Paul Postma: To all my best friends who cannot stop inviting me for LinkedIn

Helaas hebben we niet meer de rechten op de originele afbeelding
adformatie

in zijn december-column in het :

Laat ik maar gelijk met de deur in huis vallen: mag ik jullie dringend verzoeken op te houden mij voortdurend uit te nodigen voor ?

Mogelijk ben ik de enige Nederlander binnen de doelgroep die er nog niet instaat, en dat ik daarom zo'n dwangmatige stroom uitnodigingen krijg. Of menen sommigen hun status binnen het netwerk te verhogen door mij te mogen toevoegen?

Dat een Engelstalige naar mij in het Engels communiceert en een Franstalige in het Frans, is uitstekend. Een Nederlands woord daartussen is als een glimlach.

Ik doe het zelf bij buitenlandse inleidingen. Welke taal het ook is, in de begroeting gebruik ik daar iets van. Ik lijk de paus wel.

Maar wat te denken van Nederlandse vrienden die mij via e-mail in het Engels een uitnodiging sturen? Ik wist niet dat taalarmoede in mijn vriendenkring al zover was doorgeslagen. En omdat vrijwel alle spam Engelstalig is, wekt dat ook al geen vertrouwen.

Als ik een reply geef en mijn verbazing uit om van zo'n bekende vriend ineens een uitnodiging te krijgen in een taal die wij nooit met elkaar hebben gesproken, krijg ik die onbestelbaar retour. Dan weet ik het zeker: Bill Gates of een van zijn discipelen is weer op pad met een IT-truc.

Als iemand mij uitnodigt voor whatever, dan lijkt het mij logisch dat de ander zijn best doet om mij te plezieren. Als ik bij eerste oogopslag geïrriteerd raak, komt het niet meer goed. Het omgekeerde is ook waar.

Ik herinner mij het kaartje dat ik kreeg van een klasgenootje in de eerste klas ? groep 3 zal ik maar zeggen ? voor haar verjaarspartijtje. Mijn naam stond erop in grote onregelmatige letters ? met de tong uit de mond had zij er zichtbaar haar best op gedaan - in feestelijk geel. Reken maar dat ik kwam.

Dat kaartje ? ik weet ineens weer dat ze Elsje heette ? communiceerde hartelijkheid, belangstelling en het maakte dat ik mij best vereerd voelde. Zo hoort communicatie te zijn.

Niet alleen kaartjes en websites communiceren, alles communiceert: zelfs nieuwbouwwijken en houdingen van mensen die je een hand geven. Waarom ik van de een vrolijk word, en van de ander neerslachtig, kan ik bij mensen meestal wel benoemen, bij nieuwbouwwijken niet. Keurige wijken met keurige huizen en keurige mensen. Ik zou niet weten wat eraan mankeert, maar toch haal ik opgelucht adem als ik er weer weg ben.

LinkedIn communiceert als mensen die je een hand geven zonder je aan te kijken. Ik kan het dan niet laten om even aan de hand van de begroeter te trekken.

Nederlanders maken zich er zelden schuldig aan, maar Fransen geven zoveel handen dat ze niet meer weten dat ze het doen. En ondertussen een andere kant uitkijken. Nu spreek ik zodanig Frans dat ik wel voor Belg word aangezien ? zeldzaam dat je dat als Nederlander een compliment vindt - dus alleen daarom al mogen ze mij best aankijken.

Het ergst zijn de dreigementen van al die goede vrienden dat de uitnodiging vervalt als ik niet opschiet. En als ik niet bij LinkedIn hoor, dat ik er dan gewoon niet bij hoor, maatschappelijk. Van je vrienden moet je het maar hebben.

Nu doe ik weinig om mijn privacy te beschermen, maar ik wil niet aan iedereen laten weten met wie ik een relatie onderhoud; beetje lastig ook gegeven de vertrouwelijkheid van mijn werk. Bovendien ben ik via het web zo gemakkelijk te vinden dat ik toch al vaker word bereikt dan mij lief is.

Overigens heb ik geen enkele aarzeling over het belang en succes van virtuele netwerken. Je hebt ze voor alles, tot en met honden- en kattenliefhebbers toe. Zo hoor je altijd wel ergens bij.

En ze hebben een hoge ouwehoerwaarde; daar houdt een mens van. Alleen wil ik er zelf niet op. En zit ik er ver naast dat status een rol speelt? Hoe meer mensen op je vriendenlijst, en hoe bekender die zijn, hoe hoger je op de ladder staat. Net als in sommige beschavingen je status aan de grootte van je kudde wordt afgemeten.

En zoals mijn grote broer die vroeger postzegels spaarde, er veel en zeldzame exemplaren wilde hebben. Het dwong respect af. Dat vrienden verzamelen duurt net zo lang tot iedereen op de lijst van iedereen staat. Dan heb je gewoon weer het World Wide Web. Maar dat hadden we dus al. Trouwens, mijn e-mailadres staat hieronder.

Paul Postma (paul.postma@ppmc.nl)

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie