Het AD berichtte anderhalve week geleden dat tachtig procent van de jongeren door corona tegen een burn-out aan en gaf ruim baan aan de afzender van dat onderzoek, het zo gedegen klinkende Nationaal Centrum Preventie Stress & Burn-out, in de praktijk een commercieel bedrijf dat een ‘instrument’ aanbiedt Vitality Mind Challenge.
Wie de site bekijkt van het NCPSB zou al op zijn hoede moeten zijn voor de quasi-wetenschappelijke gebakken lucht, alleen al bij de aanduiding van directeur Theo Immers (‘BSc MSc MBA’) die ‘Analytische Chemie aan de Haagse Hogeschool’ studeerde en ‘Theoretische Fysica’ aan de Rijksuniversiteit Leiden, ofwel: twee niet ter zake doende studies. Immers ‘slaat alarm’ in het AD, voor ‘een hele generatie’ die onderuitgaat tijdens corona. Hij heeft het over zelfdodingen.
Het stuk trok belangstelling van andere media, Het Parool, RTL Nieuws en NU.nl berichten erover evenals het ANP, wat weer leidde tot stukken in De Telegraaf, het Noordhollands Dagblad en andere media.
Kritiek was er ook, onder meer in een stuk op Adformatie.nl waar Roland Kroes de berichtgeving schadelijk noemde voor zowel het PR-vak als het AD zelf. Ook Luuk Ikink van onder meer RTL Boulevard was vrij snel met een draadje op Twitter waarin hij gehakt maakte van bron en onderzoek.
Voor de factcheckers van Universiteit Leiden was het reden het onderzoek van Immers en zijn ‘Nationaal Centrum’ onder de loep te nemen, met een vrij vernietigende uitkomst. Er deugt weinig van, het met als belangrijkste tekortkomingen de selectie van respondenten, de sturende vraagstelling en de meting van burn-out.
‘Burn-outprofessor’ Wilmar Schaufeli, hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie aan de universiteiten van Utrecht en Leuven, oordeelde het onderzoeksverslag als ‘totale quatsch’ en beticht het NCPSB van ‘charlatanerie’.
Het AD besloot daarop tot een rectificatie van het bericht, die nu bij het stuk is te lezen:
‘Inmiddels is dit onderzoek onder de loep genomen door factcheckers van de Universiteit Leiden. Zij oordelen dat dit onderzoek niet betrouwbaar is. Belangrijkste tekortkomingen zijn de manier van selectie van respondenten, een sturende vraagstelling en de meting die daaraan wordt gekoppeld. Eerder oordeelden we zelf al dat we vollediger hadden kunnen zijn in onze berichtgeving over de opzet van het onderzoek. Peiling was een beter woord geweest.
De betrokken journalist verschool zich niet en nam verantwoordelijkheid op sociale media.