Het antwoord heeft vele aanleidingen maar vooral het gevolg is bij iedereen te merken.
Van ambacht naar productie
Design is niet nieuw en slecht design zeker niet. De ontwikkeling van industriële vormgeving was een gevolg van de industriële revolutie. Er werd overgeschakeld van ambachtelijke vervaardiging (elk stuk was uniek) naar serieproductie (elk stuk was identiek zoals door de ontwerper beoogd).
Voor de tijd van massaproductie kon (over)grootvader maanden doen over het fabriceren van één stoel. Elk hoekje werd met veel geduld rond geschuurd en de oppervlaktes werden laag voor laag gelakt. Tijd was nimmer een kwestie.
Dit veranderde langzaam, onder de rook van de fabriek kwamen nieuwe eisen aan een product. Het moet zowel mooi als praktisch bruikbaar zijn; bovendien moest het ook voor een redelijke prijs te fabriceren zijn. Het perfecte voorbeeld is de Rood-blauwe stoel van Rietveld. Jaren verstreken en Art Nouveau werd afgelost door Art Deco en vervolgens overgenomen door het Streamlining tot ver in de jaren tachtig. Hier kwamen de computers in het spel en moest er nagedacht worden over een virtuele interface. Dit bracht de nodige problemen met zich mee, want niet alleen waren de technische mogelijkheden beperkt, maar hoe geef je iets weer wat abstract is? Hoe geef je een dossierkast weer in letters van het alfabet?
Nieuwe technologie
Iedereen kent de obsessie die Steve Jobs had met Skeuomorphism. Het digitale ontwerp proberen zo realistisch mogelijk te maken, zodat het een ‘echt fysiek object’ lijkt. Steve was helemaal gek van het leer in de Apple agenda, en besteedde uren aan het beoordelen van de stiksels die het leer op z’n plaats houden. Het idee hierachter is dat de gebruiker meteen herkent hoe het programma werkt en dus geen tijd besteed aan het lezen van handleidingen. Het is tevens ideaal voor de gebruikersgroep die weinig ervaring heeft met het platform.
Prelude
Ik ben geboren in 1986 en dus opgegroeid in slecht design. Pinautomaten, de kaartjesmachine van de NS, op “Start” drukken om Windows 95 wil afsluiten, en niet te vergeten de auto. Het heeft mij altijd verbaasd dat bij een BMW van een ton of meer een stagiair een half uur heeft mogen besteden aan de interface van het navigatiesysteem en de autoradio. De vorm van de achterlampen worden in elke autoshow breed uitgelicht, maar de software die er dagelijks bij wordt gebruikt lijkt te zijn ontworpen op een Commodore.
Geoff Teehan van Teehan-Lax heeft hier een heerlijk artikel over geschreven, waarbij hij de UI van een Ferrari California ($ 200.000,-) wordt vergeleken met een Chrysler Town & Country mini-van ($ 24.000,-) deze zijn namelijk hetzelfde. Gênant.
Design voor iedereen
Waarom begint het nu pas bij de massa op te vallen? Waarom hebben mensen sinds een jaar of drie steeds hogere eisen aan design en interface? Het antwoord is simpel: dankzij de smartphone. Iedereen heeft ineens toegang tot subliem design. Alle apps op je telefoon werken als een trein, en wanneer dit niet zo is laat de gebruiker dit gelijk aan de developer weten via een vernietigende recensie of tweet.
Waarbij design en interfaces nog geen tien jaar geleden termen waren voor vakidioten en dandy’s heeft nu iedereen een mening over de juiste manier van navigeren en lay-out technische aangelegenheden.
Dit vind ik mooi. Qua muziek, politiek of mode heb ik vrij weinig raakvlakken met twee generaties voor mij, maar sinds oma een iPad heeft zijn wij digitale gelijken. Haar interface ergernissen zijn hetzelfde als die van mij, en zij had voor 2012 nog nooit een computer aangeraakt. Nu mobile er is voor iedereen, is iedereen mobile. Software design wordt volwassen. Zelfs de meest pragmatische fabrieksdirecteur geeft tegenwoordig de opdracht dat de voor hen ontwikkelde software “er wel goed uit moet komen te zien”. En zo is de industriële revolutie de software revolutie geworden. De Rood-blauwe stoel is iOS 7.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!