Jongeren en internet; een open boek?

Jongeren staan momenteel weer volop in de belangstelling. En dat is te merken aan de hoeveelheid onderzoek, media-aandacht en boeken die aan hen gewijd wordt. Onlangs werden we blij verrast met een grootschalig onderzoek van de Rutgers Nisso stichting - in opdracht van Mijn Kind online - onder ruim tienduizend jongeren naar de relatie tussen jongeren, seks en internet. Voor marketeers actief in de jongerenmarkt verplichte bagage.

Het boek van Justine Pardoen en Remco Pijpers 'Verliefd op internet' is (deels) gebaseerd op dit onderzoek. Een kraakhelder en bruisend boek dat in een heel benaderbare stijl het online emotionele leven van jongeren prijsgeeft. Gelardeerd met beeldende citaten van jongeren zelf schetst het de nieuwe seksuele revolutie die zich onder jongeren voltrekt in een evenwichtig perspectief van mooi enerzijds en heel kwetsbaar anderzijds. Via een prachtige opbouw gidst het de lezer langs jongeren, internetontwikkelingen, seksualiteit en ouders om zo een eigentijds beeld te schetsen van de seksuele internethabitat van jongeren. Dit is niet alleen een boek dat bezorgde ouders door onzekere tijden loodst, het is zeker ook een boek dat, gelezen en wel, op de boekenplank van jongeren-marketeers thuis hoort.

Een ander waardevol werk in deze context is het boek 'Is dit liefde?' van Daniëlle Vogels. Een klein juweeltje van zo'n honderd pagina's dat de diverse belevingen van jongeren laat zien ten aanzien van liefde en seksualiteit. Mooi dat zij de jongeren in al hun openhartigheid zelf aan het woord laat, mooi dat je daardoor een ongefilterd beeld krijgt over de verandering in dit belevingsdomein van jongeren. Als je eraan begint, suis je er in bijna twee uur doorheen met het gevoel alsof je een journaalblok hebt gekeken. Ik zou zeggen; nog een 'must-read'.

Enkele weken geleden verscheen het boek 'Generatie Einstein' van Jeroen Boschma en Inez Groen. Het boek opent vrijwel direct met een aanval op stigma's omtrent jongeren zowel binnen als buiten de marketingcommunicatieprofessie en hekelt de alom heersende normativiteit. Gek genoeg doen de auteurs dat door zelf een niet mis te verstane normativiteit uit te braken over wat zij noemen de Generatie X of Niks. Jongeren van nu zijn slimmer, sneller en socialer en daarom Generatie Einstein. Beetje rare naam in dat opzicht, maar goed.

Totaal ongefundeerd en met geweldig generalistische benaderingen wordt deze generatie, met een normativiteit waar je u tegen zegt, opgehemeld als een nieuwe Verlichting. Bijna nergens worden stellingnames met referte aan onderzoek gestaafd, iets dat de auteurs lijken weg te wuiven door hun distinctie van gangbaar kwalitatief en kwantitatief onderzoek.

Toch raar, waar de auteurs eerder dat 'vermeend stigmatiserend denken' van marketeers met wortel en tak willen uitroeien. Het boek is vervelend geschreven en - ik kan er niets aan doen ? ik heb me er met hangen en wurgen doorheen gelezen. En als al dat populisme nu zou leiden tot in elk geval werkelijk nieuwe inzichten?
Maar nee, het tweede bedrijf van het boek, waarin de link wordt gelegd tussen dit nieuwe generationele paradigma en het communicatievak, strandt in een krachteloze opsomming van communicatiestokpaardjes. Het lijkt wel of het tweetal haar eigen gevoelens heeft opgeschreven, conclusies die al getrokken waren lang voor publicatie van het boek. Laat het maar niet aan jongeren lezen!