‘Veel bedrijven overleven de komende vijf jaar niet. Alleen als zij structureel aanhaken bij de laatste digitale ontwikkelingen, kunnen zij blijvend succesvol zijn.’ Met deze zin introduceerde SchaalX vorige week zijn opleidingsprogramma Schaal+. Het is misschien wat zwaar aangezet, maar het schetst in ieder geval duidelijk de uitdaging waar het marketing-, media- en reclamevak voor staat.
Er dreigt een nijpend tekort aan digitaal talent te ontstaan, of het nu gaat om data-analisten, user experience designers of seo-specialisten. In het door The METISfile uitgevoerde onderzoek Digital Agencies 2015 geven bureaus aan dat het aantrekken van gekwalificeerd personeel als een van de belangrijkste belemmeringen voor groei wordt gezien;
76 procent van de ondervraagden vindt bovendien gebrek aan kennis bij opdrachtgevers het grootste obstakel voor digitale transformatie. Hieruit blijkt dat ook aan klantenkant hiaten zijn ontstaan in digitale kennis die moeten worden gevuld.
Nieuwe mindset
En dat is precies de reden waarom SchaalX met Schaal+ begint, zegt directeur Rik de Boer. ‘We gaan zelf mensen opleiden die in staat zijn tussen meerdere disciplines te schakelen. Dus niet die ene seo-specialist, maar mensen die in breder verband disciplines met elkaar kunnen verbinden. Daar is behoefte aan bij opdrachtgevers.
'We brengen met de talenten die we opleiden vooral ook een nieuwe mindset binnen van continu leren en aanpassen. Want het gaat in deze tijd niet alleen om vaardigheden, maar ook om het kunnen aanpassen van businessmodellen en organisatiestructuren.’
Het model van Schaal+ is geïnspireerd op de manier waarop de consultancywereld talent werft, opleidt en detacheert. Door de schaarste is het in gewone bemiddeling steeds lastiger om de juiste kandidaten te vinden. ‘Dat speelt inderdaad mee’, zegt de Boer. ‘Maar we willen vooral een actievere rol spelen dan alleen bemiddeling.
'De behoefte aan kennis is groter dan ooit. Doordat de markt door de digitalisering zo ontzettend snel verandert, veroudert kennis heel snel. Hogescholen en universiteiten kunnen hun programma onmogelijk aanpassen aan de snelle ontwikkelingen, waardoor het gat tussen opleiding en werkpraktijk steeds groter wordt. Met Schaal+ leiden we talent dus zelf op, in samenwerking met een groot aantal bureaus.’
Te weinig geïnvesteerd
René Hofma, directeur Result Recruitment, juicht het nieuwe initiatief toe. ‘Alle initiatieven die bijdragen aan talentontwikkeling zijn welkom. Ik hoop dat het verder gaat dan alleen opleiden en detacheren, want anders is het misschien te kleinschalig. Het is namelijk een feit dat het verschil tussen studie en praktijk groot is. Dit kan alleen opgelost worden door grootschalige kennisdeling vanuit de praktijk.’
Toch is een gebrek aan kennis niet het grootste probleem, vindt Hofma. ‘Talent zit niet alleen in wat je geleerd hebt, het zit in een persoon. Heel veel bedrijven zijn simpelweg niet bereid te investeren in hun mensen, daar kan ik me echt boos om maken. Een talent moet zich kunnen ontwikkelen.
'De schaarste van nu is het gevolg van het feit dat er te weinig is geïnvesteerd. Als je nu mensen zoekt is de kans groot dat ze al weg zijn of te duur zijn. Jonge mensen willen vrijheid en uitgedaagd worden, dan blijven ze wel. Maak bijvoorbeeld samen een ontwikkelingsplan, stuur ze naar events als TedX; zorg voor een stimulerende werkomgeving.’
Markt op z'n kop
Als goede voorbeelden noemt Hofma bedrijven als Booking.com, waar samen met nieuwkomers een kompas wordt gemaakt en mensen steeds worden begeleid naar de volgende stap. Ook Shell investeert al sinds jaar en dag op die manier in zijn personeel.
‘Daar is met name in de bureauwereld geen plek voor, omdat iedereen billable moet zijn. Door dat gebrek aan investeringen in human capital gaan ze zich in hun eigen staart bijten. Er is nu al spanning in de markt, maar hij gaat nog volledig op z’n kop.
'De vergrijzing is in 2028 pas op zijn hoogtepunt, waar gaan we dan de mensen vandaan halen? De enige oplossing op lange termijn is, naast opleiden, om talentontwikkeling in het dna te verankeren.’
Dit artikel staat ook in Adformatie #20.