Whizz kids die in hardware, computerchips en software op zoek zijn naar spionagesoftware en bugs die telefoon- en datanetwerken kunnen saboteren. Geen scene uit een James Bond-film, maar dagelijkse praktijk in een overheidsgebouw –the Cell- in Londen, weten we dankzij The Independent. De onderzoeksobjecten zijn allemaal geproduceerd door Huawei. Het elektronicabedrijf draait op voor de kosten, maar de onderzoekers hebben een security clearance van de Britse overheid en als baas een voormalig manager van het Government Communications Headquarters, zeg maar de Britse NSA.
Broncode als bewijs
Westerse overheden en bedrijven zijn regelmatig slachtoffer van cybercrime die te herleiden is tot China. Niet verwonderlijk dus, dat er bij bedrijfs- en maatschappijkritische netwerken, datacenters en dergelijke huiver is voor Chinese elektronica. Gigant Huawei –opgericht door een Chinese oud-officier en goed voor dertig miljard euro omzet- is daar het reputatieslachtoffer van. Hoewel geen enkel geval van spionage is bewezen, heeft Australië eerder dit jaar het concern vanwege veiligheidsrisico’s uitgesloten van een miljardenaanbesteding voor breedbanddiensten. Vandaar dat Huewei er veel aan gelegen is om te bewijzen dat het zich niet laat gebruiken door de Chinese machthebbers. Daarvoor heeft het zelfs haar broncodes onder Britse hoede geplaatst. Veel verder kan een high tech bedrijf niet gaat om transparantie in praktijk te brengen. Extreem reputatiemanagement maar ook een voorbeeld voor ondernemingen die –zwaar- onder vuur liggen.
Breder laden
Van bouw- en vastgoedbedrijven gelooft niemand dat ze niet omkopen of witwassen. Banken hebben méér nodig dan een reputatiemanager om te bewijzen dat ze hun rough traders onder controle hebben. Voor oliemaatschappijen voldoen imagocampagnes niet om hun zorg voor het milieu aan te tonen. Wie fundamenteel het vertrouwen verliest van politiek en publiek, zoals bankier en vastgoedbedrijven, of structureel wordt gevolgd door activistische critici zoals energie- en oliemaatschappijen, moet reputatiemanagement breder laden dan met communicatiedisciplines als free publicity, investor relations community relations en dergelijke.
Kwetsbaar en gedurfd
De stap van Huwei, hoe vergezocht, ingrijpend en denigrerend ook, is dan ook moedig. Het staat haaks op de reputatiemanagement-wijsheid dat je niet praat over iets dat er niet is. Het bestaan van The Cell kan licht ontvlambare geesten tot ontbranding brengen en complottheorieën en roddelcampagnes stimuleren. De Chinezen maken zich kwetsbaar, dat is gedurfd. De meeste bedrijven die proberen bij te komen van imagodebacles, komen niet verder dan een zwak excuus en de belofte dat ze ’t nóóit meer zullen doen. Huawei benoemt proactief een probleem dat veel verder reikt dan het eigen en neemt een last op de schouders die ook anderen zouden moeten durven dragen. Ongetwijfeld met zachte dwang van de Britse overheid en uit gezond commercieel belang, maar toch.
Onafhankelijke audit
De roep om daadwerkelijke transparantie wordt vaak afgewimpeld met het argument concurrentiegevoeligheid. Maar wat weerhoudt een projectontwikkelaar ervan om de Belastingdienst jaarlijks uit te nodigen voor een vrijwillig boekenonderzoek en waarom zou de fiscus daar niet een factuur voor mogen sturen? Waarom richten toezichthouders en consumentenorganisaties niet samen een onafhankelijk audit-instituut voor ‘fraude- en haantjesgedraggevoelige’ processen in de bankwereld op? Stuur de rekening maar naar de Nederlandse Vereniging van Banken. De rapportages mogen best in een afgesloten kast blijven liggen, maar het feit dat ze bestaan, is een solide basis voor reputatiemanagement dat verder gaat dan de communicatietrukendoos. En wij moeten dat als communicatieprofessionals durven adviseren.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!