Het is een soort onderzoekspeeltuin voor wetenschappers die willen kijken of maatregelen tegen ongezonde voeding ook daadwerkelijk effect hebben. Chili kwam in 2016 met een pakket aan maatregelen kwam om de consumptie van ongezond eten en drinken te beperken. Het greep in op de marketing gericht op kinderen, verbood de verkoop van ongezonde voeding en drankjes op scholen en kwam met een etiketteringssysteem dat duidelijk maakt of een product veel calorieën, verzadigd vet, natrium of veel suikers bevat.
Al vrij snel werd het succes van het Chileense beleid duidelijk. Uit een onderzoek van de Universiteit van North Carolina, de Universiteit van Chili en het Nationaal Instituut voor Volksgezondheid van Mexico bleek dat onder meer de waarschuwingslabels hun hun effect hadden.
Zo werden er na twee jaar al minder geïndustrialiseerde fruit- en groentesappen gekocht door Chilenen, en kochten ze ook minder dranken dranken op basis van zuivel en vervangingsmiddelen, ontbijtgranen en snoep en desserts zonder granen.
Het resultaat in cijfers: een gemiddelde Chileen kocht dagelijks 24% (49 kcal) minder calorieën, 27% (21 kcal) minder suiker, 16% (6 kcal) minder verzadigd vet en 37% (97 mg) minder natrium.
Sterke reactie
Ook voor de Universiteiten van Tilburg, Wageningen en Leuven was het Chileense beleid aanleiding om te onderzoeken wat het effect van de maatregelen was, en dan specifiek van de waarschuwingslabels. Ze komen nu naar buiten met de resultaten.
De onderzoekers keken naar de etikettering voor ontbijtgranen. Hoe reageerden de fabrikanten op invoering daarvan? En wat betekende de voedsellabels voor het koopgedrag van de inwoners van Chili. Tweeduizend Chileense huishoudens werden gevolgd, van twee jaar voor de invoering van de wet tot anderhalf jaar erna.
Het onderzoek laat interessante resultaten zien. Het blijkt dat met name consumenten die minder te besteden hebben, sterker op de labels te reageren. ‘Zij switchen vaker en kiezen meer voor gezonde producten’, zegt onderzoeker Arjen van Lin van de Tilburg University.
Dat kwam volgens Lin aanvankelijk doordat de labels in een oogopslag laten zien wat er in een product zit en hoe schadelijk het is. Ze haalden daarmee hun informatieachterstand over gezond eten snel in ten opzichte van de beter verdienende en het ook beter geïnformeerde deel van de Chileense bevolking.
Het overstappen naar gezondere producten was overigens vooral bij producten met veel calorieën te zien en in mindere mate bij producten met veel suiker, waarvan mensen vaak al wel wisten dat ze ongezond zijn.
Effect verder versterkt
De onderzoekers zagen nog een ander effect, en dat was het gedrag van fabrikanten. Doordat de Chilenen met een kleinere beurs overstapten naar gezondere voeding, waren er relatief meer rijkere Chilenen die bij de ongezonde producten bleven hangen.
De fabrikanten reageerden daar weer op door de prijzen voor de minder gezonde producten te verhogen – de kopersgroep bestond immers uit minder prijsgevoelige consumenten. Dit alles zorgde er weer voor dat het gezonde koopeffect verder werd versterkt.
Volgens Arjen van Lin biedt het onderzoek de nodige aanknopingspunten voor de situatie in Europa en Nederland, ondanks dat Chili een grote inkomensongelijkheid heeft en een prijsstijging enorme impact op het koopgedrag heeft van de laagste inkomens.
Van Lin: ‘Ook in Nederland en de Europese Unie worden maatregelen getroffen om gezondere keuzes te stimuleren. Denk aan de Nutriscore. Onderzoek toont aan dat het effect van waarschuwingslabels groter is dan we verwachten.’
Er is wel een kleine disclaimer, volgens Van Lin. Het effect aan de vraagkant is deels afhankelijk van de keuzes die fabrikanten maken.