Politici zullen binnenkort veel minder reclame maken op Facebook en Instagram, verwacht onderzoeker Tom Dobber van de Universiteit van Amsterdam (UvA). Moederbedrijf Meta mag namelijk over enkele weken geen advertenties meer laten zien die gebaseerd zijn op het internetgedrag van gebruikers, heeft de Europese organisatie van privacywaakhonden (EDPB) onlangs besloten.
Dat maakt het minder aantrekkelijk voor politieke partijen om te adverteren op deze sociale media. In aanloop naar de verkiezingen hebben ze hier al tienduizenden euro's aan uitgegeven.
Niet specifiek richten
Door het besluit kunnen partijen zich niet meer specifiek richten op de potentiële kiezers, op basis van bijvoorbeeld hun woonplaats, leeftijd of hobby's. Dobber vermoedt dat politieke partijen hun budgetten gaan verschuiven naar Google of YouTube. Op deze websites is targeting namelijk nog wel toegestaan, hoewel de opties veel beperkter zijn dan bij Meta.
Politieke partijen hebben deze verkiezingscampagne afgerond 248.000 euro uitgegeven aan advertenties bij Meta, het bedrijf achter Facebook en Instagram. Dat blijkt uit cijfers die de UvA heeft verzameld over de periode van 3 oktober tot en met 1 november. Bij Alphabet, het moederbedrijf van onder meer Google en YouTube, hebben de partijen ongeveer 127.000 euro uitgegeven.
De gepersonaliseerde advertenties zijn uiterlijk eind volgende week niet meer te zien op Facebook en Instagram.
Ongemakkelijke timing
'Ik vind het eerlijk gezegd een ongemakkelijke en ongelukkige timing', zegt Dobber. Hij zou het eerlijk vinden als Meta in Nederland respijt krijgt tot na de verkiezingscampagne, omdat partijen anders halsoverkop van strategie moeten veranderen. EDPB heeft Meta deze maatregel opgelegd omdat het bedrijf gebruikers opdringt dat hun gegevens worden verzameld en ze bestraft als zij hiermee niet akkoord gaan. Dat is niet in lijn met de Europese privacyregels, oordeelt de privacywaakhond.
GroenLinks en PvdA hebben samen het meest uitgegeven aan advertenties bij Meta, bijna 74.000 euro in de genoemde periode. Een kwart van deze uitgaven is gericht op een zeer specifieke groep.
Zo richten de samenwerkende partijen hun advertenties onder meer op mensen die hoogopgeleid zijn en geïnteresseerd in cultuur, vrijwilligerswerk of boeken. Volt (38.000 euro) heeft ingesteld dat een deel van haar advertenties precies evenveel mannen als vrouwen bereikt. De advertenties van het CDA (26.000 euro) zijn gericht op personen die in specifieke postcodegebieden wonen.
Dit wordt de laatste verkiezingscampagne waarin politieke partijen hun reclames zo precies kunnen richten op de mensen die ze willen bereiken. Temeer omdat het Europees Parlement en de EU-landen dinsdag hebben afgesproken om de regels voor politieke reclame strenger te maken. Daardoor moet het duidelijker worden voor gebruikers waarom ze een advertentie te zien krijgen en wie de afzender is. Bovendien mogen sommige kenmerken van kiezersgroepen niet meer worden gebruikt om advertenties op maat te maken. (ANP)
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!