Beeld: overheidscampagne vanAnaarBeter.nl
Brancheorganisatie Vea is niet gelukkig met de ‘minicompetities’ die de Rijksoverheid voor de toewijzing van zijn specifieke campagnes wil organiseren. Deze ‘minicompetities’ vormen de afsluiting van de nieuwe manier waarop overheidscampagnes worden aanbesteed.
Vea-voorzitter Marc Oosterhout, tevens partner in N=5: ‘Wij hebben hier vragen over gesteld, want het kan dus zo maar dat een bureau na maandenlang werk met lege handen staat. Ze hebben ons verzekerd dat er wordt gezocht naar een manier om de campagnes zo te verdelen dat naar rato voldoende werk bij alle bureaus terechtkomt. Maar hoeveel campagnes dit zijn per bureau, is niet te voorspellen. De politieke realiteit speelt altijd mee en het ene ministerie gebruikt eerder communicatie als middel dan het andere.’
Over de indeling in grote en middelgrote en kleine campagnes, zegt Oosterhout: ‘Ik vind het goed dat de overheid zegt: we kiezen bureaus die goed passen bij de opdrachten die we hebben. Grote opdrachten vragen soms om een ander soort creativiteit, kleine opdrachten om een bepaald specialisme. Ik begrijp dat de overheid dit doet. Ze zoeken naar efficiency en een organisatievorm die daarbij past. Bij elke indeling die ze bedenken, is een “maar” te vinden.’
Onlangs werd bekend dat JWT Amsterdam, KesselsKramer, Publicis en Roorda de ‘Grote Campagnes’ mogen gaan doen. Wat precies, dat weten de bureaus zelf ook nog niet.
Lees alles over de nieuwe manier van aanbesteden van de overheid en de reacties hierop van Marc Oosterhout en Gertjan Hafkamp in Adformatie 23.