Nederlandse werknemers kunnen zich niet goed voorstellen hoe ze spraaktechnologie als Siri, Alexa of Google Assistent op de werkvloer kunnen inzetten. 43% van de werknemers heeft ‘geen idee’ of zijn bedrijf ooit gebruik gaat maken van voice-robots, terwijl 30% meent dat dergelijke technologie in zijn bedrijfstak nooit gebruikt zal gaan worden. Dit blijkt uit onderzoek dat is uitgevoerd door PanelWizard in opdracht van TJIP, The Platform Engineers. De cijfers staan in schril contrast met het optimisme dat Amazon en Google ten toon spreiden als het gaat om voice technologie.
Potentieel veel groter
Voice-assistenten kunnen door middel van kunstmatige intelligentie complexe handelingen verrichten. TJIP wilde met het onderzoek te weten komen hoe open mensen staan voor het gebruik van spraaktechnologie op de werkvloer en hoe mensen de technologie het liefst inzetten.
De resultaten zijn teleurstellend voor de fabrikanten van deze apparaten. Nederlandse werknemers zijn namelijk uitgesproken sceptisch over het gebruik van voice-assistenten op de werkvloer. Slechts 21% van de respondenten is positief over de technologie. De overige respondenten zijn negatief (18,6%), neutraal (26,8 %) of hebben geen mening (33,6 %). Geluidsoverlast (34 %) op de werkvloer wordt aangemerkt als het belangrijkste negatieve effect van voice-assistenten.
De toegevoegde waarde ligt volgens werknemers vooral in het uitvoeren van eenvoudige taken, zoals ‘vragen beantwoorden als alternatief voor Google’, ‘agendabeheer’ en ‘actuele informatie opzoeken’. Dit terwijl het potentieel van voice-assistenten vele malen groter is. De onderzoekers zien een parallel met eerder onderzoek naar het vertrouwen in kunstmatige intelligentie (AI) onder consumenten. Hieruit blijkt dat dit vertrouwen in AI weliswaar groeit, maar dat de mate waarin we AI vertrouwen sterk afhankelijk is van de complexiteit van de onderwerpen.
Doorbraak nog ver weg
Werknemers denken dat een doorbraak van spraaktechnologie nog ver weg is. Van de respondenten die denken dat ze het wel gaan gebruiken, geeft bijna 8% aan dat het nog zeker 10 jaar zal duren voordat het zover is. Nog eens 7% hanteert een tijdsvenster van vijf jaar. In de privé sfeer is het sentiment ten aanzien van slimme voice assistants overigens positiever. Een beduidende groep (26%) gebruikt hulpjes als Siri wekelijks, en 15% doet dit zelfs dagelijks.
De scepsis onder werknemers over de mogelijkheden van slimme voice-assistenten is dan ook geen voorbode van een tegenvaller, meent Dingeman Leijdens, oprichter en directeur van TJIP. Wel laat het onderzoek volgens hem zien dat het lastig is om te bedenken welke mogelijkheden spraaktechnologie allemaal kan bieden. ‘De bal ligt bij bedrijven als TJIP om aan te tonen dat slimme voice-assistenten inderdaad toegevoegde waarde hebben.‘