door Martin de Munnik
Een van de aardige consequenties van ouder worden is dat je nogal wat meegemaakt hebt. Zo heb ik mij kunnen verwonderen over de afschaffing van het Grolschmuziekje in ruil voor een jazzy tune, loom gesneden onder een eenzame man die, met zichzelf dansend op een steiger, geniet van een blikje Grolsch. Ik was getuige van de afdanking van de op één na bekendste Nederlandse pay-off aller tijden, ‘Vakmanschap is meesterschap’. Je wilt natuurlijk weten wat dan de bekendste was: die van Miele.., ja die.
Verbaasd was ik toen er afscheid genomen werd van de beugelfles. En trots als een aap met zeven lullen waren de Tukkers tijdens de met veel bombarie gepresenteerde ‘embossed bottle’, die overigens in onze neurostudies consequent als ‘irritant’ en ‘angstig’ beoordeeld werd. In Groenlo heeft men dat zelf inmiddels ook door, want wie na vier jaar zijn verpakking rigoureus op de schop neemt, heeft het probleem onderkend. Niet veel later volgde er weer een innovatie: de milieuvriendelijke kroonkurk.
Het merkbeleid zelf zwalkt de laatste twintig jaar zo mogelijk nog meer dan een tempelier op zijn eigen vrijgezellenfeest. Van vakmanschap naar smaak, naar genieten, naar poppende flesjes, naar brouwende hipsters. Komt tijd, komt raad.
Nou geeft dat allemaal niets. Men is zoekende en wie 400 jaar succes heeft, mag best een jaartje of 20 op zoek naar zijn nieuwe ‘ik’ voor de komende 400 jaar. Maar je bent van het pad geraakt als je die 20 zoekende jaren verheft tot lichtend voorbeeld als het gaat om consistentie en visie op het merk. Je bent ver, heel ver weg van je roots als je 400 jaar Grolschbrouwers tracht te vangen in een toneelstukje dat één op één is overgenomen van een verzekeraar die bij gebrek aan innovatief vermogen al 20 jaar zichzelf is. Slecht geacteerd bovendien.
Ziet dan niemand dat het concept dat trouw is aan de roots voor het oprapen ligt? Als je dan toch per se een toneelstukje wilt, laat dan zien hoeveel mensen zich in 400 jaar Grolsch hebben gelaafd aan dit meesterstukje van brouwerskunst. Proostende, drinkende, genietende mensen. Lachend, zwalkend, dansend. Boeren en buitenlui, hippies en rockers, høkers en hipsters. Maar ja, vakmanschap is een schaars goed, ook in marketing en reclame. Freddie Heineken, die zich de afgelopen jaren al een paar maal in zijn graf heeft moeten omdraaien, lacht ditmaal in zijn vuistje. Nee, hij heeft een bulderende Grolsch schaterlach als hij deze jubileumcommercial ziet.
Martin de Munnik is commercieel partner in Neurensics en founding partner van laMarque Groep
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!