“Salaris-gate Ralph Hamers schaadt business ING niet”, kopte het ANP vorige week. Ook op deze site was het bericht te lezen. ING kreeg er in het vorige kwartaal 400 duizend klanten bij en zelfs in Nederland stonden er consumenten voor de deur. De impliciete suggestie dat het grote publiek zich helemaal niet druk maakt over het gedoe rond de beloning van de baas, was natuurlijk een beetje mal. Sterker: je zou zelfs het tegendeel kunnen beweren. Om mee te doen in de Champions League van de internationale financiële sector blijkt het helemaal niet nodig om de CEO een naar Nederlandse maatstaven exorbitant salaris te betalen, zoals RvC-voorzitter Jeroen van der Veer bij hoog en laag volhield. Ook met een bescheiden beloning kan je prima concurreren, zonder dat je ‘license to operate’ bij binnenlandse stakeholders in gevaar komt. Beetje jammer alleen dat het ANP en Adformatie deze oppervlakkige spin uit ING-kring overnamen.
Dat ING in eigen land forse reputatieschade opliep, valt moeilijk te ontkennen. De kritiek was niet het gevolg van het feit dat er iemand is die het ING misgunt om mee te doen met de echte grote jongens. Wel van het feit dat een bank die dankzij ruimhartige staatssteun door de financiële crisis heen werd heen getrokken, enige bescheidenheid past. De belangrijkste les die we uit de ING-casus kunnen trekken, is dat maatschappelijk verantwoord ondernemen meer is dan nadenken over je ecologische ‘footprint’ en steeds meer draait om integriteit. Ook Unilever ondervond dat aan den lijve. Eerst bleek dat bestuursvoorzitter Paul Polman 292 keer meer verdient dan de gemiddelde werknemer van het bedrijf, daarna stemden de aandeelhouders in met een beloningsbonus die 2,4 miljoen euro hoger was dan de toch al ruime tien miljoen die hij jaarlijks op zijn rekening krijgt bijgeschreven. Ondertussen ritselde Polman ook nog eens bij het nieuwe kabinet dat zijn buitenlandse aandeelhouders geen dividendbelasting meer hoeven te betalen. Een cadeautje van 1,4 miljard euro, in ruil waarvoor Polman plechtig beloofde dat hij tien mensen vanuit Londen naar Rotterdam zou laten verhuizen – geen slechte deal.
Polmans glansrijke imago dat hij verwierf door Unilever koploper te maken op het gebied van duurzaamheid – een prestatie waarvoor hij talloze internationale prijzen ontving en door de Verenigde Naties zelfs tot ‘Champion of the Earth’ werd gekroond – verdampte in enkele maanden tot het beeld van een grenzeloze graaier. Reputatiemanagers die denken dat je met MVO op de goede weg bent vanwege de aanschaf van een elektronisch wagenpark, staan met de rug naar de toekomst. Wie wil bouwen aan een duurzame relatie met klanten, stakeholders en medewerkers moet gewoon deugen. It’s the integrity, stupid.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!