Door Gemma Schoot
Een goede dialoog helpt als mensen met verschillende belangen, ideeën en kennisgebieden samen een complex maatschappelijk probleem moeten oplossen.
Zo’n dialoog kenmerkt zich door aandacht en respect voor andersdenkenden en naar elkaar luisteren. Het is een gesprek waarin mensen elkaar vragen stellen en doorvragen, net zo lang totdat ieder zich gehoord voelt en begrijpt wat de ander bedoelt. Een gesprek waarin mensen onderliggende aannames, normen en waarden verkennen en elkaars perspectieven erkennen. Een gesprek dat ze afsluiten door gezamenlijk een concrete, haalbare vervolgstap te formuleren.
Alleen, we zijn hier volgens Noelle Aarts niet zo goed in. We zeggen dan wel gerustellend: ‘We zijn in gesprek!’ maar achter de schermen lopen we vast door neigingen die best begrijpelijk zijn, maar waar je niets aan hebt in een dialoog.
In een essay, dat Aarts in 2017 schreef bij haar afscheid als hoogleraar Strategische communicatie aan de Universiteit van Amsterdam, noemt ze drie patronen die de zaak vaak verstieren.
Het eerste is dat we ‘weinig nodig hebben om ergens een verhaal van te maken’, een verhaal dat verder vooral steunt op eigen aannames of op ‘dingen van horen zeggen’.
Het tweede patroon is, dat als we luisteren, we vooral ‘downloaden’. Dat is luisteren vanuit wat we al weten en vinden; we krijgen onze mening bevestigd. Het derde patroon is dat we anderen proberen te overtuigen van ons eigen gelijk.
Identiteit
‘Goed luisteren is een voorwaarde voor een goed en verrijkend gesprek. Een dialoog gaat een stap verder dan dat. Je pelt af waarom mensen zeggen wat ze zeggen’, aldus Aarts. ‘Belangen blijken dan te maken te hebben met angst voor materieel verlies of een immaterieel verlies zoals aantasting van identiteit. Mensen regelen hun identiteit in interactie met anderen. ‘Ik ben in relatie tot anderen’.’
Sinds oktober 2018 is ze hoogleraar socio-ecologische interacties aan de Raboud Universiteit en directeur van het Instituut voor Science in Society aldaar. Ze bestudeert gesprekken tussen mensen en de betekenis ervan voor onze leefomgeving, en omgekeerd hoe de leefomgeving de manier beïnvloedt waarop mensen met elkaar omgaan. Het gaat dan om gesprekken over complexe problemen rondom natuur, natuurbeleid, mens-dierrelaties en landgebruik. ‘Het belang dat dit gebeurt in een dialoog is dat je daardoor openingen naar een gemeenschappelijke basis vindt. Dat is nodig omdat de afhankelijkheden heel groot zijn geworden in onze netwerksamenleving. De klimaatverandering doet hier nog een grote schep bovenop. Klimaatverandering is een collectief probleem.’
Burgerinitiatief
Wie er voor het Klimaatakkoord ook meededen aan de klimaattafels, er zaten vast maar weinig sociaal-wetenschappers bij, is de indruk van Noelle Aarts. Er wordt wat haar betreft te veel geprobeerd om de grenzen van de groei waar we tegenaan zijn gelopen op te schuiven.
Aarts ziet de verandering veel meer komen van praktische partijen die samen iets voor elkaar krijgen, bijvoorbeeld corporaties die met partners hun woningen verduurzamen zonder de huur meteen te verhogen. Of een vorig jaar gestart burgerinitiatief in de Ooijpolder bij Nijmegen, dat de biodiversiteit in het gebied wil vergroten.
Aarts: ‘Mijn promovendus Wim Bosschaart onderzoekt hun werkwijze en heeft vanaf het begin alle gesprekken opgenomen. Zo kan hij systematisch analyseren hoe de deelnemers tot een missie en visie komen. Wie sluiten ze daarbij in en wie sluiten ze uit? Welke identiteitsframes gebruiken ze? Hoe komen ze tot een samenwerkingsverband waarbij ook weer mensen worden uitgesloten op basis van bepaalde ideeën? Dan zie je hoe in- en uitsluiting discursief, al redenerend, ontstaat.’
Polarisatie
Een nieuw inzicht als resultaat van haar onderzoek beschreef Aarts in een artikel over polarisatie, dat in de zomer van 2019 verscheen.
‘Doorgaans denken we dat polarisatie ontstaat door de tegengestelde meningen: ik vind dit, jij vindt dat en dat blijven we maar herhalen om elkaar te overtuigen, wat de afstand alleen maar groter maakt’, vertelt ze.
Het onderzoek laat zien dat de gesprekken zelf de polarisatie in hoge mate veroorzaken. Aarts: ‘We hebben de aard en het verloop van de gesprekken bestudeerd aan de hand van de oude Griekse argumentatieleer. Het blijkt dat beide kanten zorgvuldig bezig zijn hun eigen argumenten op te bouwen, en dat ze dat doen volgens dezelfde regels waarover ze het kennelijk eens zijn. Dat vind ik toch wel cynisch.’
Onbevangenheid
Het goede nieuws van Noelle Aarts is dat we in staat zijn om onze gesprekken te verbeteren en in dialoog een betere wereld te creëren. ‘Ook in organisaties, waar de interactie tussen diverse businessunits te wensen over laat wanneer er verschillende subculturen zijn ontstaan.’
Als we ons maar bewust worden van wat we zelf eigenlijk doen in gesprekken en proberen de principes van de dialoog toe te passen, zo schrijft ze in het essay uit 2017. Als we ons maar verdiepen in de ander, met de onbevangenheid van een kind.
‘Het is de moeite waard. Sterker, het moet, als we een beetje prettig willen leven in de complexe wereld van vandaag, waarin we voortdurend worden geconfronteerd met mensen met andere achtergronden, andere belangen, andere overtuigingen en andere zienswijzen.’
Noelle Aarts, hoogleraar socio-ecologische interacties in Nijmegen, geeft op 22 april 2020 een college over het voeren van een goede dialoog. Het is het derde college in een reeks van zes, georganiseerd door Van Ruler Academy. Klik hier voor meer informatie.
Jammer van de gruwelijke dt-fout in de titel. Even aanpassen?