ProRail kreeg deze week te maken met een rel waar het toch echt even over zijn lijn van woordvoering moest nadenken. Via GeenStijl kwam donderdagochtend het nogal pikante nieuws naar buiten dat een medewerkster op haar laatste dag het hoofdkantoor van ProRail, de Inkstpot, had gebruikt voor het ‘schieten’ van een pornofilm. Hoe reageer je daarop?
Andy Wiemer, woordvoerder van ProRail, deed dat uit het boekje, onder meer tegenover het AD. Hij is persoonlijk en laat de journalist weten hoe verrast hij is door de hele kwestie, en hij blijft in zijn antwoorden licht van toon: ‘Binnenkort is het Open Monumentendag (…), dat biedt een ander inkijkje dan dit’.
‘Ik zag ineens een artikel op GeenStijl staan. Zoals in het artikel in het AD staat, ik ben niet vaak sprakeloos, maar nu even wel… Dit had ik nog nooit meegemaakt.’
‘Dat laatste, De woordvoeringlijn is spontaan tot stand gekomen. Ik ben sowieso geen fan van het in de verkramping schieten en reageer graag menselijk in plaats vanuit een soort ‘corporate jasje. Ik merk ook dat de journalisten die bellen eerst even peilen hoe we in dit verhaal staan.’
‘Ja, ik vertel ze dat we het echt wel serieus nemen, onderzoeken wat er is gebeurd en wat we kunnen doen, maar dat we tegelijkertijd ook relativeren. Ik maak het altijd wat luchtig. Op dat moment schieten ze al snel in de lach.’
‘Nee, dit soort momenten moet je niet zien als bedreiging voor je imago, maar juist als kans om te laten zien dat je gewoon een tof bedrijf bent. Ook al hoort het maken van dit soort video’s daar natuurlijk niet bij…’
‘Dat het inderdaad vrij luchtig werd ontvangen’
‘Haha, ja dat kun je zeggen. We hadden eerder al het mondkapjeslogo op stations, vlak na het uitbreken van de coronapandemie. Als je het ondersteboven bekeek leek het op een piemel. Een journalist belde me hierover, bloedserieus en met kritische vragen. Ik kon m’n lach echter niet onderdrukken, en dat werkte. In plaats van een kritisch artikel, zorgde het voor een licht en luchtig onderwerp in de media.’
