Boekhoudschandalen worden vaak gevolgd door negatieve media-aandacht en later weer door aangescherpte wetten en regels om het gedrag te veranderen. Het is echter verspilde moeite dit direct na een schandaal te doen. Slechte publiciteit op zich is namelijk genoeg om te zorgen voor een gedragsverandering in de financiële wereld.
Dit blijkt uit het proefschrift ‘The Financial Reporting Environment: The Role of the Media, Regulators and Auditors’ waarop Miriam Koning donderdag promoveert aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Doelmatiger dan gedacht
In haar proefschrift werpt Miriam Koning de vraag op hoe urgent het is om na negatieve media-aandacht nieuwe wetgeving in te voeren. Uit haar onderzoek blijkt dat uitgesproken negatieve media-aandacht – aandacht die een sterke invloed heeft op de publieke opinie – veel verder reikt en veel doelmatiger is dan aanvankelijk gedacht.
Zij richtte zich onder meer op het boekhoudschandaal rond Ahold, dat veel negatieve aandacht kreeg in de Nederlandse media. Tot ieders verrassing bleek de ongunstige media-aandacht op zich voldoende om potentieel schadelijke en manipulatieve verslagleggingspraktijken te veranderen. Daar was geen veranderende wetgeving voor nodig
Reflex
Het onderzoek van Koning werpt een ander licht op de directe reflex van veel regelgevers om restrictieve maatregelen in de wetgeving op te nemen. Zij pleit er voor dat regelgevers eerst kijken naar hoe de bedrijfstak reageert op de media-aandacht voordat ze nieuwe wetgeving gaan invoeren.
Tegelijk bevestigt het onderzoek van Koning dat mediaverslaglegging zeer effectief kan zijn om te zorgen dat bedrijven zich ethisch en correct blijven gedragen.
Foto: Scienceblog.ei
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!