Google Knol: Crowdsourcing vs. het expertmodel


Afgelopen juli lanceerde Google Knol, een kennisplatform gebaseerd op het expertmodel, dat Wikipedia van de troon zou moeten stoten. Het idee is dat net zoals in de wetenschap, auteur(s) eigenaar blijven van hun artikelen. Lezers kunnen bijdragen aan artikelen door verzoeken te doen voor wijzigingen, maar de auteur beslist uiteindelijk of hij/zij die wijzigingen accepteert. Daarnaast kunnen auteurs geld verdienen door mee te delen in de advertentie-inkomsten bij hun artikelen. Maar is het tot nu toe succesvol gebleken?
Nee, oordeelt het weblog Slate; plagiaat, zelfpromotie en verouderde artikelen voeren de boventoon en kunnen niet tippen aan de kwaliteit van het crowdsourcing alternatief van Wikipedia. Exemplarisch is een artikel over Sarah Palin door Sam Goldfarb die dit integraal heeft gekopieerd/gejat van Wikipedia, terwijl het artikel op Wikipedia ondertussen al meerdere malen is aangevuld en verfijnd.
Vacatures
Senior Marketeer Partnerships
Nationale Postcode LoterijSenior communicatieadviseur
Gemeente DelftTeamleider Online
AVROTROSHeeft het expertmodel zijn beste tijd gehad?
Knol gaat uit van het principe dat iedereen een artikel kan schrijven rondom een bepaald onderwerp. Auteurs zijn eigenaar van hun artikel en veronderstelt wordt dat een artikel is geschreven vanuit de subjectiviteit van de schrijver. Het Wikipedia model gaat uit van crowdsourcing, waarmee iedereen kan bijdragen aan een bepaald onderwerp, maar waarbij geen rekening wordt gehouden met de subjectiviteit van de participanten, althans niet expliciet. Is het teleurstellende resultaat van Knol nu exemplarisch voor het expertmodel?
Ik denk van niet. Allereerst heeft Knol nog zijn tijd nodig om verder tot wasdom te komen, net zoals Wikipedia destijds nodig heeft gehad. Daarnaast beschikt Wikipedia over een 'first-mover-advantage' dat Knol niet zomaar zal weten te doorbreken. Verder laten de participatiemogelijkheden voor lezers te wensen over. Zo is het mogelijk om een verzoek tot wijziging te doen, maar in de praktijk blijkt dat het vaak onduidelijk is wat de schrijver hiermee doet en dat nodigt lezers niet bepaald uit om te participeren. Daarnaast is het de vraag of gebruikers willen participeren om een artikel te verbeteren, wanneer de schrijver geld verdient met zijn artikel door middel van advertentie-inkomsten, iets dat niet speelt bij Wikipedia.
Ook aan het crowdsourcing model kleven een aantal nadelen. Zo wordt er in het geval van Wikipedia weinig rekening gehouden met de subjectiviteit van de schrijvers. Lezers gaan er vanuit dat de informatie objectief van aard is, maar dat is in veel gevallen nog maar de vraag. Zo laat Tegenlicht zien dat het makkelijk is om opzettelijk valse informatie te verspreiden. Zo liet prinses Mabel een aantal zaken over haarzelf verwijderen.
Ook is de vraag hoe democratisch crowdsourcing daadwerkelijk is als blijkt uit onderzoekstatistieken dat een klein deel van het totaal aantal bezoekers bijdraagt aan de creatie van nieuwe content. Met andere woorden, zijn die content creators (13% van het totaal aantal bezoekers) wel representatief voor de rest? Waarschijnlijk niet. Ook wordt er door diverse vooraanstaande bloggers gesteld dat er door crowdsourcing een vervlakking optreedt waarbij er minder ruimte overblijft voor creativiteit en kwaliteit.
Wat kunnen we concluderen?
Crowdsourcing heeft zich bewezen op meerdere vakgebieden en biedt veel potentie, maar de reikwijdte is niet oneindig. Zo zal het moeilijk zijn om een model op te zetten van vrijblijvende participatie van gebruikers in een commerciële omgeving, iets dat Knol ook parten lijkt te spelen. Verder is crowdsourcing niet altijd zo democratisch als het lijkt, de minderheid van de bezoekers plaatst content, en het merendeel van de bezoekers neemt deze informatie als waarheid aan.
Het expertmodel als model voor kennisontwikkeling is zeker niet achterhaald. Dit model sluit nog steeds het beste aan op kennisgebieden waarbij de subjectiviteit van meningen en visies bijdraagt bij de kennisontwikkeling. Wel zie ik veel mogelijkheden om het expertmodel te versterken met participatiemogelijkheden, iets dat Google heeft getracht met Knol maar hiermee nog niet succesvol is geweest.
Reacties:
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Word lid