarom Van Dijk en de Volkskrant oprecht denken dat de banen verdwijnen, is me een compleet raadsel. Als de overheid eigenaar is van 100 staatsrestaurants en op een dag besluit die restaurants te sluiten, wat denk je wat er dan gebeurt? De volgende dag openen honderd ondernemers een nieuw restaurant. Er moet toch gegeten worden. En grote kans dat die nieuwe restaurants vernieuwender, frisser en innovatiever zijn. Het personeel zal er zin in hebben. De eigenaren zullen alles doen om de klant te behagen. Hoe anders dan bij de bestaande staatsrestaurants. Of er nou klanten waren of niet, de lonen werden betaald.
Kortom, als impuls voor de mediasector zou het opfrissen van het Mediapark zeer waardevol zijn. Van angst dat het allemaal minder wordt, hoeft geen sprake te zijn. NRC, Volkskrant en Telegraaf kunnen ook prima kranten maken zonder staatskranten als concurrent. Degenen die er niet op vooruit gaan, zijn de mensen die nu om kwart voor tien ’s ochtends uit de trein stappen op station Mediapark en dan sloffend, de morsige tas kruiselings om het lichaam gedrapeerd, het Mediapark opwandelen. Met het gezicht op onweer. Omdat ze weten dat de creativiteit al lang niet meer wordt gewaardeerd. Zij zullen moeten wennen aan een nieuw Hilversum. Het oude Hilversum zit muurvast en dat weten ze op het Mediapark erg goed.
Er staan heel veel mediaondernemers te popelen. Ze mogen Geert Wilders dan niet allemaal waarderen, ze bidden wel dat hij bij de formatie voet bij stuk houdt en Hilversum even door elkaar schudt. Het zal de kans van de eeuw blijken voor de Nederlandse creatieve sector.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!