China, “het rijk van het midden”, is een van de oudste beschavingen ter wereld, het land met de meeste inwoners en al dertig jaar de snelst groeiende grote economie. Het rijk is na de VS de tweede economie, de grootste crediteur, de grootste exporteur en de op een na grootste importeur. In deze eenpartijstaat - zogenaamd communistisch maar met de meeste miljardairs na de VS - hebben inwoners en bezoekers geen toegang tot internationale social media. China staat volgens Transparency International qua corruptie op de 87ste plaats (Denemarken staat op 1 als minst corrupt, Somalië op 180). Reporters without borders plaatst China op de 177ste plaats qua persvrijheid.
Democratie is in China, buiten Hong Kong en Taiwan, onbekend. En zeer ongewenst. De huidige protesten in Hong Kong lijken eenzelfde lot beschoren als de bloedig neergeslagen studentenopstand in 1989 in Beijing. In de handelsoorlog tussen China en de VS lijkt China in het Westen nog impopulairder dan Trump – een wereldprestatie. Afgelopen maart formuleerde de Europese Commissie een plan voor het terugdringen van Chinese marktmanipulaties, met het 5G-netwerk van Huawei als symbool van gevaar. Onze Minister van Buitenlandse Zaken presenteerde in mei de kritische beleidsnota "Nederland-China: een nieuwe balans". Regeringspartij VVD verklaarde dat China “onze manier van leven bedreigt”. Nederland is de tweede handelspartner van China in Europa.
China heeft dus in het Westen veel ruimte voor imagoverbetering. Om dat te bereiken is volgens alle pr-handboeken dialoog nodig, een fundamenteel onderscheid met het eenrichtingsverkeer in reclame en propaganda. De Russische president Poetin laat regelmatig zien hoe je dat namens een totalitaire staat doet: statig, charmant en geduldig in gesprek gaan met vooraanstaande journalisten zoals Oliver Stone in de bezienswaardige “Putin Interviews” (2017).
En wat doet China aan dialoog? In Nederland plaatste de nieuwe Chinese ambassadeur Xu Hong op 25 mei jl. in de NRC een paginagrote advertentie in de vorm van een ingezonden brief, met zijn pasfoto, onder de kop: “De relatie tussen China en Nederland langs de juiste weg blijven bevorderen”. Veel concreter wordt het niet, behalve dat de boodschap duidelijk lijkt: het Westen doet volkomen ten onrechte niet aardig tegen China.
Op 17 juni gaf Hong in een interview (in monoloogvorm) aan de NRC enige toelichting. Op 7 augustus jl. wist Hong een opiniestuk geplaatst te krijgen in het FD (goedkoper en geloofwaardiger dan een advertentie, slim!), met de titel "Het complot om Hongkong te destabiliseren is gedoemd te mislukken". Onduidelijk blijft wie achter het complot zou zitten, waarschijnlijk het Westen. Geen woord over de eisen van de demonstranten in eigen land.
Voorlopig hoogtepunt van Chinese pr dit jaar lijkt de brief die de Chinese regering 21 augustus stuurde naar een dertigtal internationale media en persbureaus, met de vraag om “onpartijdige” en “objectieve” berichtgeving over de protesten in Hongkong. Zouden Chinese officials echt niet weten hoe je persmatig scoort in het Westen? Zijn hun dictaten een teken van macht of onmacht? Van achterstand of voorsprong? Om de communicatie van machthebbers als Trump, Poetin, Johnson en Xi te begrijpen blijven Machiavelli's "De heerser" en Sun Tzu's "De kunst van het oorlogvoeren" vooralsnog leerzamer dan de meeste handboeken communicatie.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!