`Ceo’s moeten actief zijn op sociale media`

Dit blijkt uit het onderzoek ‘The Social CEO: Executives Tell All’ van pr-adviesbureau Weber Shandwick en onderzoeksbureau KRC Research.
Leslie Gaines-Ross, Weber Shandwick’s chief reputation strategist: ‘Van ceo’s wordt tegenwoordig verwacht dat ze content aanleveren voor hun organisaties. Sociale media zijn niet alleen efficiënte middelen om informatie te ontsluiten en mensen te betrekken bij je merk, maar zorgen ook voor een perceptie van beter leiderschap onder executives.’

Verschillende redenen
Executives geven aan dat ze om verschillende redenen de voorkeur geven aan ceo sociability: medewerkers zelf zijn al actief op sociale media; ceo sociability wekt positieve gevoelens op bij medewerkers; en ceo’s die actief zijn op sociale media worden beschouwd als betere leiders dan ceo’s die dat niet zijn.
Het belangrijkste voordeel van ceo sociability is, volgens 80 procent van de executives met een social ceo, het delen van bedrijfsnieuws en -informatie.

Andere belangrijke voordelen zijn het verbeteren van de bedrijfsreputatie (78 procent), het demonstreren van bedrijfsinnovaties (76 procent), het humaniseren van het bedrijf, het verbeteren van de communicatie met de medewerkers en het opbouwen van mediarelaties (75 procent) en het verbeteren van de bedrijfsresultaten (70 procent).

Unsocial
Een persoonlijk Facebookprofiel, Twitteraccount of YouTubekanaal is mogelijk niet aantrekkelijk of haalbaar voor iedere ceo. Het onderzoek laat zien dat veel ceo´s die niet participeren op sociale media, feitelijk al communiceren met medewerkers via intranetten (50 procent) en zichzelf zichtbaar maken voor externe doelgroepen op hun bedrijfswebsite (62 procent).

Weerstand
De studie laat zien dat geen enkele reden voor non-participatie van ceo’s er echt uit springt. De voornaamste redenen voor het niet participeren van ceo’s op sociale media zijn: het is niet typerend voor onze regio of industrie, de ceo ziet geen rendement op de investering, er is geen vraag naar en het is te riskant.
In het algemeen geven executives echter aan dat de weerstand tegen sociale media participatie aan de top begint. Gezien het feit dat executives wereldwijd de komende vijf jaar een groei van 50 procent in ceo sociability verwachten, moeten deze barrières geadresseerd en weggenomen worden.

7 gewoonten van zeer actieve ‘social ceo’s’
Weber Shandwick vergeleek ‘zeer actieve social ceo’s’ (waarvan executives aangeven dat ze minimaal één keer per week participeren op sociale media) met gemiddeld actieve ceo’s om een profiel te ontwikkelen van de meest social ceo’s.

1. Ceo’s die zeer actief zijn op sociale media gebruiken meer socialemediahulpmiddelen. Hyper-social ceo’s realiseren dat sociability meer is dan alleen een bericht plaatsen op Twitter of een update plaatsen op een microblog. Sociability van wereldklasse vereist een strategisch vervaardigd plan om de content van het bedrijf over verschillende kanalen te distribueren.

2. Ze beheren een blog. Deze ceo’s zien de waarde van long form contentcreatie als een manier die hun perspectieven context, betekenis en diepte geeft.

3. Ze gebruiken de bedrijfswebsite. Deze leiders realiseren dat de website ‘digital ground zero’ blijft voor personen die bedrijfsinformatie zoeken en een platform biedt voor content die aangeboden wordt in verschillende formaten.

4. Ze schrijven zelf. Deze ceo’s zijn doe-het-zelf’ers. Hun veelvuldig posten van content beïnvloedt hun vastberadenheid om alles zelf te schrijven, hoewel ze hoogstwaarschijnlijk input krijgen van hun marketing- en communicatieteam.

5. Ze kijken vooruit. Deze ceo’s begrijpen intuïtief dat technologie en sociale media de toekomst zijn van content distributie en ze willen deel uitmaken van deze communicatierevolutie.

6. Ze zijn spontaan maar niet te informeel. Deze sociaal behendige ceo’s behouden de formaliteit van hun kantoor maar laten stakeholders weten dat ze snel kunnen reageren en kansen aangrijpen.

7. Ze betrekken een bredere variëteit externe stakeholders. Deze ceo’s zien de waarde van sociability en gebruiken het om een breder portfolio van stakeholders te bereiken.

De studie is uitgevoerd met een online vragenlijst die is ingevuld door 630 senior professionals uit tien landen, inclusief opkomende en ontwikkelde markten.