Cor Hospes is eigenaar van contentmarketingbureau Merkjournalisten. Waar geeft hij zijn geld aan uit?
‘Ik neem je mee naar Sydney 1999, waar ik was voor een culinaire reportage. In een vitrine zag ik een ring met een steen van black opal - voor de semantische verwarring, dat is een soort prachtig blauw -. Die moest ik hebben aan de vooravond van mijn trouwerette.
Probleem: mijn vrouw kon de ring niet passen. Ik bellen naar Nederland. Of zij haar ringvinger kon meten. Ik vertelde de Koreaanse verkoopster dat mijn vrouw ook Koreaans was. “Dan hebben we vast dezelfde vingerdikte”, zei zij. Dat bleek thuis te kloppen. Binnenkort moet de ring opnieuw een maatje groter. Hij ligt alweer een flinke tijd ergens in een laatje. Het blijft mijn mooiste aankoop ooit.’
‘Eten en drinken. Ik kook graag en drink aan tafel graag een glaasje. Eten haal ik overwegend bij Landmarkt in Amsterdam-Noord, wijn bij Petit Clos in Weesp. Borrelvoer bij Boerenjongens op IJburg. Hun geroosterde toast, heerlijk.’
‘Benen van het merk Cor Hospes, korte stevige stappers. Sinds we op IJburg wonen, rijd ik op een Orbea-fiets met een knopje, om te voorkomen dat ik in de binnenstad overbezweet op een afspraak verschijn. Verder heb ik te dealen met het GVB, lijn 26. Zoals alle merken met een monopoliepositie zeer onbetrouwbaar. Net zoals Greenwheels. Altijd gedoe met de app en laatst reed ik weg in een auto met een lekke band.
Ik geniet dan ook dubbel wanneer ik wel met de Volvo kan die ik deel met mijn vrouw. Onze derde tweedehandsie alweer. We kochten direct zo’n ballenbak nadat onze eerste dochter was geboren. Mijn vrouw is culinair styliste, en die heeft zo’n grote bak nodig voor het vervoer van al haar spullen.”
‘Waarom zou ik mensen uitlachen om iets wat zij mooi vinden en hebben gekocht?’
‘Ik ben niet zo’n enorme koper. Geef mij boeken, zon en wijn en ik ben gelukkig. Natuurlijk houd ik van mooie spullen. Kijk rond in ons huis, snuffel in mijn kledingkast, maar niks geen impulsen. Twijfel betekent nee. Een van onze mooiere stoelen vonden we in een container in Laren. De uitverkoop is mijn vriend maar online kleding bestellen vind ik een ramp. Mijn maten zijn bij elk merk anders.’
‘Ik heb twee linkerhanden, dus klusjes laat ik graag aan anderen over. Ook mijn luiheid stoelt op desinteresse; ik heb niks met knutselen en klussen. Ik laat sowieso dingen die ik niet goed kan, liever aan anderen over.’
Van welke aankoop krijg je nu nog pijn in je buik?
‘Ik heb nog nooit iets gekocht waarvan ik later buikpijn kreeg. Er waren wel restaurants waarvan ik achteraf dacht, nee, niet meer. Of zogenaamd verse vis die smaakloos was en ja, ik giet wel eens wijn door het putje om de goot te ontstoppen.’
‘Mijn kinderen weten wat ik nu ga preken: Primark, Action en dat soort goedkopetroepwinkels die mede verantwoordelijk zijn voor al die containermeuk die regelmatig aanspoelt op de stranden. Fastfood, nope, ook niet. Maar hoho, niks menselijks is ook mij vreemd. Een keer per jaar een bamischijf van de Febo, best lekker. Toch alweer drie jaar geleden, realiseer ik me.’
‘Ik ga investeren in steen. Een huis in de binnenstad als het aan mijn kinderen ligt. Als het aan mij ligt een huis in Friesland met vrij zicht, bij het water. Met een B&B&B (Bed, Breakfast en Borrel) zodat ik gasten lekker kan verwennen.’