De voorlichting van universiteiten en hogescholen over hun masteropleidingen vertoont ernstige tekortkomingen. Essentiële informatie over toelatingseisen, uitvalpercentages, kosten en zelfs over de al of niet zelfstandige status van opleidingen, blijkt vaak onvindbaar. En als de informatie er wel is, is hij in veel gevallen achterhaald. Zo wordt een werkelijk vrije keuze belemmerd.
Dat stelt de gidsredactie van het Centrum Hoger Onderwijs Informatie in haar Keuzegids Masters 2014. Bij het verzamelen van gegevens voor deze gids stuitte de redactie op vele hiaten in de informatievoorziening. 'Je voelt je een halve detective als je hiermee bezig bent', aldus hoofdredacteur Frank Steenkamp. 'Dat klinkt spannend, maar het is natuurlijk absurd dat de instellingen het voor studiekiezers zo moeilijk maken.'
Teleurstellend
Er is onduidelijkheid over het collegegeld voor degenen die een tweede master volgen en over toelatingseisen en schakelklassen. Ook wordt er vaak een schimmenspel opgevoerd over de vraag of een master wel een zelfstandige en officieel gekeurde opleiding is of slechts een ‘track’ of specialisatie binnen zo’n erkende opleiding.
Het informatietekort is het grootst voor studenten die iets anders willen dan de standaardroutes. Zoals: na een hbo-bachelor een wo-master; of na een afgeronde master nog een tweede master. Of schuin oversteken naar een verwant vakgebied, of een andere instelling. Het officiële beleid is dat studenten flexibel moeten kunnen schakelen. Dit was zelfs een belangrijke reden voor de invoering van het bachelor-mastersysteem. Maar volgens de gidsredactie wordt die flexibiliteit in de praktijk sterk afgeremd. 'Op dit moment kiest maar één op de zes universitaire bachelors een master buiten de eigen faculteit. Dat is teleurstellend. Maar als je ziet hoe de instellingen proberen hun eigen studenten vast te houden, hoeft niemand hierover verbaasd te zijn', aldus Steenkamp.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!