Nee, Noelle Aarts, hoogleraar communicatie aan de Universiteit van Amsterdam en Wageningen UR, gelooft niet dat alles met alles samenhangt. ‘Als mensen zeggen: toeval bestaat niet, zeg ik: alles is toeval.’ Aarts is vooral geïnteresseerd in de betekenis van de context, de veelkleurigheid van de werkelijkheid. Twintig jaar geleden zette ze in haar proefschrift al vraagtekens bij de enorme behoefte in de westerse wetenschap om in oorzaak en gevolg te denken.
Verhalen
‘Ik ben antropoloog. Daar gaat het over verhalen. Niet over oorzaak-gevolg. Een belangrijk uitgangspunt in de wetenschap is: als A gebeurt, dan volgt automatisch B. En als er een oorzaak is gevonden, zoek dan vooral niet verder. Het probleem met dit type wetenschap is dat het de context volledig uitsluit. Maar dat is onmogelijk. Kijk maar naar de problemen met psychologische experimenten die telkens niet reproduceerbaar blijken. Zelfs in een laboratorium is de context van invloed op het experiment. Met andere woorden: het idee van maakbaarheid, van doelmatigheid dat ook in de communicatie zo populair is – als ik A doe, dan gebeurt B – is in de meeste gevallen gebaseerd op een al te simpel oorzaak en gevolg-denken.’
Dichotomieën
In werkelijkheid wordt die weg van oorzaak naar gevolg doorlopend doorkruist door het toeval, door samenlopen van omstandigheden, de context dus. Aarts: ‘Die omstandigheden zijn van grote invloed op het resultaat. Als je al kunt spreken van één resultaat. Hier in het westen denken wij in dichotomieën. Het is het of-of denken. Het een sluit het ander uit. In discussies worden dichotomieën vaak nog sterker aangescherpt. Iemand is slim of dom, goed of fout. Voor of tegen.
Context
In het oosterse denken, zoals onder meer gerepresenteerd in de I Tjing, het boek der veranderingen, wordt veel meer geprobeerd de context te vatten. Wat gebeurde er in het verleden, hoe kan het van invloed zijn op het nu. De as van tijd, van verleden – heden – toekomst, kruist de as van wat er tegelijkertijd gebeurt. Men gaat uit van en-en. Dingen bestaan naast elkaar. Kunnen niet zonder elkaar. Iemand is nooit helemaal goed of fout. Yin en yang, het goede kan niet bestaan zonder het kwade. Ambivalentie, paradoxen en dilemma’s maken deel uit van het leven. Dat principe nodigt veel meer uit tot dialoog. Voor organisaties, communicatieafdelingen is dat een veel vruchtbaarder type denken: sluit niet uit, maar sluit in. Ik denk dat het vak veel meer die kant op moet. Als jij dat spiritueel wilt noemen, dan vind ik dat prima.’