Toekomstkijken op SXSW: Wat merken straks zoal kunnen met voice

Stap in een bus of trein en je ziet iedereen zich begraven in zijn of haar mobieltje. Thuis staan laptop, tv en tablet/mobiel vaker aan dan uit en we worden wakker met een scherm naast ons kussen. Kortom, we zitten vastgeplakt aan het scherm. 

Goed nieuws: dit gaat veranderen. Zonder dat we het in de gaten hebben, doen we steeds meer schermloos. Denks aan gesture-control in onze auto, het liken van een nummer op Spotifymet onze hoofdtelefoon of het opvragen van een recept aan Siri.

Onze stem gaat de vinger verdrukken. Van 'gezicht omlaag' gaan we naar 'kin omhoog'. Sinds er computers zijn, willen we tegen ze praten. En liefst willen we dat ze terugpraten. Hollywood laat ons al jaren zien hoe dat gaat, met films als 2001: A Space Odyssey, Her of - mijn persoonlijke favoriet - KIT uit de Knight Rider. Spraakgestuurde computers zijn bangmakend en hoopvol tegelijk. Ze spreken, letterlijk, tot onze verbeelding. 

De eerste spraakgestuurde computer dateert al van 1961. Met de ’Shoebox’ had IBM een apparaat dat liefst negen cijfers kon verstaan en simpele rekensommen begreep - optellen, aftrekken, dat soort zaken. Het was - eigenlijk - niet meer dan een luisterende rekenmachine.
 

En nu, 57 jaar later, begrijpen Alexa, Siri, Google Assistant en Cortana ons al voor 95%. Dat wil zeggen: hun luistervermogen is voor 95% "accuraat”. Dit is de vereiste voor een nagenoeg foutloos werkend product dat voor mensen prettig is om te gebruiken. Google verwacht dit jaar  99% accuraat te zijn met Google Assistant. Hey, ouwe! Computers verstaan straks slang en dialect.

Voor deze Italiaanse oma die recent viral ging, is het huidige luistervermogen al accuraat genoeg: 
 

We zijn in 60 jaar dus ver gekomen. Toch doet slechts 2% van de merken wereldwijd op dit moment al iets met voice. In Nederland lopen we sowieso achter omdat pas dit jaar een Nederlandstalige versie van Google Assistant op de markt komt.

De vraag voor de komende jaren is dus, wat merken met voice kunnen. SXSW ’18 geeft ons een interessant inkijkje:

Merken krijgen een mening
Reclamebureaus zijn gewend om veel en diep na te denken over hoe het merk eruit ziet. Ze ontwikkelen een herkenbaar gezicht. Een visuele identiteit voor op het scherm. Met voice krijgen merken ook een stem. Merken krijgen zo meer karakter. We deden het al in radio, maar dan gaat het alleen over zenden. Voice betekent dat we echt met een merk in gesprek gaan.

24/7 klantenservice
Het callcenter blijft na kantoortijd gewoon open wat de telefoon wordt opgenomen door een spraakcomputer. En dan ook nog eentje die mij als klant veel beter kent en me niet van het kastje naar de muur stuurt. Ook interessant: er is nog maar één stem en één karakter die spreekt namens het merk. Die oproepkracht met een slecht humeur gooit geen roet meer in het eten.

Voice-search websites
Je handen vol en toch de meterstanden van je energieleverancier doorgeven? Dat kan want het moeilijke getik in kleine tekstvelden behoort tot het verleden. Met spraak ben je in een paar commando’s klaar.

AI-speaker advertenties
Wat nu al kan met radiocommercials (targeting), kan straks ook met voice op onze apparaten. En nog veel gerichter ook, omdat we de gebruiker veel beter kennen. Als jij op een regenachtige dag Siri vraagt wanneer die bui overwaait, heeft KLM een advertentie voor je van last-minute deals. Het is nog maar het begin.  

We glijden er langzaam in. Kinderen vinden het nu al heel normaal om tegen apparaten te praten. Zij verwachten dat een merk straks terugpraat. Ik kan niet wachten tot Nederlandstalige assistenten slimmer worden, zodat mijn 3-jarige kleuter eindelijk de 'waarom-vraag' aan Alexa stellen. Als het  maar niet eindigt in onverwachte aankopen als deze: