Een campagne tegen discriminatie op de woningmarkt van het ministerie van BZK, waar volkshuisvesting tegenwoordig onder valt, heeft het nodige rumoer veroorzaakt op sociale media. Vooral de poster met de tekst ‘Erik en Annemarie krijgen morgen de sleutel. (Omar en Samira niet)’ zet kwaad bloed.
De discussie kwam op gang toen een inwoner uit Eindhoven een foto van de campagne op Twitter plaatste. De kritiek is enerzijds afkomstig uit de hoek waar je die zou verwachten; mensen die vinden dat juist statushouders worden voorgetrokken op Nederlandse woningzoekenden.
‘Maar deze campagne gaat niet over statushouders’, zegt een woordvoerder van BZK. ‘Het gaat over gelijke behandeling. We willen laten zien dat er volop discriminatie is op de woningmarkt. Iemand met een Poolse achternaam heeft 11 procent minder kans om als huurder te worden gekozen. Bij mensen met een Marokkaanse naam is dat 25 procent. Maar ook homoseksuelen en alleenstaande vrouwen maken minder kans.’
Bovendien blijkt ook uit de monitor Discriminatie bij woningverhuur 2022, waar de cijfers uit afkomstig zijn, dat 80 procent van de verhuurbemiddelaars bereid mee te werken aan het weren van kandidaten met een bepaald profiel.
Alarmerend
Deze resultaten zijn dermate alarmerend dat BZK eind november met brancheorganisaties, gemeenten en Antidiscriminatievoorzieningen de bewustwordingscampagne ‘Wijs discriminatie de deur’ is begonnen. De posters zijn daar een onderdeel van.
De kritiek richt zich niet alleen op de keuze om dit probleem aan de kaak te stellen, maar juist op de communicatiekeuzes van de campagne. Is de gespannen woningmarkt waar iedereen last heeft van het tekort aan woonruimte wel een goede voedingsbodem voor de boodschap dat Erik en Annemarie morgen wel de sleutel krijgen?
En is het volkshuisvestingministerie dat al jaren zijn eigen doelstellingen voor groei van woningbouw niet haalt wel de aangewezen boodschapper om zich op deze wijze bezorgd te tonen over kansen op de woningmarkt?