WPP’s terug-naar-kantoorbeleid: begrijpelijk of onhandig?

Op 7 januari kondigde WPP aan dat hun medewerkers vanaf april 2025 wereldwijd verplicht zijn gemiddeld vier dagen per week op kantoor te werken. Ceo Mark Read benadrukte in een interne memo dat deze maatregel niet onderhandelbaar is, omdat persoonlijk samenwerken volgens hem cruciaal is voor het succes van het bedrijf. Maar deze strikte aanpak roept belangrijke vragen op: sluit WPP met dit beleid niet juist de deur voor jong talent, dat flexibiliteit en werk-privébalans hoog in het vaandel heeft staan?

Ik besprak de maatregel met een groep twintigers. Hun reactie? 'Daar ga ik dus niet werken.' Dat zette me aan het denken.

De kloof wordt groter
De nieuwe generaties op de arbeidsmarkt, zoals millennials en Gen Z, hebben duidelijk andere verwachtingen van hun werk dan eerdere generaties. Ze hechten waarde aan autonomie, flexibiliteit en een gezonde balans tussen werk en privé. De coronapandemie heeft laten zien dat werken op afstand kan. Ik vind het dan ook opmerkelijk dat media- en marketinggroep WPP ervoor kiest om een rigide kantoorverplichting in te voeren, zonder ruimte voor maatwerk. Dat heeft geleid tot weerstand binnen het bedrijf. Een petitie, gestart door WPP-medewerkers, leverde al meer dan tienduizend handtekeningen op. De petitie noemt het beleid een 'stap terug in het ondersteunen van welzijn en werk-privébalans' en hekelt het gebruik van 'anekdotische gegevens die niet bestaan of verkeerd zijn weergegeven'. Medewerkers pleiten voor een toekomstgericht beleid dat hun behoeften serieus neemt.

One Size Fits All werkt niet
Begrijp me goed: ik ben een groot voorstander van werken op kantoor, van contact en elkaar in de ogen kunnen kijken - als dat meerwaarde heeft. Het draagt bij aan teambuilding, en uit vele (in)formele contacten groeit altijd weer wat moois. Maar het kantoorbeleid van WPP gaat voorbij aan de diversiteit van rollen en projecten binnen het bedrijf. Of je nu een creatief, een data-analist of een accountmanager bent – de verwachting is dat iedereen vier dagen per week op kantoor werkt. Maar heeft een data-analist dezelfde noodzaak om fysiek aanwezig te zijn als een creatief team dat samen een pitch voorbereidt? Natuurlijk niet. Om verplicht in een rumoerige kantoortuin te werken – dát lijkt mij contra-productief.

De vraag is niet of samenwerken op kantoor waardevol is, maar hoe en wanneer dat het meest waardevol of zelfs noodzakelijk is. Beleid dat per project of team bekijkt wie wanneer op kantoor aanwezig moet zijn, zou veel effectiever zijn. Bij brainstormsessies of intensieve samenwerkingen vind ik fysieke aanwezigheid een voorwaarde. Maar bij individuele taken kan werken op afstand efficiënter zijn. Daar gaat een uniforme aanpak aan voorbij.

Het risico: vervreemding
Met dit beleid loopt WPP het risico jong talent van zich te vervreemden. Generaties die zijn opgegroeid in een digitale wereld, waarin tijd en locatie flexibel zijn, voelen zich niet aangetrokken tot bedrijven die vasthouden aan ouderwetse werkmodellen. Bovendien ondermijnt dit beleid de perceptie van WPP als een progressief en creatief bedrijf. Hoe kan WPP innovatie uitstralen als het eigen beleid dit niet weerspiegelt?

Concurrenten binnen de creatieve industrie hanteren hybride werkmodellen die flexibiliteit bieden. Daar onderscheiden ze zich ook mee, het is een onderdeel van een aantrekkelijk voorwaardenpakket. Door vast te houden aan strikte kantoorregels plaatst WPP zichzelf op achterstand in de strijd om talent.

Flexibiliteit als alternatief
Ik pleit voor een flexibele aanpak. Laat mensen zelf bepalen hoe en wanneer ze samenkomen, gebaseerd op de aard van hun werk. Geef leidinggevenden de vrijheid en tools om hierin te sturen, zodat elke beslissing aansluit bij de doelen van het project en de behoeften van medewerkers. Dit zorgt niet alleen voor tevreden medewerkers, maar ook voor betere resultaten: de juiste mensen op de juiste momenten op de juiste plek.

Tijd voor bezinning
Het nieuwe kantoorbeleid van WPP voelt voor mij als een stap terug in de tijd. In een wereld die steeds flexibeler wordt, kiest het bedrijf voor regels die niet aansluiten bij de verwachtingen van de nieuwste generaties. Het risico is groot dat dit beleid meer kwaad dan goed doet. De toekomst van werk vraagt om flexibiliteit, maatwerk en vertrouwen – niet om maatregelen die voorbijgaan aan de realiteit van een snel veranderende arbeidsmarkt.

Daar komt bij dat vele onderzoeken aantonen dat thuiswerken veel positieve effecten heeft. Het bevordert de participatie van gehandicapten en jonge ouders. Door thuiswerken wordt er minder geforensd, en worden er dus aanzienlijk minder kilometers afgelegd. Met alle positieve gevolgen voor het milieu.

De vraag die WPP zichzelf zou moeten stellen, is hoe ze als organisatie de beste omgeving kunnen creëren voor creativiteit, innovatie en resultaat. En dat begint bij luisteren naar de mensen die het werk doen.