Oosterhout blikt daarmee in Adformatie alvast vooruit naar 2017, het jaar dat de VEA honderd jaar bestaat en hij afscheid neemt als voorzitter. ‘De essentie is dat we allemaal de creatieve branche in Nederland vertegenwoordigen. Samen kunnen we beter een vuist maken naar politiek en bedrijfsleven. Fragmentatie is nu onze grootste vijand. Een groot platform voor creativiteit in Nederland is mijn droom.’
Hoe een dergelijke samenwerking vorm moet krijgen, is onderwerp van gesprek 'met deze en genen', zegt Oosterhout. 'Welke partijen daar in passen ligt nog open. Een intensieve samenwerking tussen ADCN en VEA samen zou ideaal zijn. Onze connectie is al heel goed. Tussen de VEA en DDA – de branchevereniging voor digitale bureaus - is de afstand nu iets groter, maar dat heeft meer te maken met cultuurverschillen. Het zou sterk zijn als we die verschillen weten te overbruggen.’
Ook het platform voor media-adviesbureaus PMA en MWG zouden kunnen aansluiten, zegt Oosterhout. ‘Ik zie ook een rol van prominente gezichten in de markt die nu geen VEA-lid zijn. Zij kunnen ons helpen als kwartiermakers.’
Innovatie en talent
In december werd tijdens de algemene ledenvergadering duidelijk dat de VEA en haar tachtig leden dit jaar twee zaken hoog op de agenda hebben staan: innovatie en opleiding van talent. ‘Onze klanten zien graag innovatie, maar willen er vaak niet voor betalen. Innovatie is een duaal spel en vraagt om intensieve samenwerking. Ook financieel. De druk ligt nu op de schouders van de bureaus. Daar moet iets veranderen, anders loopt innovatie vast. Ik wil opdrachtgevers dan ook oproepen om te kijken of we samen de lasten kunnen dragen. Dat zou de sector werkelijk verder helpen.’
Oosterhout vindt dat er daarnaast te weinig is geïnvesteerd in het opleiden van talent. ‘Je ziet op de 24 Uur van de Reclame dat er zo’n 400 studenten rondlopen van allerlei pluimage. Er is dus genoeg belangstelling, maar het is een autodidactisch vak. Talenten hebben behoefte aan praktijkervaring.’ De VEA wil vanaf dit jaar een structurele kaderopleidingen gaan bieden waarbij mensen uit verschillende disciplines van het vak als ‘onderwijzer’ gaan optreden. ‘Het zou mooi zijn als elk jaar uiteindelijk zo’n twee à drie mensen van elk VEA-lid kan deelnemen. Zo maken we onze sector samen sterker.”
Financieel beter
Voor 2016 gloort er financieel gezien weer wat hoop voor de sector. ‘Het gaat nog steeds niet heel goed en het rendement blijft stevig onder druk staan. Hoe de cijfers voor 2015 eruit zien, weten we nu nog niet. Het lijkt er wel op dat het een beter jaar was dan 2014. Dat jaar was ronduit slecht voor veel bureaus. Daarnaast blijkt uit de verschillende gesprekken die ik met de leden voer dat men positiever is. Dat geeft goede hoop.’
