Het aandeel vertoont een stijgende lijn. Vijf jaar geleden lag het aandeel nog rond de 60 procent.
Dit blijkt uit een studie van Spot naar de ontwikkeling van de reclamebestedingen van de grootste adverteerders in Nederland. De uitkomsten staan vermeld in het Spot Televisierapport 2006.
De groei van televisie gaat ten koste van het aandeel van dagbladen (van 19 naar 8 procent aandeel) en tijdschriften (van 7 naar 4 procent aandeel).
Internetreclame ("banners en buttons") neemt nog altijd niet meer dan 1 procent van de bestedingen voor zijn rekening. Niet geregistreerd is overigens wat de adverteerders besteden aan hun eigen websites.
2006 is daarmee één van de succesvolste televisiejaren uit de geschiedenis, juicht Spot.
Achtergronden van dit verhaal:
1. Meer televisies, mooiere en betere toestellen
Vanaf 2004 is een duidelijke stijging waar te nemen in het aantal verkochte televisietoestellen. In 2005 schaft 1 op de 5 huishoudens een nieuwe televisie aan. Het WK 2006 in Duitsland heeft de verkoop van televisies verder gestimuleerd. In de maanden mei en juni werden 20 procent meer televisies verkocht.
In het voorjaar van 2006 worden er voor het eerst meer LCD/Plasma televisies verkocht dan televisies met traditionele beeldbuizen.
Grotere schermen worden steeds populairder. In 2005 werd 83 procent van de omzet van LCD/Plasma TV's gerealiseerd door apparaten met een beelddiameter van 61 cm of meer.
Het bezit van DVD-spelers neemt verder toe: 63 procent van de huishoudens bezit een dvd-speler. 7 procent van de huishoudens heeft een DVD-recorder, 4 procent een hard disk recorder. De verkoop van de hard disk recorder stijgt sterk, maar de penetratie is nog laag.
Voor het merendeel van de mensen met een harddiskrecorder verandert het televisie-kijken niet ingrijpend. In huishoudens met een Hard Disk of DVD recorder wordt slechts 7 à 8 procent van de kijktijd uitgesteld.
2. Televisie via Internet (IPTV)
Er wordt steeds meer video via internet aangeboden. Tele2/Versatel (sinds 2005) en Mine (sinds 2006) geven hele zenders door. Bedrijven bieden ook steeds meer video via internet aan.
Steeds vaker worden televisie-programma's opgevraagd via internet.
Begin 2006 worden via de site uitzendinggemist van de Publieke Omroep per maand meer dan 4 miljoen streams opgevraagd. Populaire programma's zijn nieuws-en sportprogramma's, maar ook programma's gericht op jongeren. Het aantal opgevraagde streams is echter nog klein in verhouding tot de televisie-kijkdichtheden.
Er is nog geen standaard bereiksdefinitie voor televisie én internet. Bij televisie wordt het aantal kijkers en de kijktijd gemeten, bij internet het aantal opgevraagde streams maar niet de tijdsduur.
3. Kijktijd
De Nederlander is in 2005 meer televisie gaan kijken en kijkt nu gemiddeld 195 minuten per dag (3 uur en een kwartier). In 2006 wordt een verdere stijging verwacht, mede door de Olympische Spelen en het WK 2006.
Elders in de wereld kijkt men veel meer televisie. Japan is hierbij de grote nummer één: hier kijkt men nu maar liefst 311 minuten per dag televisie!
Uit onderzoek van SKO blijkt dat het aantal zenders waar men naar kijkt toeneemt. Men kijkt nu gemiddeld per dag naar 4 zenders (minimaal 5 minuten), per week naar 11 zenders en per maand naar 17 zenders.
4. Televisiereclame
Het aantal merken waarvoor wordt geadverteerd op tv stijgt in 2006 tot ruim 1600.
Er wordt dagelijks ongeveer 17 minuten naar reclame gekeken, dit is een kleine 9 procent van de kijktijd. Het aandeel reclamekijken in de kijktijd stijgt niet.
In 2005 en 2006 zien we een opvallende daling in de spotlengte: de spotlengte neemt af van 26,1 seconde in 2004 naar 25,3 seconden in 2005 en naar verwachting tot 24,5 seconden in 2006.
5. Bestedingen
De bestedingen aan televisiereclame nemen vrijwel ieder jaar toe. In de eerste helft van 2006 zijn de netto bestedingen opvallend toegenomen naar 387 miljoen euro, dit is een groei van ruim 9 procent ten opzichte van 2005.
De toenemende belangstelling voor televisiereclame is breed gespreid over verschillende sectoren. De sectoren waar de meeste groei zit zijn: banken en verzekeringen, loterijen, lichaamsverzorgings-producten en dranken (frisdrank en bier).
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!