Een tegenslag, zo kun je het wel noemen. De ‘Rapid Unscheduled Disassembling’ (citaat: Elon Musk) vorige maand van de SpaceX-raket op het lanceerplatform van Cape Canaveral heeft het ‘Space Program’ van het Finse digitaal bureau Reaktor zeker drie maanden vertraging bezorgd. Het streven blijft nog dit jaar een eigen satelliet in een baan om de aarde te krijgen. Maar dat zal niet opnieuw gebeuren met een raket van SpaceX, vertelt Ville Himberg, managing director van Reaktor Nederland. Ditmaal gaat de lancering plaatsvinden in India. Dat land heeft z’n eigen draagraket die satellieten in de ruimte brengt tegen een volgens Himberg zeer concurrerende prijs.
Himberg geeft toe dat vanuit marketing-oogpunt beter zou zijn om een SpaceX-vlucht te boeken. ‘Alleen kregen we maar geen nieuwe timetable uit de VS. En we willen toch echt snel de ruimte in.’
Robotica-programma
Waarom zou je als digitaal bureau een satelliet willen lanceren? Himberg kan allerlei redenen aanvoeren, maar het is vooral de ervaring van het uit elkaar halen en opnieuw assembleren van de onderdelen. Waarbij het voor de digitale nerds van Reaktor natuurlijk de uitdaging is om te kijken in hoeverre het mogelijk is om de systemen softwarematig te tweaken.
Iets dergelijks deden ze eerder met een robot. In het kader van het Reaktor Robotica-programma werd een industriële robot aangeschaft. Vervolgens zijn ze in het binnenste gekropen, werd de software gehackt en verbonden met sensoren.
Het achterliggende idee was om via een zogeheten ‘proof of concept’ potentiële klanten te interesseren in nieuwe markten, vooral in de auto-industrie. Himberg: ‘Daar werken ze meestal met embedded systemen, terwijl wij uit de wereld komen van web en data. Door het web te integreren, wilden we onderzoeken of we een industriële robot nieuwe dingen kunnen laten doen.’ Dat laatste lukte wonderwel, maar tot concrete afspraken met fabrikanten is het niet gekomen. ‘De mentaliteit in de auto-industrie is behoudend; ze houden technologische ontwikkelingen liefst in eigen beheer. Maar we hebben er veel van geleerd.’
Schaarste aan mensen
Het Robot-programma werd for the time being op een zacht pitje gezet. Reaktor ging op zoek naar een nieuwe uitdaging om de tanden in te zetten. En omdat ruimtevaart ze wel tof leek, werd dat het Reactor Space Program. Hier ligt voor de Finnen eenzelfde uitdaging als eerder bij het robotproject: zijn we in staat om in een hardware georiënteerde omgeving aan de slag te gaan als ontwikkelaars? En wel door een satelliet aan te passen en te voorzien van zelf ontwikkelde software. Ditmaal met als extra complicatie dat de techniek ook moet functioneren in de ruimte.
Net als het robotproject moet het Space Program deuren openen naar nieuwe markten. Maar dat is niet de enige reden waarom dit voor Reaktor een interessante uitdaging is, vertelt Himberg. Ook vanuit het oogpunt van human resources is het project volgens hem absoluut zinvol om in ruimtevaart te investeren. ‘De belangrijkste belemmering waar we tegenaan lopen bij het realiseren van onze groeidoelstellingen, is de schaarste aan goede mensen. Voor ons is het van levensbelang dat we talent kunnen aantrekken én vasthouden. We moeten dus voorkomen dat we onze beste mensen kwijtraken omdat ze zich vervelen.’
Daarbij zijn de kosten van het project relatief laag, niet in de laatste plaats dankzij de zogeheten nanosatellieten: ruimtesondes ter grootte van een pak melk die in een baan om de aarde worden geschoten. Deze zogenoemde cubesats zijn samengesteld uit standaardelementen (kubussen met een formaat van 10 x 10 x 10 cm) en al voor een paar duizend euro te produceren. En door hun lage gewicht kunnen ze tegen veel lagere kosten worden gelanceerd.
Facebook Amos-6
Normaliter gaan nanosatellieten mee als onderdeel van een grotere lading. Bij de (mislukte) lancering met SpaceX bestond de hoofdlading uit de Amos-6 satelliet van Facebook, bedoeld om internet mogelijk te maken in afgelegen gebieden. Himberg rekent voor dat de kosten voor een lancering 100 duizend euro per kilo bedragen. Reaktors ‘Hello World-satelliet’ bestaat uit twee kubussen van 1,5 kilo, wat de kosten dus op drie ton brengt.
Daar komen dan nog de kosten van een ‘Mission Control’ bij, een grondstation om contact te houden met de satelliet als die straks met een snelheid van 26 duizend kilometer per uur overvliegt. De Hello World-satelliet wordt in een pool tot pool-baan om de aarde gebracht en zal dagelijks 16 keer passeren, waarbij er telkens tien minuten tijd is voor communicatie - op het dak van het Reaktor kantoor in Helsinki is al een schotelantenne geïnstalleerd.
Hello World komt te vliegen in een zogeheten ‘lower earth orbit’, op een hoogte van zo’n 600 kilometer. Veel bijzonders gaat de satelliet daar overigens niet doen. In principe zijn er drie toepassingen voor cubesats. Die liggen op het terrein van telecommunicatie (denk aan telecomverbindingen in afgelegen gebieden), observatie (bijvoorbeeld het monitoren van ontbossing en visserij) en wetenschap (deep space observatie).
Hello World gaat geen van deze taken uitvoeren. De satelliet zal naar verwachting drie jaar zijn banen om de aarde trekken. In die tijd wil Reaktor onder meer te weten komen wat de invloed is van straling op de circuit boards van de satelliet. Daarnaast zijn er contacten met ruimtevaartinstanties en andere partijen. Himberg: ‘De ruimtevaartindustrie is een business van 6 miljard euro. Als we erin zouden slagen om 1 procent van die geldstroom naar ons toe te trekken, hebben we de investering in dit project er al dubbel en dwars uit.’
Wat is Reaktor?
Het Finse bureau werd opgezet in 2000, aanvankelijk als een club van softwareontwikkelaars. In 2008 werd de koers bijgesteld en kwam het accent te liggen op digital design. Als digital agency is Reaktor in eigen land marktleider met klanten als Sanoma, Nokia, HBO, Finnair, Rovio (Angry Birds) en Raikuten.com (een soort Amazon van Japan). Reaktor telt 400 medewerkers en heeft vestigingen in Tokyo, New York en – sinds september – in Amsterdam, waar Himberg met twee collega’s een kantoor heeft betrokken aan de Weteringsschans. Niet toevallig in de buurt van Heineken, dat ze graag als klant willen toevoegen.