VP Bradley Horowitz: 'Het Google +-verhaal moet beter worden verteld'

Voordat hij doorreist naar Lubeck om een kijkje te nemen bij de nieuwe aanwinst van Google, +Nik Software, komt Bradley Horowitz, vice president voor Google’s social products, waaronder Google+, naar het Amsterdamse kantoor voor een korte meeting met Nederlandse pers en bloggers.

Echt iets nieuws heeft hij niet te vertellen. Horowitz zegt zelf: ‘Het verhaal van Google+ moet beter worden verteld’. Volgens hem begrijpt de pers Google+ niet. ‘De gedachte is: Google wil ook iets socials doen, maar dat is onterecht. Naast het feit dat we allang sociale projecten hadden - YouTube, Blogger - is Google+ iets anders dan een nieuw sociaal platform.’

Google+ moet de silos van de Googleproducten - Horowitz’ eigen woorden - afbreken. Google+ is de optelling van de Googleproducten.

Maar hij steekt ook hand in eigen boezem: ‘Onze strategie klopt, maar hoe we het tot uitvoering brengen kan zeker worden verbeterd.’

Geen cijfers
Het is niet de eerste keer dat Horowitz dit meldt. Net als dat hij zegt dat Google geen cijfers bekendmaakt. Hoe graag we ook alle cijfers over Google+ zouden willen hebben, Google geeft slechts een paar data vrij. ‘Als we beginnen met het openbaren van de cijfers dan moeten we dat elk kwartaal gaan doen – het kan niet eenmalig. En er zijn financiële consequenties bij het bekendmaken van die gegevens.’

Weinig vertrouwen heeft hij daarnaast in het meetwerk van derden. In de cijfers die derden over Google+ naar buiten brengen, ontbreken bijvoorbeeld cijfers over mobile en de hangouts. Het gebruik van de Google toolbar wordt door hen ook niet gemeten.
Daarnaast, zegt Horowitz is search nog lang niet waar het moet zijn. ‘Het is het nog erg lastig om sociale data in een sociale context te meten. Die techniek is er nog niet.’ Het is dus niet alleen onwil van een Facebook of een Twitter om data voor Google beschikbaar te stellen, aldus Horowitz.
‘Wij waren laat met social, de anderen zijn laat met search’, zegt Horowitz.

Laat op de markt
Hij geeft ook deze ochtend weer aan dat het feit dat Google laat de markt betrad, het bedrijf aan de gebruikers kon vragen wat zij wel en niet belangrijk vonden.
‘Privacy is wat de gebruikers het meest bezighoudt’, aldus Horowitz. ‘Er is online weinig vertrouwen in wat er allemaal met online geposte informatie gebeurt.’ Vandaar de circles in Google+, het moet de gebruikers meer controle geven over de informatie. De gebruiker bepaalt wat hij aan wie laat zien door middel van de circles.

Daarnaast wil Google met onder andere de circles de context in social terugbrengen. Voor gebruikers (je praat anders tegen je vrienden, collega’s en familie), maar ook voor adverteerders.
Horowitz: ‘We geloven in gedeeld delen. Niet alles wat je te melden heeft, hoeft iedereen te bereiken.’

Dat geldt volgens hem ook voor de hangouts (volgens Horowitz het grote succes van Google+), die authenticiteit creëren. Politici hebben ze ontdekt, maar ook artiesten. Het is een omgeving waar direct met medestanders en fans kan worden gecommuniceerd.

Groot verschil
Een ander groot verschil met sociale netwerken is de ‘monetization’. Horowitz: ‘Als ik in gesprek ben met iemand, wil ik niet worden lastiggevallen met commerciële boodschappen.’ Google zet in op endorsements en aanbevelingen van vrienden. ‘Als ik in Amsterdam bij een goed restaurant heb gegeten, heeft het weinig zin om mijn review aan mijn gehele netwerk te laten zien. De meesten van mijn contacten wonen niet in Nederland. Maar op het moment een van hen een trip naar Amsterdam maakt en zoekt naar een goed restaurant, en mijn review popt dan op – dán is er meerwaarde. Op het moment dat het relevant is.’
Mensen nemen meer van vrienden en kennissen aan dan van onbekenden, zoals we inmiddels weten.

Daar wil Google op inzetten, geeft Horowitz maar weer eens aan. ‘Het draait om connecties.’
Bijkomend voordeel is dat bij de huidige groei van mobile, Google geen rekening hoeft te houden met ieniminnie-bannertjes op de kleine schermen. Social search is geschikt voor mobile.

Alles openstellen
En alles openstellen? API? Is dat een idee? Horowitz geeft aan dat dit nu nog gevoelig ligt. ‘We hebben in het verleden Social Graph API gehad, en ‘OpenSocial’. Het was niet zo’n succes, het werd genegeerd door de dominate spelers.’

Horowitz geeft ook aan dat hij het verspreiden van content niet zo’n goed idee vindt, want de context verdwijnt hierdoor, de conversatie kan verloren gaan. ‘Wat is de meerwaarde daarvan? Ik begrijp dat marketeers graag hun content over alles en iedereen uitstrooien, maar het is niet goed voor conversatie, context en uiteindelijk de boodschap.’ En is ook in strijd met wat Google met Google+ doet.

‘We hebben geen haast om in die wereld te stappen, waarbij alles overal is te volgen en te zien. Het is natuurlijk wel de wereld waar we uiteindelijk naar toe willen gaan, maar tot op heden ontbreekt de techniek en kennis hiervoor om dit op een goede manier te doen.’