Het Nederlandse omroepbestel moet ingrijpend worden gewijzigd. Het legt nu te veel nadruk op organisaties in plaats van content en contentmakers, verantwoordelijkheden zijn vaag en versnipperd, en de belangen bij de profilering van het media-aanbod botsen. Het bestel dreigt daardoor de aansluiting te missen bij maatschappelijke, technologische en marktontwikkelingen.
Dat is het opmerkelijke en vergaande advies dat het Commissariaat van de Media vandaag uitbrengt. Het komt hiermee op een verzoek van toenmalig mediaminister Arie Slob in 2021. Hij vroeg om ‘te reflecteren’ op de criteria om nieuwe omroepen toe te laten.
Definitief afhaken jongeren
Het Commissariaat besloot veel verder te gaan dan een antwoord die vraag. Het nam het hele publieke omroepbestel onder de loep en pleit voor een ‘integrale’ aanpak, omdat het aanpassen van losse onderdelen de knelpunten niet oplost.
De kwaliteit van het media-aanbod komt dan verder onder druk te staan, aldus het commissariaat, en bovendien krijgt het steeds meer omroepen met te weinig maatschappelijke binding. Jongeren zouden definitief afhaken.
Moed en inzet
Het commissariaat pleit onder meer voor een omroepbestel met meer directe maatschappelijke binding. Het zou zich minder moeten laten leiden door een ‘publieke mediaopdracht’, maar meer moeten sturen op het maken van programma’s. Ook met het open zijn voor contentmakers.
‘Het bestel moet nu in transitie’ schrijft het commissariaat. Dat vergt ‘moed, inzet en veranderbereidheid van alle betrokken partijen’ .
Het advies van het Commissariaat is het tweede dat oproept tot een verandering in het systeem. Ombudsman Margo Smit concludeerde onlangs dat de publieke omroep moeite heeft met haar transparantie en communicatie met het publiek. Ze deed dit in een onderzoek naar klachten over de journalistieke kwaliteit van Ongehoord Nederland.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!