The art of apology
Uitgerekend op 11 september was het weer eens raak. De plaats van handeling: de gemeenteraad van Londen. Het slachtoffer: Andrew Dismore, een raadslid van Labour. Het onderwerp: de bezuinigingen op de brandweer. De Britse pers stond er uiteraard vol mee.
De reeks beledigingen die de burgemeester van Londen op zijn naam heeft, lijkt ondertussen oneindig. Eerder noemde hij raadsleden ‘jellies’ (weekdieren) toen ze hem weigerden aan de tand te voelen over de begroting. De belediging was volledig in Johnson-style: ‘Great supine proto-plasmic invertebrate jellies’. De inwoners van Liverpool, Portsmouth en Nieuw Guinea moesten er eerder al aan geloven.
De hamvraag: hoe kom je hiermee weg? Nota bene in het keurige Engeland en nog wel als lid van de Conservatieven. Sterker nog: de man is razend populair. Helemaal na de Olympische Spelen. Elke ‘verspreking’ maakt hem populairder. Partijgenoot David Cameron ziet het met lede ogen aan. Johnson is ondertussen zijn grootste virtuele tegenstander in de race voor het partijleiderschap. Johnson doet vragen over zijn mogelijke ambities en de onderlinge rivaliteit af met opmerkingen als: ‘My devotion to the dear leader is absolute.’
In ‘The wit and wisdom of Boris Johnson’ probeert Harry Mount een verklaring te vinden voor zijn succes, naast een bloemlezing uit het rijke oeuvre van bad boy Boris. Alleen daarom al is het boek een aanrader.
Mount benadrukt dat Johnson niet ‘gek’ is. Hij studeerde aan Oxford, met Cameron. Daarnaast is Johson humoristisch, erudiet en snel. Vaak haasten Hollandse commentatoren zich om te zeggen dat zijn humor on-Nederlands is, dat kan alleen een Brit.
Toch moet het antwoord niet gezocht worden in de finesse of de timing van de grappen, hoe briljant ook. Nee, het echte antwoord is het gemak en de flair waarmee Johnson excuses maakt. Johnson is vaak de eerste om excuses te maken. Vaak nog met de twinkeling in zijn ogen. Met omstandige gebaren en de overgave van een kind zegt hij dat hij te ver is gegaan. De excuses zijn vaak net zo vermakelijk als de grap. ‘Add Papua New Guinea to my global itinerary of apologies.’
Hij doet het zelfs als het niet nodig is. De beledigingen aan het adres van de Liverpudlians in de aanhef van een artikel in de Spectator waren niet van hem persoonlijk afkomstig, maar van een ijverige redacteur. Toch reisde hij naar Liverpool om excuses te maken. Daar is hij nu eenmaal goed in.
Of zoals Mount over deze speciale gave van Johnson zegt: ‘It works like a sort of bulletproof armour – political and personal scandals that would sink other politicians just rebounded off him…’ Dat is pas on-Hollands.
Deze column is eerder gepubliceerd in het oktobernummer van Communicatie.
Reacties:
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Word lid