Door Job Hulsman - ‘Hoeveel procent van ons werk over communicatie gaat? Misschien is het geen honderd procent, maar het zal niet zo gek veel schelen.’ Aan het woord is Rijk Boerma (62), creatief directeur en partner bij Mijksenaar. Hij werkt sinds 1987 bij het Amsterdamse bureau voor wayfinding, waar zo’n dertig mensen werken. Door ingewikkelde informatie helder over te brengen, helpt Mijksenaar dagelijks miljoenen mensen over de hele wereld bij het vinden van de weg.
Mijksenaar verwierf bekendheid vanwege de no-nonsense bewegwijzering op Schiphol, waarvoor het bureau sinds 1990 verantwoordelijk is. Die aanpak – heldere iconen, functionele kleurcodering, veel geel, leesbare fonts – valt zo goed in de smaak, dat vliegvelden van over de hele wereld het bureau vragen. Van New York tot Johannesburg en van Doha tot Genève, overal is de handtekening van Mijksenaar zichtbaar. Net als in tientallen ziekenhuizen, scholen, kantoren, musea en stations. Oprichter Paul Mijksenaar, nog steeds actief betrokken bij het bureau, ontving in 2015 de BNO Piet Zwart Prijs, een oeuvreprijs voor functioneel ontwerp.
Eenvoud, logica en je heel goed verplaatsen in de gebruiker, zo vat Boerma de werkwijze van Mijksenaar kort samen. Als hij praat, vliegen de voorbeelden over tafel. Boerma: ‘Ik wilde me vanochtend aanmelden als testreizger voor de Noord/Zuidlijn. Ik zocht naar een button. Of eigenlijk liet ik me gewoon leiden, maar toen gebeurde er niets. Ik moest op zoek en vond uiteindelijk een linkje in een lap tekst. Dat kan veel eenvoudiger.’
Hebben de makers van die pagina zich niet goed genoeg verplaatst in de gebruikers?
‘Dat vermoed ik, ja.’
Wat zijn veel gemaakte wayfinding-fouten op websites?
‘Dat zou ik je niet durven zeggen, echt niet. Als ik op een website ben, kijk ik als een gewone gebruiker. En als ik iets niet kan vinden, raak ik gefrustreerd. Ik ben ook heel slecht in het vinden van de weg.’
Komt de professional in u dan niet naar boven?
‘Dat geduld heb ik niet. Als ik gefrustreerd ben, wil ik ergens zo snel mogelijk weg. Een tijd geleden was ik voor een kennismakingsgesprek bij een mogelijke opdrachtgever, een ziekenhuis. “En, kon je het vinden?”, vroegen ze gevat toen ik binnenkwam in een vergaderzaal op de zesde verdieping. Ik heb vervolgens eerlijk gezegd dat ik de receptie niet kon vinden bij binnenkomst. Ze keken me toen raar aan; alsof ik een grap maakte. Ik heb ze vervolgens mee naar buiten genomen, waarop we samen opnieuw het gebouw betraden. “En nu?” vroeg ik toen we eenmaal weer binnen stonden. Een van die mensen wees me op een bordje aan het plafond, waar ik bijna recht onder stond. Daar kijk je niet gemakkelijk naar. Nou, dat soort dingen.’
Hoe nemen mensen informatie tot zich?
‘Mensen zijn heel verschillend, dat is belangrijk om te weten. Er zijn ongeletterden, hoogbegaafden, warhoofden, super oplettende mensen, en ga zo maar door. Wij proberen het voor iedereen makkelijk te maken. Daarbij gaan we uit van iemand die ergens voor het eerst komt. Mensen zijn snel verveeld. Echt goed lezen is er vaak niet bij, informatie wordt gescand. Als je op een website niet binnen drie klikken bent waar je wilt zijn, geef je het op. Dat is het uitgangspunt. Zo simpel mogelijk, blijkt vaak het beste te werken. En als je kleur toepast, doe het dan functioneel.’
Hoe doe je dat, functioneel kleur toepassen?
‘Een architect stelde eens aan mij voor om elke laag van een parkeergarage een kleur te geven, en mensen zo te helpen om hun auto terug te vinden. Toen zei ik tegen hem: “Als mijn vrouw vanavond vraagt welke kleur vloer deze vergaderzaal heeft, moet ik haar het antwoord schuldig blijven.” Die architect keek vervolgens snel naar de vloer. Hij wist zelf ook helemaal niet welke kleur die vloer had. Zo werkt het dus. Een vloer heeft altijd een kleur, daar let je dus niet op. Vind dan je auto nog maar eens terug.’
Wat is het alternatief?
‘Dat is per locatie verschillend. Voor de parkeergarage op Schiphol hebben we secties gemaakt met opvallende oer-Hollandse symbolen, zoals tulp, koe en vuurtoren met daarbij unieke rijnummers. Verdiepingscijfers zouden te verwarrend zijn, omdat mensen via de weg op niveau +2 binnenkomen. Dat besef je je niet. Mensen zeggen regelmatig tegen mij: “O, wat grappig, ik zet mijn auto altijd bij tulp neer.” Beter kan je het niet hebben. De verdieping doet er ineens niet meer toe. Geef mensen niet meer informatie dan nodig is.’
Wat is het hoogst haalbare in uw werk?
‘Mensen met zo min mogelijk middelen probleemloos van A naar B krijgen, zonder dat ze het door hebben. Hoe meer er vanzelf gaat, hoe prettiger het is.’
Wat zou u communicatiemensen adviseren vanuit uw werk?
‘Kruip in de huid van de gebruiker. Als wij bij communicatiemensen aan tafel zitten, gaat het heel vaak over de huisstijl. Dat wordt dan heel belangrijk gevonden, maar eigenlijk interesseert het ons niet zoveel. Een huisstijl verandert eens in de zoveel tijd, terwijl gebouwen decennia lang blijven staan. Musea hoeven echt niet bang te zijn dat we verlichte gele bewegwijzering voorstellen. Dat kan ook op een andere manier. Het is vooral belangrijk dat mensen hun weg kunnen vinden, zoals het toilet in het geval van hoge nood.’