Met enige tegenzin betreed ik de herentoiletten van de Arena. De ruimte is verzadigd van bier en urine. Frisse Lucht heeft haar biezen gepakt, wat rest is damp en schraal.
Ik sta in de wachtrij, houd mijn adem in en overzie de betegelde ruimte. Twintig wankelende mannen rug aan rug, nauwelijks in staat om goed te richten - de tegelvloer als drassige getuige.
Ach, wat zou het. We staan met 3-0 voor, het is rust, we worden kampioehoen, de stemming is uitgelaten. Misschien is dat de reden waarom ik me een grapje permitteer. Aan de man voor me – afdakje van haar op zijn hoofd, bovenarmen als bovenbenen – vraag ik:
‘Pardon, weet u misschien ook waar hier het genderneutrale toilet is?’
Hij kijkt me niet-begrijpend aan. Even blijft het stil en dan wankelt hij dreigend mijn kant op. ‘Geintje’, probeer ik nog. Maar daar heeft het afdakje geen boodschap aan. ‘Hé! Ben jij soms homo of zo? Hé jongens…’ Waarna een bont gezelschap van dakdekkers, heftruckchauffeurs en losse dagloners relbelust mijn kant opkijkt.
De hel
Het is niet waar wat ik hier schrijf, maar het had zomaar kunnen gebeuren. Wie zo nu en dan in een voetbalstadion komt, verliest alle hoop op vooruitgang. In mijn vak (112) zijn de mensen aardig, maar even verderop – 113, 114 – eindigt de beschaving. En op de tweede ring begint de hel. De hel ruikt naar bier en wiet en pillen en broodje worst en testosteron.
Het is dat Ajax kunst is, anders zag u mij daar niet. Zoooo niet mijn bubbel.
Het normaal van de voetbalkantine
Lang verhaal kort: ik begrijp de populariteit van Johan Derksen wel. Johan Derksen is een vluchtheuvel voor iedereen die vindt dat we gewoon eens even lekker normaal moeten gaan lopen doen met z’n allen. En dat normaal is het normaal van de voetbalkantine, waar gevoeligheid een luxe is en nuance een werkgroep op vrijdagochtend als niemand kan.
Hier hangt nog de geur van heimwee naar een wereld waarin mannen mannen zijn en vrouwen vrouwen. Waar Zwarte Piet zwart is en anders niet en verder geen gesodemieter, ja?!
En dat ze daar in Den Haag anders over denken is eigenlijk best wel bedreigend.
In The Daily, onvolprezen podcast, hoorde ik een Republikein zichzelf als anti-woke aanprijzen. Goed woord wel. Terug naar het oude normaal en vlug een beetje.
Terug naar tijden die nooit geweest zijn.
Ik moet – tussen haakjes - zeggen dat ik soms ook huidirritatie krijg van het politiek overgevoelig correcte taalgebruik van tegenwoordig. Er komt maar geen einde aan het aantal splinterheden waarmee je rekening moet houden. Volgens de laatste mode ben ik een mens zonder baarmoeder.
Je zou er een verzakking van krijgen. Maar dat terzijde.
Normaal doen, niet verontrustend anders zijn dan het gemiddelde: er is markt voor. Heel veel markt. Een stadion vol.
Uitleg
De rest kijkt maar naar de NPO, als ze dan zo nodig moeilijk willen doen.
Op de radio hoorde ik de baas van Johan Derksen uitleggen waarom Johan Derksen zei dat hij weer terugkwam, terwijl Talpa dat besluit nog in beraad hield.
De baas van Johan Derksen heet Paul Römer, zoon van Baantjer. Als ik van de moraalpolitie was, had ik de vader op de zoon afgestuurd. Paul Römer vond dat hij als baas van Talpa niet over de uitspraken van Johan Derksen ging. Interessant. En verder kon hij er niks over zeggen. Want andere mensen ‘runnen’ de televisie. Andere mensen dan de managing director televisie, runnen bij Talpa de televisie. Snapt u?
Nou, ik niet.
Of hij er zelf iets van vond? Ach, dat ging maar een eigen leven leiden.
Wanneer de moraal uitkomt
Twee weken eerder vond hij de bekentenis nog een misdrijf en het laffe gelach van de tafelgasten, ‘verbijsterende televisie’.
Ik vond het interview met Paul Römer verbijsterende radio. Of: hoe houden we nog even de schijn van een geweten op. Als je net doet of je langer dan je werknemer nadenkt over zijn ‘misdrijf’, is het toch alsof je er meer moeite mee hebt.
Dat Derksen terug is als deze column verschijnt, is net zo voorspelbaar als het feit dat ik volgend jaar het 37ste kampioenschap vier. Waarschijnlijk is hij dan al twee keer weggeweest en teruggekomen.
Maar daar vindt de tv-baas van Talpa niks van.
Die gaat alleen over de moraal als het hem uitkomt.