Sinds de uitbraak van de Nieuwe Influenza A H1N1 is er kritiek op het communicatiebeleid van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Dat is goed, omdat die kritiek de communicatie helpt te verbeteren. Bovendien maakt de kritiek een aantal dingen duidelijk. Dat communiceren over onzekerheid lastig is; dat de (informatie)maatschappij snel verandert en je daar als overheid goed op toegerust moet zijn; dat we als overheid geen grip op de berichtgeving (moeten willen) hebben; dat de deskundigheid en autoriteit van de overheid maar soms ook van wetenschappers door het publiek in twijfel wordt getrokken.
Maar is die kritiek nu terecht?
Deze griep is de eerste dreiging waarbij de overheid gestructureerd en frequent onderzoekt wat publiek en media vinden (elke 14 dagen een publiekspeiling, wekelijkse blog-analyses en media-analyses). Die onderzoeksgegevens worden gebruikt bij de vormgeving communicatie. De analyses wijzen uit dat de traditionele media behoorlijk evenwichtig berichten. Op blogs is veel echo van de traditionele media en daarnaast aandacht voor geruchten en complottheorieën. Als je dat laatste onderzoekt, blijken er slechts een paar bronnen te zijn, die vooral naar elkaar doorlinken en massa weten te creëren op internet.
Nederlanders hebben vertrouwen in de informatievoorziening en maatregelen
Uit de publiekspeilingen, verricht door een onafhankelijk onderzoeksbureau Market Response, blijkt dat op 9 en 10 november 2009, tijdens het - voorlopig - hoogtepunt van de geruchtenstorm en kritiek, het vertrouwen van het publiek in de informatievoorziening (70%) en de maatregelen (80%) van de overheid hoog is. De vaccinatiebereidheid ligt in de peilingen op 61% en de vaccinatie-opkomst van de risicogroepen lijkt vergelijkbaar met de vaccinatiegraad van de seizoensgriep (op basis van voorlopige cijfers). Dat is internationaal gezien hoog.
Griepcommunicatie en social media
Deskundigen gaven de overheid tips over het gebruik van social media (denk aan Twitter, Hyves, blogs, fora). Hoewel VWS het merendeel van de geadviseerde zaken al doet, kan dat inderdaad beter. De uitdaging is om als overheid actiever en effectiever te participeren in de discussies op internet. De ervaring bij de griepcommunicatie is, dat je als overheid van het (kritische) forum wordt geweerd, tenzij je écht inhoudelijk meepraat. Bij een medisch onderwerp is daarvoor deskundigheid nodig die je van een webcare team niet kunt verwachten. Die inhoudsdeskundigen zijn juist nu bezig met onderzoek, organisatie en uitvoering van de vaccinatie. Wel kan de overheid minder zenden, meer interactie zoeken en informatie daar brengen waar de discussie zich afspeelt. Overigens leert onderzoek dat je als overheid weinig kan doen tegen complottheorieën: je bent als overheid immers per definitie onbetrouwbaar voor de aanhangers van die theorieën.
Wat willen we eigenlijk bereiken?
Het doel van de communicatie-inspanningen van de overheid, via welk medium dan ook, is niet om tegengeluiden te doen verstommen. Integendeel: het doel is om mensen voldoende informatie te geven om griep zo goed mogelijk te voorkomen, symptomen te herkennen en zo snel mogelijk beter te worden. En om informatie voor vaccinatiedoelgroepen zodanig aan te bieden dat ze hun keuze om zich wel of niet te laten vaccineren goed kunnen maken. Tegengeluiden horen daarbij. Dat laat onverlet dat we met de griepcommunicatie moeten blijven inspelen op de informatiebehoefte van mensen.
Maike Delfgaauw is als adviseur risico- en crisiscommunicatie bij het Nationaal Crisiscentrum betrokken bij de griepcommunicatie.
Marian Byvanck is coördinator communicatie grieppandemie bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (free-lance).
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!