Sinds de metingen van DDMM zijn er voor de Nederlandse online markt veel meer gegevens bekend over het bereik van en tijdsbesteding aan websites en apps. Met name de toevoeging van de mobiele devices zoals smartphone en tablet heeft tot meer inzicht geleid in hoe we onze tijd verdelen over de diverse platformen en soorten sites en apps.
De DDMM is daardoor in staat om inzicht te geven in de verschillen in tijdsbesteding aan platformen en het gebruik van de smarthone en pc/laptop voor specifieke toepasssingen. Een eerste verschil is dat het online gebruik van de smartphone zich nog meer dan van de laptop/pc concentreert op een klein aantal grote platformen.
Een analyse van de laatste metingen (juni) laat zien dat we van de bijna veertig uur die we per maand gemiddeld online zijn, 60% op bezoek zijn bij websites en apps uit de top honderd. Per platform verschillen de aandelen echter enorm. Waar het aandeel van de top 100 op de pc/laptop ‘slechts’ 46% is, is dit op de smartphone liefst 73%. De tijdsbesteding op de tablet ligt daar netjes tussenin, met 66%.
Interessant is verder dat de verschillende platformen ok totaal andere toepassingen kennen. Om dit te onderzoeken, werd een onderverdeling gemaakt van alle websites en apps in vijf categorieën: games (34), social (10), nieuws (10), video (5) en overig (41), o.a. Marktplaats, ING.nl, Google Maps en Bol.com).
Voor elk van de categorieën is vervolgens berekend welk tijdsaandeel deze hebben binnen de top 100 titels. Zoals verwachten valt, heeft social over de platformen heen (mobiel en laptop/pc) het grootste aandeel (39%), gevolgd door games met 25%. Per platform verschillen de aandelen echter enorm.
Op de smartphone behaalt social een aandeel van 57%, terwijl diezelfde categorie op de tablet slechts 20% realiseert. De tablet wordt blijkbaar meer voor games ingezet, gezien het aandeel van 53%.
De lage aandelen van ‘overig’ op de mobiele devices (12 en 13%) laten zien dat deze devices meer dedicated worden gebruikt. De pc/laptop daarentegen kent een veel diverser gebruik, waarbij zij aangetekend dat games hier sterk achterblijven.
Opvallend is het lage aandeel video. Op de smartphone komt het tijdsaandeel video niet verder dan 2%. DDMM tekent hierbij echter aan dat dit de aandelen zijn van de video‐specifieke websites en apps zoals NPO en Youtube; video kijken via sociale media sites zit hier niet in.
Online tv
Naast socio-demografische kenmerken is van de panelleden van DDMM ook het mediagedrag bekend, waaronder tv-kijken. Om een vergelijking te kunenn maken tussen het aantal uren dat mensen besteden aan ‘gewoon’ tv kijken en online tv-kijken, is een tweedeling gemaakt tussen zware tv-kijkers (minimaal 1260 minuten per week) en lichte tv-kijkers (maximaal 629 minuten per week).
Hieruit blijkt een omgekeerd evenredig verband: zware tv-kijkers kijken relatief weinig online video en lichte tv-kijkers juist heel veel. Lichte kijkers keken gemiddeld anderhalf uur naar online video. Zware kijkers kwamen precies tot de helft daarvan.