De redactie van Communicatie vroeg Youssef Eddini (hoofd NOS Marketing & Communicatie) een dag lang geen Whatsapp te gebruiken, geen Facebook, geen Twitter en geen sms – en hiervan verslag te doen.
‘Ik heb het anderhalve dag volgehouden, maar my goodness! Hoe moet ik het samenvatten? Het is zo’n ongelooflijke manier van werken. Ik voelde me onthand en ik had weinig structuur. Ik was echt van de kaart. Mijn belangrijkste tools in mijn werk werden mij ontnomen: de mail en app. Ik krijg zon 100 à 150 mails per dag te verwerken. De helft daarvan is echt belangrijk. Dat zijn communicatielijnen die ik heb met mensen. Je krijgt een vraag van een journalist, van een hoofdredacteur, de directie, collega’s. Doen we wel of niet dit interview? DWDD vraagt of een van onze presentatoren kan aanschuiven, en ze willen het binnen een half uur weten. Stuur nog even wat cijfers aan mij door, et cetera. Dat zijn best impactvolle beslissingen. Daarnaast moet ik ook 15 mensen aansturen op de afdeling. Het gaat ontzettend efficiënt om dat allemaal online te doen. Wat een werk is bellen! Je bent er ook veel meer tijd aan kwijt, want je gaat ook vragen: “Hoe is het met je?” Je bent zo een kwartier verder. Je kunt niet in staccato bellen, of in telegramstijl. Ik app voortdurend met mensen. Met de hoofdredactie van het NOS Journaal gaat het niet van: “Hallo Marcel (Gelauff, red.), hoe is het? Ik heb een vraag.” Het gaat veel sneller. “Er is een verzoek binnengekomen van die en die, ik vind dat we dat kunnen honoreren. Wat jij?”
Ik ben er met deze challenge vooral achter gekomen dat we ongelooflijk veel werk verzetten door de komst van online. Wij verstouwen tegenwoordig waarschijnlijk wel vier keer zoveel informatie als vroeger. Dat gaat in stilte. Ik zit zwijgend op mijn kamer en toch communiceer ik met tientallen mensen.
Je kunt heel gemakkelijk je baas die in vergadering zit even snel die cijfers waar hij om vraagt mailen. Maar als je hem wilt bellen, neemt hij toch niet op.
Ik heb aan niemand iets over deze challenge gezegd. Ik wilde weten hoe mensen zouden reageren. Iedereen is hier heel snel binnen de NOS: ze verwachten binnen 10 minuten een reactie. Maar nu zeiden mensen dat ik nog niet gereageerd had en ook dáárop kon ik niet reageren, want ik had bepaalde telefoonnummers niet. Dan moest ik dat weer opzoeken. Je hebt geen telefoongids bij je.
Mijn collega’s hebben me er niet op aangesproken. Ik kreeg niet op mijn kop. Maar als ik dit een week had gedaan, dan waren er denk ik wel wat wenkbrauwen gaan fronsen.
Ik lees normaal gesproken ook al mijn kranten online. Dat kon ik nu dus ook niet doen. Ik kon geen enkele app raadplegen, geen kijkcijfers checken. En dat zijn gewoon de dingen die mij in het eerste uur van mijn werkdag up-to-date houden. Dan heb ik het nog niet eens over Facebook en Twitter.
Die twee sociale media gebruik ik niet of amper om zelf iets te posten. Ik struin ze natuurlijk wel af om te zien wat er leeft in de online community. Ik zit niet meer op Facebook omdat het me te veel tijd kost. De druppel was dat iemand me vroeg of ik een foto wilde liken die hij had gepost en waarom ik nog geen reactie had geplaatst.
Ik heb nog wel een Twitter-account, maar na een fittie met de tekenaar van Fokke en Sukke rond een misvatting van zijn kant en de daarop volgende haat- en dreigmails van twitteraars, ben ik opgehouden met posten. Dat geeft een hoop rust.’
De redactie van Communicatie vroeg ook aan Willemijn Vader, Dick Kors, Karin Dijksman en Remco Janssen de uitdaging aan te gaan – lees hier over hun bevindingen.
Dit artikel is ook verschenen in Communicatie november 2014.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!