‘Wetenschapscommunicatoren, wacht niet tot ‘de maatschappij’ wat vraagt’

Je kweekt een publiek door zelf na te denken over wat interessant voor je lezers of kijkers kan zijn.

Helaas hebben we niet meer de rechten op de originele afbeelding
adformatie

[door Sanne Deurloo]

‘De maatschappij moet eerst uitvinden wat zij van de wetenschap verlangt’ in het septembernummer van Communicatie. Pas dan kun je van de wetenschap verwachten dat die beter gaat communiceren en kan er een goede communicatiestrategie ontwikkeld worden. Meijer is een uitstekende wetenschapscommunicator maar hier maakt hij zich er te gemakkelijk af.

In zijn stuk stelt Meijer terecht dat ‘de wetenschap’ niet bestaat en dus niet met één stem kan communiceren. Maar dat geldt natuurlijk net zo hard voor ‘de maatschappij’. Die bestaat net als ‘de wetenschap’ uit veel verschillende individuen die heel verschillende meningen, vragen en dromen hebben. Die ‘maatschappij’ kun je niet vragen om even aan te geven wat ze van wetenschappers willen horen.

Randvoorwaarden van onze toekomst

Los daarvan lijkt me dat de wetenschappelijke wereld niet moet gaan wachten tot er iemand behoefte heeft aan extra informatie. Uiteindelijk kweek je een publiek juist door zelf na te denken over wat interessant voor je lezers of kijkers kan zijn. Voor wetenschappers bestaat daarnaast misschien wel een extra aansporing: wetenschappers bepalen in zekere zin de randvoorwaarden van onze toekomst, daar ligt in verscholen dat ze ook mogen zorgen dat een zo groot mogelijk deel van de samenleving over die toekomst kan meepraten en -beslissen. Zelfs als ‘de maatschappij’ zelf nog niet heeft bedacht dat dat misschien wel handig is.

Overkoepelende boodschap

Dat betekent nog steeds niet dat er één specifieke communicatiestrategie bedacht kan worden voor al die verschillende wetenschappelijke vakgebieden en onderzoeken. Die ideale communicatiestrategie voor de wetenschap bestaat niet en dat hoeft ook niet. Wel is er een overkoepelende boodschap denk ik, die in alle wetenschapscommunicatie mag doorklinken: de boodschap dat het voor elk individu zinnig is om iets te weten van wetenschap, omdat het hem iets kan vertellen over zichzelf, over de wereld waarin hij leeft en hoe die wereld kan veranderen. Daarbij helpt ook een beter begrip van wat wetenschap is, hoe ze antwoorden en vragen vergaart en die weer nuanceert.

Luisteren en in gesprek gaan

Wetenschapscommunicatoren (journalisten, voorlichters en wetenschappers) zullen zelf moeten bepalen hoe ze wetenschappelijke berichten zo kunnen brengen dat ze interessant zijn voor (delen van) de maatschappij. Dat betekent overigens niet alleen zenden maar ook luisteren naar je publiek en met hen in gesprek gaan.

Gelukkig wachten de meeste wetenschapscommunicatoren niet tot die maatschappij een vraag formuleert (Meijer zelf gelukkig ook zeker niet). De wetenschapscommunicatie is de afgelopen jaren steeds volwassener geworden. Er is aandacht voor de vraag of communicatie effectief is en wat effectief betekent voor bijvoorbeeld een wetenschapsfestival of een lespakket. Er wordt meer nagedacht over en geluisterd naar de behoeften van maatschappelijke groepen om daar beter op in te spelen.

Effectiviteit, luisteren,vertellen en doen zijn ook de thema’s op de tweede . Dit jaar op 1 oktober in het prachtig verbouwde Natura Artis Magistra in Amsterdam.

Ivoren toren

Wetenschappers werd vroeger vaak verweten dat ze in een ivoren toren zaten, waaruit ze alleen af en toe wat orakelden. Dat hoor je steeds minder en terecht: wetenschap en wetenschapscommunicatie zijn steeds meer een gewoon onderdeel van de maatschappij, gelukkig. ‘Onderdeel van’ betekent wel dat je niet aan de zijkant kunt zitten gaan wachten of de rest misschien iets wil weten.

Sanne Deurloo is hoofdredacteur van de populair-wetenschappelijke site Kennislink.nl en medeorganisator van de WTC vakconferentie.

Klik voor informatie over de WTC conferentie.

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie