(Awesome Friday) Togo, Bénin en de hazelnoot van Tony

Zo bekende marketingbaas Henk Jan Beltman van Tony Chocolonely gisteren tijdens zijn presentatie op het Marketing Information Event. Er is een virtueel staatsgreepje toegepast om twee landen te verenigen die in werkelijkheid het Nederland en België van West-Afrika uitmaken. We zullen het de hazelnootrevolutie noemen.

Next
Tony pakt indrukwekkend door sinds het slaafvrije chocolademerk elf jaar geleden werd geintroduceerd als journalistiek experiment. Nieuwe kanalen, nieuwe smaken, extenties in soorten en maten, slimme marketing maakt dat Tony Chocolonely niet alleen een sociaal maatschappelijk succes is, maar vooral ook een economisch. Ze gaan als een trein. Er wordt keihard geconcurreerd met de grote namen en dat gebeurt niet vanuit de ecologische supermarkt. Het bedrijf werd er vorig jaar al eens door het Nima voor op het schild gehesen en ontving om die reden een Marketing Next Jaarprijs.

Breukvlakken
Grappige insight die Beltman gisteren deelde was dat we in de ongelijke breukvlakken van een Tony-tablet een stukje topografie meekrijgen. Er is een geheime boodschap. Van links naar rechts: Ivoorkust, Ghana, Togo&Benin, Nigeria en Kameroen; inderdaad de zes landen waar Tony zich het meest zorgen om maakt en waar verreweg de meeste chocola ter wereld vandaan komt. Landen ook waar kindslaven op cacaoplantages te werk worden gesteld of die in de gaten worden gehouden om dat te voorkomen.

Die a-typische breukvlakken in de chocoladereep leidden overigens nog tot bijna 500 klachten bij Tony omdat het eerlijk delen van een stuk chocola veel lastiger is met ongelijke brokken. Het splintert ook wat gemakkelijker over je crêmewitte lamswollen truitje. De brokkelige ongelijkheid is trouwens ook exact de boodschap die wordt overgebracht: hoe groot is je wereld als je loopt te emmeren over het breken van een stuk snoepgoed als 5000 kilometer verderop de verweesde leeftijdsgenoten van je eigen kinderen zich onder dwang van zonsopkomst tot zonsondergang in het zweet werken voor niets meer dan een dak boven hun hoofd.

Enig praktisch probleem bleek dus de omvang van de staatjes Bénin en Togo. Niet te klein voor een breukvlak, maar wel om een hazelnoot te kunnen bevatten. Er is dus een beetje gesmokkeld.