Donderdagavond was er in De Balie in Amsterdam het uitgestelde debat over de toekomst van het opinieblad. Met de crème de la crème der Nederlandse hoofdredacteuren: Arendo Joustra van Elsevier, Hubert Smeets van De Groene Amsterdammer, Emile Fallaux van Vrij Nederland en Henk Steenhuis van HP/DeTijd.
Het was bij vlagen vermakelijk en ontluisterend tegelijk. Hier zaten vier (uiteraard mannelijke) oudere hoofdredacteuren met een prachtige passie voor het maken van bladen, opiniebladen, papieren magazines. Maar die, op één na, de digitale ontwikkelingen ofwel onderschatten ofwel bagatelliseerden.
Mannen die opinie willen verkondigen. Hoewel Hubert Smeets denkt dat de Nederlandse lezer eigenlijk beu is van 'opinie': 'Sinds de moord op Van Gogh is het laten van een boer al een mening!' Hij wil daar niet aan meedoen, heeft ook geen boodschap aan wat de lezer wil en denkt. Maar hij wil wel graag, samen met de redactie, zijn 'mening' geven en dat heeft de lezer maar te slikken. En als het de lezer niet zint, dan koopt-ie de Groene Amsterdammer maar niet. Zie hier wellicht een nieuwe marketingtechniek?
Rupert Parker Brady, hoofdredacteur van Pitch, zat in het publiek en stelde net als enkele dames in het publiek een netelige kwestie aan de kaak: luisteren de heren wel eens naar de lezer? Het leek erop alsof de heren hoofdredacteuren daar nou net geen boodschap aan hebben. Ze willen goede journalistiek bedrijven, maar wel op hun manier.
Parker Brady constateerde niet onterecht dat het kringetje wel erg klein wordt als het gaat om wat de hoofdredacteuren en redacties willen wat er op papier wordt gedrukt.
Begrijp me niet verkeerd. Ik denk vaak ook met weemoed terug aan de tijd dat de krant en tijdschrift for that matter 'meneren' waren en zich niet hoefde in te laten met allerlei nutteloos gebrabbel van lezers op internet (lees: Volkskrantblog). Maar feit blijft dat de wereld snel digitaliseert en de media misschien nog wel het snelst. En de lezer (en hoe je het ook wendt of keert, dus consument) wordt mondiger.
Deze heren zitten misschien nu (ondanks dalende oplagecijfers) nog in een enigszins riante positie dat ze zich kunnen veroorloven zich weinig van de lezer aan te trekken. Maar de lezer zal zich dan ook steeds minder van hen aantrekken en zijn informatie wel op een andere manier zoeken. Op internet.
Opmerkelijk: van de vier opiniebladen was De Groene de eerste die ? zoals het web toen nog wel eens werd genoemd ? de digitale snelweg betrad (1994). En HP/De Tijd heeft sinds kort een (weliswaar nog weinig voorstellende) e-mailnieuwsbrief. Vrij Nederland pakt het halfslachtig aan, deels met opiniestukjes, deels met fragmenten uit (in print) gedrukte artikelen en een paar weblogs.
De hoofdredacteur van Elsevier daarentegen heeft het wel goed begrepen. Daar waar de andere hoofdredacteuren met vlagen van weemoed terugdachten aan de 'goede oude tijd', zei Arendo Joustra weinig te hebben aan het nostalgisch terugkijken op de oude journalistieke manier van werken. En dat is te zien aan de site van het grootste opinieweekblad van Nederland.
Elsevier pakte het pas vorig jaar groots online aan, maar de site is een groot succes en een nuttige aanvulling op de papieren editie van Elsevier.
Een vraag van voorzitter Paul Witteman was of deze vier titels over tien jaar nog zouden bestaan.
Steenhuis: 'Ik weet het niet. Maar als HP/De Tijd de komende periode geen substantiële stijging laat zien, zijn wij er niet meer over tien jaar.'
Hubert Smeets: ' Nee, dat denk ik niet. Maar ik zou je niet kunnen zeggen welke titel zal verdwijnen.'
Emile Fallaux: 'Vrij Nederland zal in ieder geval nog bestaan.'
Arendo Joustra: ' Jazeker, maar of het op papier zal zijn, is nog maar de vraag.'
Eerder die avond zei Paul Witteman tegen de Elsevier-man: 'Maar de informatie die je op internet weggeeft, is gratis.' Joustra: ' Ja, maar we verdienen er wel geld mee.'
Binnenkort na te luisteren op www.persmuseum.nl/
(PS. Ik heb geen abonnement op Elsevier, wel op Vrij Nederland - print.)
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!