In april werd in de gemeente Amsterdam een initiatiefvoorstel (PvdD) aangenomen waardoor Amsterdammers vanaf 2017 geen ongevraagde reclamepost meer door de brievenbus krijgen, tenzij ze op eigen initiatief een ja-ja sticker op de brievenbus plakken. De consument moet de sticker zelf betalen.
34 kilo
De gedachte achter het voorstel van de Partij voor de Dieren is om een halt toe te roepen aan papierverspilling. Tegenover Het Parool zei PvdD-fractievoorzitter Johnas van Lammeren: 'Het is tijd dat daar een einde aan komt. Onze regeling heeft een grote positieve impact op het milieu: naast papier wordt er ook veel minder inkt, brandstof en plastic verspild.' De tegenstanders berekenen dat gemiddeld 33 van de wekelijks ontvangen folders ongevraagd zijn en dat zou gelijk staan aan 34 kilo papier per jaar per huishouden.
Veel kritiek
Zowel het MKB als de reclamebranche had van meet af aan veel kritiek op het voorstel. Maar de angst bij retailers dat de komst van de ja-ja-sticker voor minder omzet gaat zorgen, is ongegrond. Dat zou althans blijken uit een onderzoek van onderzoeksbureau TeamVier en Reclamefolder.nl onder 500 Amsterdamse boodschappers tussen 20 en 49 jaar. Bijna driekwart van de consumenten die op dit moment geen papieren folder ontvangt, zegt open te staan voor aanbiedingen. Ze zeggen die aanbiedingen te vinden op websites van winkels, in online folders en in huis-aan-huisbladen.
Supermarkt
Ook lezers van papieren folders halen aanbiedingen voor dagelijkse boodschappen van websites, apps en uit online folders, concludeert het onderzoek. Het gedrag van lezers van papieren folders zou daarmee niet zoveel verschillen van het gedrag van online folderlezers. Joost Rueck, directeur van Reclamefolder.nl: 'Beide groepen zoeken bijvoorbeeld bewust naar aanbiedingen voordat ze een supermarkt bezoeken om iets te kopen. Mensen gaan dus ook met de komst van ja-ja-stickers hoe dan ook op zoek naar aanbiedingen.'
Angst niet gebaseerd op feiten
Winkeliers zijn met de komst van de sticker bang omzet mis te lopen omdat ze minder mensen kunnen bereiken. Rueck zegt dat die angst begrijpelijk is. 'Maar', zegt hij, 'het onderzoek laat zien dat het verlies aan mensen die een papieren folder lezen grotendeels zou kunnen worden opgevangen door online mogelijkheden. Er zullen voorlopig nog papieren folders worden gelezen, maar met de ja-ja-sticker alleen door mensen die dit echt willen en echt iets met de folders doen. De verspilling aan papier, die gaat er uit. Dat levert voor de retailer een kostenvoordeel op.'
Positief tegenover ja-ja-sticker
De ja-ja-sticker wordt in Amsterdam ingevoerd omdat veel reclamefolders ongelezen worden weggegooid. Meer dan de helft (55 procent) van de Amsterdammers staat positief tegenover de komst van de ja-ja-sticker. Een derde staat er neutraal tegenover. Slechts 13 procent staat hier negatief tegenover.
Van papier naar online
Rueck ziet het positief in voor zijn eigen business: 'Steeds meer gemeenten willen een dergelijke sticker invoeren om de hoeveelheid papier terug te dringen. Dit gecombineerd met de hoge adaptatie van online onder met name jonge consumenten maakt dat winkeliers er goed aan doen meer in te zetten op alternatieven zoals online folders. Wat betreft effectiviteit doen deze in ieder geval niet onder voor papieren aanbiedingen.'
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!