Onderzoek: 'Transparantie en ethiek voor lobbyisten cruciaal'

Strategisch communicatieadviesbureau Burson-Marsteller presenteert vandaag de uitkomsten van het vijfde Europese lobbyonderzoek. Het onderzoek onthult verschillen in de houding ten op zichte van lobbyisten van politici en hoge ambtenaren uit 19 Europese landen en EU-instellingen. Het onderzoek geeft inzicht in de goede en slechte aspecten van lobbyen, de behoefte aan strengere regels en het gebruik van de sociale media als medium om het beleidsproces te beïnvloeden.

Helaas hebben we niet meer de rechten op de originele afbeelding
adformatie

Beleidsbepalers (NL): tijdige en bruikbare informatie meest positieve aspect van lobbyen

In Nederland wordt door 61% van de respondenten het aspect van tijdige en bruikbare informatie als het meest positieve aspect van lobbyen gezien. Daarnaast zien beleidsbepalers 'het zorgen voor nationale of lokale aandacht voor een specifiek onderwerp' als een belangrijk aspect van lobbyisten.

Ethiek en transparantie essentieel bij ontwikkelen beleid

Bijna 9 van de 10 respondenten zijn het eens of zeer eens met de stelling dat ‘ethisch en transparant lobbyen, helpt bij het ontwikkelen van beleid’. Over het algemeen worden lobbyisten dan ook als transparant ervaren. Vooral professionele organisaties, bedrijven, vakbonden en NGO’s doen het goed en worden als transparant ervaren. Public Affairs kantoren worden als minder transparant beoordeeld. Dit komt vaak doordat onbekendheid bestaat over hun werkzaamheden.

Strengere regelgeving voor lobbyen is nodig

De meeste respondenten zijn van mening dat een strengere regelgeving nodig is. Dit terwijl slechts de helft verwacht dat er binnen drie jaar nieuwe regels zullen komen. Meer dan de helft van de respondenten (53 %) vinden dat een verplicht register in hun land nuttig zou zijn, in tegenstelling tot 22% die een verplicht register niet nodig vinden. In Europa scoort Nederland het laagste percentage wat betreft de kennis over aanwezigheid van eventuele regelgeving met betrekking tot lobbyen.

De resultaten van het onderzoek wijzen uit dat brancheorganisatie het meest effectief lobbyen (62 %), gevolgd door professionele organisaties en NGO’s. Echter, er zijn grote verschillen tussen de landen: zo worden in Duitsland NGO’s (78 %) en Public Affairs kantoren (71 %) als meest effectief beoordeeld.

In Nederland hebben sociale media meer impact op beleidsproces dan Europa-breed

Specialistische websites, websites van overheden, wetenschappelijke websites en websites van de traditionele media zijn de belangrijkste online bronnen. Opmerkelijk is het oordeel over de sociale media. Deze zijn weinig behulpzaam en worden nauwelijks geraadpleegd door beleidsmakers. Bijna de helft van de respondenten gebruikt geen Twitter en maar één op de vijf maakt dagelijks gebruik van Facebook. 40% van de respondenten bezoekt één keer per week de websites van een branchevereniging, bedrijf en NGO.
Nederland staat in de top drie van landen in Europa waar Twitter door beleidsbepalers dagelijks tot wekelijks wordt gebruikt (39%). Daarnaast worden specialistische websites (per sector of industrie) door Nederlandse beleidsbepalers als zeer bruikbaar ervaren.

Lees het volledige onderzoek: .

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie