Door Rocco Mooij
Nog niet zo lang geleden plaatste Paul Stamsnijder - bekend van De Taalstraat en nog iets… maar dat ben ik even vergeten – een foto van een jaar of acht geleden op Facebook en LinkedIn. Op die foto: de crème de la crème van communicerend Nederland. De 25 bovenste beste uitblinkers in het communicatievak. De Jan Driessens, de Betteke van Rulers, de Reint Jan Renessen en Noëlle Aertsen van deze wereld. De immer gastvrije Bartho Boer was er - toen nog communicatiebaas bij NS en als me niet vergis de nummer 1- die het gehele spoormuseum voor ons afhuurde, de enigmatische immer in jagersgroen geklede baas van de RVD was er, een goed geluimde Jos Govaart liep er rond, Ron van der Jagt strooide met diepe aforismen. En iets links van het midden met de nummer 18 op zijn schoot, zat de aanstichter, de kwade genius, de bedenker, het creatieve brein achter de top-25, de enige echte… enfin.
By Jove, dat waren nog eens tijden! Het waren tijden waarin iedereen mij ZO’N PEER vond! Allemaal vonden ze me lief, wilden ze lunchen, nog een lekker glaasje wijn erbij, oestertje…? Oh Jonnie Boer, how I miss you! Waarom ben ik eigenlijk ooit gestopt met die handel? Tout le monde legde me in de watten alsof ik een verloren gewaande zoon was. De Alex Kroes van de Communicatie!
Want dat vergat ik te vertellen, ik liet bewust een zweem van geheimzinnigheid over de totstandkoming van de lijst der lijsten hangen. Ja, ik stuurde elk jaar trouw heel mijn mailbox een verzoekje om een top drie met onderbouwing, maar daar kwamen altijd dezelfde twee namen uit, Betteke en Cees. De derde kandidaat was meestal het hoofd van de eigen afdeling, of een collega die een vriendendienstje tegoed had. Kortom, volstrekt waardeloos.
Nee, dan de methode van de natte vinger. Van de journalistieke intuïtie. Wie sprak zit uit over het vak, zette zich in voor het vak, wie liet een volwassen, vooruitstrevende en vooral niet laffe indruk na. Welke woordvoerder of bureaudirecteur klemde niet bij het minste of geringste zuchtje wind de kaken bijeen, welke communicatiemanager geloofde nog in de zelfstandige rol en waarde van de journalist, wie haalde op een voorbeeldige manier zijn bedrijf uit het slop, zette het op de kaart, welke voorlichter redde zijn minister uit een brandend pand?
Bingo!
En ruimhartig als ik ben, reserveerden we altijd een plekje voor de schuinsmarcheerders, de spindoctors, de gladde jongens, de praatjesmakers van wie niemand iets moest hebben, maar van wie iedereen de kunst afkeek.
Dat was de longlist. En daarna begon het afpellen. Nog een keer kijken, nog beter volgen, kopje koffie met de twijfelgevalletjes… (onwetend van mijn strenge beoordeling) en dan begon het schrijven, het schuiven. En dat alles volgens een geheel eigen telling en wegingsmethode. En, laat ik dat vooral niet vergeten, intensief sparren met redacteur Jasper Mulder.
Na dagen, weken onafgebroken roeren in de communicatiesoep lag daar dan eindelijk de top-25. Tamelijk eigenwijs, zeer relativerend – niet over mezelf uiteraard, maar over de kandidaten – altijd een beetje pesterig, maar nooit kwaad bedoeld. En al viel er over de uitslag en totstandkoming niet te corresponderen, al proefde ik hier en daar wat jalousie de métier, eigenlijk was iedereen het er wel over eens dat het lijstje aardig klopte. Irritant aardig klopte, als het ware.
En ach, dat gebrek aan transparantie past ook wel bij dit vak.
En toen kwam er een einde aan tijdperk, om tal van redenen, en heerst er spijt over het verdwijnen van dit monumentje. Spijt is niet het goede woord. Nostalgisch, zo duid ik de reacties op de post van Paul.
Misschien heb ik de waarde van de lijst onderschat. De waarde voor het vak, de tastbare behoefte aan boegbeelden. Een lijstje van mensen die het vak richting geven. En zeker onderschatte ik de waarde voor de genomineerden zelf.
Regelmatig tref ik op websites van voormalige kandidaten de zinsnede aan dat ze ooit gewogen en zwaar genoeg bevonden werden. ‘Pietjan van de Paal was nummer 24 in de communicatietop 25 van 2013’, staat er dan – als een verregend affiche uit de tijd dat het circus nog langs trok.
Het was zoiets als een lintje, maar dan anders.
Tijd dus voor een nieuwe lijst? Met nieuwe namen, frisse koppen. Diverser, dat in ieder geval. Jonger ook. Science based, serieuzer, transparanter (haha).
Ik kan u uit eerste hand mededelen dat er gesprekken gaande zijn tussen diverse belanghebbende partijen. Meer kan ik in dit stadium niet mededelen.
Meer is er ook niet over te vertellen trouwens. Of ik dat ga doen? Ach, het gaat niet om mij.
Al ben ik altijd voor een oestertje te porren.
Naschrift: de nieuwe lijst komt er is inmiddels bekend. Hier bij Adformatie, dit najaar!
Reacties:
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!
Hoe je het schrijft maakt mij niet uit.