Tekst Floor Bakhuys Roozeboom
De grote verslagenheid na het overlijden van Eberhard van der Laan zegt veel over hem als mens, maar ook over de rol van persoonlijkheid, charisma en communicatie van het burgemeestersambt.
Het is oktober en Amsterdam rouwt. Eberhard van der Laan, de burgemeester die Amsterdam ‘de mooiste en liefste stad van de wereld’ noemde, is niet meer. De vlaggen gingen halfstok, Amsterdammers (en niet-Amsterdammers) bewezen massaal hun laatste eer en de kranten bezongen wat hem als burgervader zo bijzonder maakte. ‘Een burgemeester voor iedereen’, ‘nuchter, ambitieus en oprecht’ en ‘een man die echt contact maakt’.
In harmonie
Iedereen had een eigen herinnering aan hem, maar over één ding was men het eens: het burgemeestersambt zat Van der Laan als gegoten. Hij was geknipt voor zijn rol. Zijn woorden en daden waren altijd in harmonie met zijn imago. De golf van collectieve rouw die na zijn overlijden loskwam, liet zien dat hij als burgemeester niet alleen bevlogen en begaafd, maar vooral ook bijzonder geliefd was.
Natuurtalent
Dat dit veel zegt over Van der Laan als persoon, moge duidelijk zijn. Maar het zegt ook iets over het burgemeestersambt en de steeds belangrijker rol van persoonlijkheid, charisma en communicatie. Wat vertelt Van der Laans populariteit ons over wat tegenwoordig van een burgemeester wordt verwacht? Wat eigenlijk maakt een goede, geliefde en effectieve burgemeester? Hoeveel hiervan drijft op persoonlijkheid en natuurtalent en waar neemt strategie het over?
We spraken met experts over ‘burgemeester branding’, de groeiende rol van communicatie en wat we van Van der Laan kunnen leren.
1. Be the right man/women for the job
Er zijn inmiddels praatprogramma’s gevuld en kranten volgeschreven over wat Van der Laan nou zo’n geliefde burgemeester maakte. Maar Het Parool stipte terecht aan dat de bijna mythische populariteit van Van der Laan niet alleen met hem als mens te maken had, maar ook met het rijzende prestige van het burgemeestersambt. ‘De baas van de stad is een ijzersterk merk’, zo luidde de kop boven het artikel. Burgemeesters treden steeds meer op de voorgrond en zijn niet langer alleen de hoogste leidinggevende van de stad of gemeente, maar in toenemende mate ook het gezicht. Het gezicht waar de bewoners hun eigen gevoel van identiteit en hun trots, hoop en dromen voor hun woonplaats kunnen projecteren.\
Geert Mak
Communicatie-columnist en NS-communicatiedirecteur Bartho Boer, die drie jaar als woordvoerder van Van der Laan werkte: ‘Als burgemeester moet je de juiste man of vrouw zijn voor de plek en voor de tijd. Zoals schrijver en historicus Geert Mak ooit treffend zei: “Amsterdam heeft het talent om steeds de juiste burgemeester voor de tijd te kiezen.” Job Cohen was een heel andere burgemeester dan Van der Laan, maar destijds ook heel geliefd. Van der Laan was recht voor z’n raap. Job Cohen meer van de nuance en bedachtzaamheid. Na de moord op Theo van Gogh, een tijd waarin de stad op springen stond, was dat precies wat Amsterdam nodig had. Van der Laan bleek dat daarna ook te zijn.’
Aboutaleb
Ook John Bijl, politiek adviseur en oprichter van het Periklesinstituut, benadrukt het belang van the right man/women for the job. ‘Een burgemeester is eigenlijk een soort ‘brandmanager’ van een stad. Een brandmanager moet passen bij het merk waarvoor hij aan de slag gaat. De match moet kloppen. Aboutaleb past als burgemeester bij Rotterdam, maar niet bij Amsterdam. Jan van Zanen is een logische keuze voor Utrecht, maar weer niet voor Rotterdam.’
De Twentse gemeente Losser accepteerde Jean Paul Gebben dit jaar als waarnemend burgemeester, terwijl hij als burgemeester in Renkum had moeten vertrekken wegens dronkenschap tijdens een piketdienst. De gedachte was daar: ‘Ach, liever een beschonken VVD’er dan een brave SGP’er’ en ‘dat bourgondische past wel bij ons’.
Brandmanager
Bijl: ‘Een match op mentaliteit en cultuur is dus belangrijk. Maar net als een brandmanager soms wordt aangesteld om een merk een bepaalde richting op te duwen, worden burgemeesters soms ook aangesteld om een specifieke rol te vervullen. Met Thom de Graaf koos Nijmegen in 2007 bewust voor een ‘lobbyburgemeester’ met goede connecties in Den Haag. Mirjam in ’t Veld profileerde zich als burgemeester van Amstelveen weer duidelijk als brandmanager, bijvoorbeeld door de gemeente op zakelijk vlak te vertegenwoordigen bij bezoeken aan Aziatische landen. ‘Twitterburgemeester’ Michiel Sijbom vervulde zijn rol in Losser destijds weer echt als een pr-kanon met veel ludieke acties in de media.’
2. Wees benaderbaar
De ideale burgmeester van vandaag profileert zich dus niet alleen als een bekwaam bestuurder, maar ook als brandmanager van de stad en als rolmodel om van te houden en tegenop te kijken. Als er iets is wat in de dagen na de dood van Eberhard van der Laan in vrijwel ieder interview terugkwam, dan is het wel hoe dicht hij bij de mensen stond. En hoezeer hij daarom gewaardeerd werd. Het merendeel van de mensen die door AT5 geïnterviewd werden in de rij voor zijn eredienst, had hem wel eens persoonlijk ontmoet. Op beelden in de vele hommages op tv zien we hem dollend met koopmannen op de Albert Cuyp, swingend op een volgeladen boot tijdens de Gay Pride en begripvol pratend met Amsterdammers die hem hun zorgen toevertrouwden.
Aura van nabijheid
Die aura van nabijheid past niet alleen bij wie Van der Laan was, maar ook bij de benaderbaarheid die steeds meer van burgemeesters wordt verwacht. Net zoals consumenten van organisaties steeds meer direct contact en persoonlijke communicatie verwachten, willen burgers in hun burgemeester niet langer alleen een effectieve bestuurder zien, maar vooral ook een mens van vlees en bloed, waar ze zich mee kunnen identificeren en bij wie ze hun verhaal kwijt kunnen.
Woede en verdriet
Bartho Boer: ‘In de tijd dat ik als woordvoerder voor Van der Laan werkte, heb ik geleerd: het belangrijkste dat je als burgemeester voor je stad kunt doen, is er gewoon zijn. Voor de stad en voor de mensen. Eberhard begreep dat. Geen plek in Amsterdam waar ik niet samen met hem ben geweest. Hij ging overal naartoe, praatte met iedereen: van hoogleraren tot schoonmakers, van vluchtelingencentra tot de Zuidas. Aanwezig zijn. Luisteren. Contact maken. Mensen laten merken dat hun verhaal ertoe doet. Hij snapte hoe belangrijk dat was.’
Heftige emoties
Ook John Bijl ziet een toenemende focus op de rol van burgemeester als empathisch luisteraar, verbinder en bezweerder van heftige emoties. ‘Na de moord op Anne Faber zag je onlangs nog heel duidelijk hoe de burgemeesters van de betrokken gemeenten de rol op zich namen om namens de bewoners het gevoel van verslagenheid te verwoorden en ruimte te creëren voor het uiten van woede en verdriet. Bij de protesten in Leiden in 2014, nadat bekend werd dat pedofiel Benno L. in de stad kwam wonen, reed burgemeester Lenferink op zijn fiets langs de menigte om met boze bewoners te praten. Daarmee stelde hij zich kwetsbaar op, hij ging naast de mensen staan en liet zien dat hij hen serieus nam. Dat soort nabijheid wordt in burgemeesters in toenemende mate gewaardeerd.
3. Wees echt
Er zíjn op de momenten die ertoe doen. Dat is dus belangrijk. ‘Maar,’ zegt Wouter Jong, adviseur crisisbeheersing bij het Nederlands Genootschap van Burgemeesters, ‘dan moet je er ook écht zijn. Want alleen maar overal je gezicht laten zien voor de pr-momentjes? Daar prikken mensen zo doorheen. Er was ooit een burgemeester – ik zal geen namen noemen – die alle feestjes afliep, maar overal precies tien minuten binnenbleef. Die werd al snel Burgemeester Kiekeboe genoemd. Echt en oprecht overkomen is in de ogen van het publiek vaak belangrijker dan geen fouten maken. Dat zie je ook aan het feit dat burgemeesters tegenwoordig hun excuses mogen aanbieden. Kijk naar Miranda de Vries, de burgemeester van Geldermalsen, waar grote onrust was ontstaan over de komst van een AZC. Die heeft daarna gezegd: sorry, het had anders gemoeten. Nog niet zo lang geleden kon je aftreden als je openlijk toegaf dat je een fout had gemaakt. Nu kan een burgemeester zeggen: “ik heb een fout gemaakt” en het overleven. Mensen willen niet per se een burgemeester die perfect is, maar wel eentje die eerlijk is. Jean Paul Gebben vertrok in Renkum uiteindelijk niet vanwege de dronkenschap, maar omdat hij loog over die piketdienst.’
Vertrouwen
Bartho Boer: ‘Dat is ook een van de redenen waarom Van der Laan zoveel vertrouwen genoot. Hij was eerlijk. Hij draaide er niet omheen. Zei wat hij vond, ook als hij zich daar niet populair mee maakte. Dat zorgde ervoor dat ook mensen die het niet met hem eens waren, vaak toch waardering voor hem hadden.’
Intuïtie
Maar hoe ‘echt’ kan een burgemeester zijn als hij politiek gezien boven de partijen moet staan, zoveel mensen vertegenwoordigt en zoveel belangen tegelijkertijd moet afwegen? Hoeveel van wat het publiek van een burgemeester te zien krijgt, drijft op persoonlijkheid en eigen intuïtie en hoeveel wordt gestuurd door een strategisch team van voorlichters, woordvoerders en adviseurs?
Van alles influisteren
John Bijl: ‘Dat hangt van de stad of gemeente af. De burgemeester van Amsterdam of Rotterdam heeft uiteraard een groter team achter zich dan de burgemeester van Zaltbommel. En natuurlijk, iedere burgemeester wint advies in. Vaak krijgen ze van alle kanten van alles ingefluisterd.’ Maar, stelt Wouter Jong: ‘dat maakt de eigen visie en intuïtie niet minder belangrijk. Sterker nog, misschien is het belangrijkste talent van een burgemeester wel weten wanneer je naar wie moet luisteren.’
Hooligans
Als voorbeeld noemt Jong de avond dat het misging met Project X in Haren. ‘Toen kreeg burgemeester Robert Bats van het communicatieteam het advies: verstuur een tweet met “kom niet, er is hier geen feest”. Aan de andere kant zei de politie: doe dat maar niet, want dat trekt juist hooligans aan. Dan moet je als burgemeester inschatten welk advies je zwaarder laat wegen. Jij bepaalt uiteindelijk de koers. En jij bent verantwoordelijk als het misgaat.’
4. Wees op alles voorbereid
En mis, dat gaat het nogal eens. Van een omstreden Sinterklaasintocht tot een gewelddadige overval en van een uit de hand gelopen Facebook-feest tot een dodelijk ongeval met een Monstertruck. Vrijwel iedere gemeente maakt eens in de zoveel tijd een crisis mee en burgemeesters worden daar steeds vaker verantwoordelijk voor gehouden, zo blijkt uit het boek Lessen uit crises en minicrises 2014 door Menno van Duin en Vina Wijkhuijs. Uit hun onderzoek blijkt: het prestige en de macht van de burgemeester nemen toe, maar tegelijkertijd zijn kwetsbaarheid. De verwachtingen worden hoger en de doordat de burgemeester meer op de voorgrond treedt, vooral in tijden van crisis, is het ook steeds vaker de burgemeester die het veld moet ruimen als het fout gaat. Maar hoe bepaal je als burgemeester nu hoe je je in een crisis het beste kunt profileren?
Burgemeestersgame
Daarvoor kunnen ze tegenwoordig trainen met een heuse Burgemeestersgame, een simulatiespel waarmee burgemeesters kunnen trainen hoe ze het beste kunnen inspelen op een potentiële crisis, op basis van een fictief scenario. Dat het moeilijker is dan het lijkt, bleek wel toen een journalist van NRC de game uitprobeerde voor een artikel. Jong: ‘Zij probeerde vooral heel netjes alle risico’s af te dekken, zodat er niets mis kon gaan. Op zich een begrijpelijke keuze, want het lijkt veilig: als je alles verbiedt, kan er ook niets misgaan. Maar met zo’n koers word je een ‘law & order’-burgemeester en ben je heel snel al je draagvlak en sympathie bij de bewoners kwijt.’
Brommerraces
Een voorbeeld uit de praktijk? Jong: ‘In Genemuiden braken in 2001 rellen uit, omdat de gemeente de traditionele brommerraces uit veiligheidsoverwegingen had verboden. Hordes dronken jongeren op brommers, dat kan natuurlijk goed misgaan. Maar als je als recentelijk aangestelde burgemeester meteen een geliefde traditie om zeep helpt, dan zijn je dagen wel meteen geteld.’ Hoe moet zoiets dan wel? Jong: ‘Stapsgewijs aanpakken. Eerst misschien eens het alcoholgebruik tijdens die races reguleren. Als tweede stap die races een keer op een veiliger locatie laten plaatsvinden. En zo de controle langzaam opvoeren. Maar als nieuwe burgemeester moet je altijd eerst draagvlak creëren en ervoor zorgen dat je feeling krijgt met de mensen en de streek. Anders ben je bij voorbaat kansloos.’
Bananenschil
Een crisis mag dan vaak de bananenschil blijken waar een burgemeester over uitglijdt, het is ook bij uitstek het moment voor hem om zich te profileren. Jong: ‘Ahmed Aboutaleb kreeg als kersverse burgemeester van Rotterdam meteen de strandrellen in Hoek van Holland voor zijn kiezen. Dat kwam hem op stevige kritiek te staan, maar hij heeft daarna keihard gebuffeld en zich gerevancheerd. Onder andere met zijn stevige woorden tegen jihadisten na de aanslag op Charlie Hebdo: ‘Rot toch op!’. Niet iedereen was het met zijn boodschap eens, maar hij liet er wel mee zien: dit is wie ik ben en waar ik als burgemeester voor sta.’
5. Omarm de kracht van woorden
Aboutaleb zette zich met dat ‘rot toch op!’ neer als spreker van klare taal. Cohen koos destijds met zijn ‘de boel bij elkaar houden’ juist voor een zachtere klank. Dat de keuze van de juiste woorden voor het juiste moment voor een burgemeester van belang is, is een open deur. Maar volgens Wouter Jong is de manier waarop een burgemeester communiceert vaak nog belangrijker dan de manier waarop hij handelt.
Project X
‘Neem weer even dat voorbeeld van project X in Haren. De burgemeester werd naderhand verweten dat hij de ernst van de situatie niet goed had ingeschat. Maar in de aanloop naar het feest was het beeld in de media nog dat hij de flauwe, stampvoetende burgemeester was, die niet tegen een geintje kon. Dat kwam mede door de manier waarop hij erover communiceerde. Ik was er destijds nauw bij betrokken en zie dat nu als een belangrijke les. Achteraf gezien had hij niet moeten zeggen: ik wil het niet hebben, maar: als burgemeester sta ik pal voor het belang van de inwoners van Haren, die dit feest ook niet willen. Niet dat de crisis daarmee afgewend had kunnen worden. Maar een andere manier van communiceren had het beeld van een burgemeester die vanaf het begin de controle kwijt was, misschien wel kunnen kantelen.’
Zedenzaak
Eberhard van der Laan wist als geen ander hoe belangrijk de juiste communicatie was. In 2013 won hij daarvoor de Machiavelliprijs als ‘toonbeeld van helderheid en duidelijkheid in een bestuurlijke wereld waarin menigeen vlucht in verhullend taalgebruik’.
Hervonden vertrouwen
Hoeveel impact de communicatie van een burgemeester kan hebben, bewees de brief die de jury van de Machiavelliprijs kreeg van de moeder van een kind dat bij de Amsterdamse zedenzaak betrokken was. In de brief bedankt ze Van der Laan voor zijn optreden tijdens de zaak: ‘Ik werk zelf al jaren als communicatieadviseur, maar heb in december 2010 pas voor het eerst echt ervaren wat het effect van goede communicatie kan zijn. Heen en weer geslingerd door verdriet, woede en onmacht kwamen de ouders aan in het Mövenpick hotel. En door jouw woorden en manier van spreken vertrokken we daar met hervonden vertrouwen en hervonden waardigheid.’
Bartho Boer: ‘Dat juryrapport van de Machiavelliprijs van Van der Laan zou je zo integraal in dit blad kunnen afdrukken als learning voor communicatieprofessionals. Hij had een feilloos gevoel voor taal en het effect dat woorden kunnen hebben.’
Lieve stad
Aaf Brandt Corstius schreef over de laatste woorden in Van der Laans afscheidsbrief ‘zorg goed voor onze stad en voor elkaar’ in de Volkskrant: ‘Je gaat bijna hopen dat zo’n zin, omdat hij zo simpel en zo mooi is, iets van een gevolg zal hebben voor het leven in de stad.’ Bartho Boer zegt hetzelfde over zijn keuze voor het woord ‘lief’. ‘Hij begon een vergadering met ‘lieve wethouders’, noemde Amsterdam een ‘lieve stad’ en riep Amsterdammers op om na zijn dood vooral ‘lief voor elkaar te zijn’. Dat woord alleen al werkt verzachtend en verbindend. ‘Lief’ was een woord waarmee Eberhard een beetje van zichzelf overbracht op Amsterdam.’
Misschien is dat wel de kern van wat een goede burgemeester behoort te doen.
FOTO: ANP