Door Roderick Mirande, Jasper Mulder en Susanne van Nierop
De besmettingscijfers gaan weer sky high, de ziekenhuizen worden in staat van paraatheid gebracht en de angst voor een zelfde coronapiek als eerder dit jaar groeit met de dag. Het is onder meer het gedrag van jongeren dat het kabinet, het RIVM en ook veel mensen, zorgen baart. Hoe krijgen we jongeren – los nog van de volwassen virusontkenners (onbegonnen werk) – zover dat ze de coronaregels in acht nemen?
Geen heil
Dit voorjaar werd om de jeugd te kneden onder meer influencer en zangeres Femke Louise door de overheid in stelling gebracht. Nu zij zich met een sleep van één miljoen volgers juist tégen de coronamaatregelen keerde (#ikdoenietmeermee) om daar na een dag weer op terug te komen (#zedoetwelweermee) lijkt het hele idee van influencers inzetten een nogal zinloze manoeuvre.
Hoe moeten we jongeren dan bereiken? Hoe stimuleren we dán het juiste gedrag?
Ik trek dit niet meer
Tom De Bruyne (Sue Amsterdam), gespecialiseerd in gedragsbeïnvloeding, ziet in ieder geval geen heil in communicatie. Vanuit de gedragswetenschap bezien, kun je het jongeren niet kwalijk nemen dat ze het niet zo nauw nemen met de coronaregels, zegt hij.
De Bruyne: ‘Zij redeneren dat alle dingen die belangrijk zijn in hun leven, al hun diepere drijfveren, ondermijnd worden door corona. Samen met vrienden op stap, op school nieuwe dingen leren, smossen (foezelen, red.) in het fietsenhok, nachtjes doorhalen, álles wat je studententijd geweldig maakt. De opofferingen die van ze gevraagd worden, zijn enórm. Dus als je twijfel gaat zaaien, valt dat op vruchtbare bodem en gaan ze dat keihard aangrijpen. “Ik trek dit niet meer”, zeggen ze, dat is een simpele realiteit. Het is niet vol te houden.’
Awkward
De Bruyne zegt dus eigenlijk dat ‘andere mensen níet besmetten’, het niet wint van ‘onder vrienden zijn’. De oplossing ligt volgens hem dan ook in het ‘ontwerpen van een nieuwe gedragssituatie’: mondkapjesplicht.
De Bruyne: ‘Kijk, in de 1,5-metersamenleving vermijden we besmetting door afstand. Aan een mondkapje kleven weliswaar bezwaren, maar ze houden wel de grootste druppels tegen. Maar evengoed een groot voordeel is dat je de mensen die er geen dragen, er meteen kan uitpikken.'
De Bruyne voorspelt dat het dragen van een mondkapje heel snel gewoon wordt. 'Het wordt hét symbool van het de kop indrukken van het virus, zonder dat we knettergek worden. Nu voelen we ons heel awkward als iemand er eentje draagt. Diegene moet de sociale druk trotseren omdat hij de enige is. Maar als iedereen het op heeft, is het al gewoon.’
Categorie kansloos
Rick van Baaren is het roerend eens met De Bruyne. 'Communicatie kán dit niet fixen.' Van Baaren is hoogleraar Gedragsverandering & Maatschappij aan Radboud Universiteit en science director bij Open Now. 'Ik loop volledig vast op het idee dat communicatie jongeren kan bewegen zich nu anders te gaan gedragen. Je kunt niet als een Michael Knight uit het niets met een oplossing komen.'
Van Baaren is op z'n zachtst gezegd kritisch op de manier waarop jongeren - ook door premier Rutte en Hugo de Jonge - worden aangesproken. 'Wat nu gebeurt is dat jongeren wordt gevraagd afstand tot elkaar te houden, dat valt in de categorie kansloos. Streng handhaven kan, maar streng toespreken en smeken om motivatie moet nooit je positie zijn.'
Hij legt uit hoe hij het probleem dat jongeren hun gedrag onvoldoende aanpassen zou benaderen. 'Je moet er emotieloos naar kijken en bezien wat haalbaar is. Ik ga aan de slag met een mindmap van motieven en weerstanden. Het probleem is dat jongeren onvoldoende afstand houden. Daar hebben ze sociale motieven voor, er is een lage risicoperceptie en er is sprake van een laksheid. Ik zou op dat laatste gaan zitten: hoe zorg ik dat ik een ander niet besmet? Niemand wil een ander besmetten.'
Zaadje motivatie
En als je dan toch gericht communiceert, rondom het invoeren van maatregelen als mondkapjes of een nieuwe lockdown? Van Baaren: 'Dan moet het zijn op dat zaadje waar de motivatie wel ligt.'
Jan Jelle van Hasselt van Wit Communicatie heeft in het verleden de nodige dialogen, gesprekken georganiseerd rond onderwerpen waar er eveneens grote weerstand was. Van windparken aan de kust tot een akkoord over klimaatmaatregelen die hoe dan ook ergens flink pijn deden. Ook met jongeren is de dialoog, het gesprek, het effectiefste middel om het zaadje van Van Baaren te laten ontkiemen.
Lees ook het artikel Tien tips voor coronacampagnes voor jongeren
Vanzelf gaat dat uiteraard niet, zegt Van Hasselt, er moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Ten eerste moet het gesprek door jongeren met jongeren worden gevoerd, in die zin is de keuze voor influencers goed te begrijpen en zijn de dreigende oproepen van Grapperhaus en Rutte kansloos. 'Richt je op het positieve, dat hun gedrag ergens aan bijdraagt, aan minder besmettingen in dit geval.'
Daarnaast moet het gesprek volgens de communicatieadviseur gebeuren in de omgeving waar de jongeren zijn, op scholen, terrassen, sportclubs, noem maar op. 'In hun fysieke omgeving. Je moet ze daar verrassen, een klassieke les van de Robert Cialdini. Doorbreek hun routine door iets vreemds te laten gebeuren, iets anders dan ze normaal zouden meemaken of doen.’
Anderhalve meter smurfen
Zelf bedacht Van Hasselt ooit een fietssmurf voor de centrale bibliotheek in Amsterdam. Die sprong bij mensen achterop als ze hun fiets pal voor de bieb wilden zetten en wees ze op de ondergrondse stalling. Dat wil hij jongeren niet aandoen, ‘maar verzin maar iets wat de anderhalve meter fysiek maakt, een jongere met een enorme hoelahoep om. Je zult zien: dat brengt ze in gesprek, daar begint de verandering van gedrag.’