Oplage-instituut HOI verdwijnt, leden zeggen massaal abonnement op

Dat bevestigen verschillende branchevertegenwoordigers aan Adformatie. Branchebreed is er draagvlak voor een nieuw soort oplagemeting. Naast de uitgevers staan ook adverteerdersbond BVA en de mediabureaus, vertegenwoordigd in de PMA, daarachter.

NDP Nieuwsmedia (dat onder meer de dagbladen vertegenwoordigt) en de Groep Publiekstijdschriften (GPT) van het NUV zou leden geadviseerd hebben het abonnement op HOI op te zeggen. De opzegtermijn is een half jaar, dus dit zou het goede moment zijn om dat te doen. Overigens wil niemand dat bevestigen. Volgens bronnen zou inmiddels bijna de helft het HOI-lidmaatschap hebben opgezegd. Daarmee valt per 1 januari 2015 de basis onder het HOI weg.

Onder met name dagbladuitgevers zou er onvrede zijn over de ondoorzichtigheid van de HOI-cijfers. Bijvoorbeeld over de telling van de digitale exemplaren. Die worden nu vaak bij de printexemplaren opgeteld, maar die cijfers zijn niet vergelijkbaar. Rond HOI is een web van regels ontstaan en met de groei van digitaal voldoet het onderzoek niet meer.

Telegraaf-directeur Frank Volmer (ook HOI-bestuurslid) zegt: ‘Al lange tijd zijn we in gesprek om te proberen de gecertificeerde oplage te vereenvoudigen. Het proces en de cijferbrij moeten beiden simpeler. Het is ook vervelend dat er verschillende cijfers in de pers komen, want iedereen interpreteert het weer anders. Tegelijkertijd zijn we ervan overtuigd dat er niet een dergelijk bestuurlijk apparaat nodig is voor het meten van oplagecijfers. We praten nu over hoe we verder moeten.’

Oplage en bereik
De oplagecijfers onderbrengen bij NOM is één van de opties. Dat zegt ook Luc van Os, naast directeur Hearst Magazines Netherlands ook voorzitter van de GPT en HOI-bestuurslid. ‘De hele meetmethodiek kan op een andere manier. De prioriteit blijft dat we een transparante en gecertificeerde oplagemeting willen hebben. Daarnaast denken we dat er synergie te behalen is in het meten van bereik en oplage. Dus NOM is een serieuze optie om het voortaan te gaan doen.’
Daarnaast vindt Van Os het HOI-lidmaatschap behoorlijk duur voor wat je er nu voor terugkrijgt. ‘In deze tijd is dat ook best een issue.’ Volmer zegt daarover: ‘Iedereen heeft een persoonlijke drijfveer, de hoogte van de prijs van het abonnement is niet zozeer de mijne. Ik wil gewoon dat er een eenduidig cijfer komt en bestuurlijke vereenvoudiging.’

PMA-directeur en HOI-bestuurslid Johan Smit reageert: ‘Er is niemand in de branche die wil dat er geen oplagecijfers worden gepubliceerd. Maar toen HOI begon, was de noodzaak van het rapporteren van oplagecijfers vele malen groter. De wereld zit nu anders in elkaar. Ook bij oplagemeting heeft de digitalisering zijn effecten. Daar lopen we nu constant tegenaan.’

Smit denkt dat NOM bijvoorbeeld het digitale stuk van het onderzoek prima zou kunnen doen, want dat sluit aan bij wat SKO (kijkonderzoek) en NLO (luisteronderzoek) doen. ‘Maar heb je dan voor de rest van het onderzoek nog een aparte organisatie als HOI nodig? In die fase van de discussie zitten we nu.’

Hanne Alblas. senior mediaspecialist van de BVA en HOI-bestuurslid: 'BVA is via HOI op de hoogte van de opzeggingen. Er wordt op dit moment gekeken naar mogelijkheden om gecertificeerde oplagecijfers voor de markt te behouden. Want naast bereikscijfers zijn marktbreed gedragen oplagecijfers belangrijk voor adverteerders. We zullen er alles aan doen om deze voor adverteerders beschikbaar te houden.' 

HOI-directeur George Bohlander geeft geen commentaar.