Door Job Hulsman
Camerik Voortman is een communicatiebureau voor overheidsorganisaties en de non-profit, en bestaat sinds 1998. In het klantenpakket vind je maatschappelijke organisaties, zoals gemeentes, provincies, waterschappen, woningcorporaties en onderwijsinstellingen. Medeoprichter Edith Camerik deed begin dit jaar een stapje terug.
De leiding is nu in handen van AnneMarieke Voortman en Sarolta van Beek.
Waarom kiezen jullie daar zo duidelijk voor?
Sarolta van Beek, sinds 2006 werkzaam bij het bureau en sinds 2010 aandeelhouder: ‘Wij zijn op ons best als het vraagstuk de omgeving raakt. Al onze adviseurs wonen in Noord- en Oost-Nederland: van Groningen, waar ik zelf woon, tot Friesland en Overijssel. We zijn begaan met deze regio en willen graag bijdragen aan de ontwikkeling ervan. Zo werken we met de provincie Groningen aan het veiliger maken van een van de gevaarlijkste provinciale wegen, door middel van educatie, interventies en campagnes. Dit is een regio waar andere bewegingen spelen dan in de Randstad. Krimp is een grote uitdaging, net als in Groningen het vraagstuk rond de gaswinning. En dan hebben we nog de uitdagingen die elke regio heeft: hoe trekken we bezoekers naar het gebied en hoe verbeteren we de infrastructuur?’
Er werken uitsluitend vrouwen bij Camerik Voortman, dertien in totaal.* Zijn vrouwen bij uitstek geschikt voor deze focusmarkt?
‘Ik snap dat je dat vraagt, maar om eerlijk te zijn is het geen bewuste keuze. Neemt niet weg dat vrouwen over skills beschikken die in het communicatievak, en zeker in deze sector, goed van pas komen. Bij vacatures gaan we altijd op zoek naar de beste mensen en daar is, toevallig of niet, tot nu toe iedere keer een vrouw uit gekomen.
‘Toen dat op begon te vallen zijn we ook actief met het woord vakvrouwen gaan communiceren. Daar zijn we onlangs weer van afgestapt. We zoeken op het moment een senior adviseur en zijn daarvoor ook in gesprek met mannen. Mannen zijn meer dan welkom, maar alleen als ze de juiste competenties hebben.
‘We zijn geen typisch vrouwennest, dat scheelt. Met adviseurs uit Leeuwarden, Heerenveen, Groningen, Zwolle én Twente in onze gelederen worden er genoeg voetbaldiscussies gevoerd.’
Wat is de rol van communicatie in de projecten die jullie doen?
‘De dialoog aangaan en draagvlak creëren. Bij de meeste projecten zijn veel verschillende stakeholders betrokken: gemeentes, provincies, inwoners, medewerkers, actiegroepen, noem maar op. Daarbij heeft iedere groep een eigen agenda en eigen belangen. Zo hebben we tien jaar lang gewerkt voor het Friese Meren-project van de provincie Fryslân. Er zijn aquaducten en steigers gebouwd, vaarwegen verlegd, er is gebaggerd, en er zijn visstekjes gemaakt. Communicatie is essentieel om zo’n megaproject in goede banen te leiden. Wij kennen het politiek-bestuurlijke spel en zijn goed in het bouwen en onderhouden van relaties. We weten hoe we de dialoog op gang moeten houden. Om die reden hebben we ook niet de ambitie om heel groot te worden. Voor onze manier van werken zijn teamspirit en korte lijnen belangrijk.’
Is hoeverre is het spannend werk?
‘Ondanks de zorgvuldigheid die geboden is in ons werkveld, zoeken we het randje op in fantasie en creativiteit. Zo proberen we de harten van mensen te raken. De communicatietrajecten die wij begeleiden zijn bedoeld om groepen bij elkaar te houden en neuzen dezelfde kant op te krijgen, om zo samen tot de beste maatschappelijke oplossing te komen. Dat moet je leuk vinden én leuk maken.’
Hoe doe je dat laatste?
‘Door beleving toe te voegen en te werken vanuit een visueel concept. Op die manier maken we campagnes die op het eerste gezicht niet zo spannend lijken, alsnog heel interessant. Zo bedachten we een pop-up restaurant, waarin bewoners en andere stakeholders hun mening konden geven over de eventuele komst van een grote hotelketen naar Heerenveen. De opkomst was goed en de harten werden geraakt. Ik weet niet of dat met een informatieavond ook was gelukt.’
Beste campagne
Sarolta van Beek: ‘De campagne die NS voerde rondom de Olympische Winterspelen in Turijn. Het werd de start van een feel good gevoel en een beter imago.’
Vervelendste klant
‘Klanten die zeggen dat ze het groots en anders willen, maar als puntje bij paaltje komt het niet aandurven.’
Beste raad
‘Door samen te werken met collega’s, opdrachtgevers en vakgenoten word je beter. Dat is mijn motto.’
Slechtste advies
‘De klant wil het, dus doe dat nou maar. Of: niet doen, want dat hebben we al een keer geprobeerd. Vreselijke dooddoeners.’
Beste in het vak
‘Geen vakgenoot, maar qua woordvoering vind ik Henk Kamp erg goed. Alex Sheerazi heeft veel indruk op mij gemaakt, met zijn werk rondom de Noord-Zuidlijn. En Chris Janssen met zijn social media-strategie voor Sail Amsterdam.’
Kunnen de regio’s Noord- en Oost-Nederland zichzelf nog beter pr’en?
‘Zonder meer, want er gebeurt genoeg. Groningen is bijvoorbeeld goed bezig op het gebied van healthy ageing, ofwel gezond ouder worden. Friesland heeft op haar beurt veel te bieden op het gebied van watersport. Leeuwarden is bovendien de Culturele Hoofdstad van Europa in 2018. En de provincies Overijssel en Drenthe hebben forse ambities op het vlak van duurzaamheid. Ik denk dat de regio Noord- en Oost-Nederland te bescheiden is.’
Welke rol kunnen jullie daarin spelen?
‘Wij willen in de komende jaren hét bureau zijn voor opdrachtgevers die ertoe doen in Noord- en Oost-Nederland. Het lijkt ons fantastisch om betrokken te zijn bij grote projecten in de energiewereld, zoals de realisatie van windmolenparken, de duurzame ontwikkeling van natuurgebied de Waddenzee of de aardbevingsproblematiek in Groningen.’
Hoe kijk je, als communicatieprofessional én inwoner van Groningen, naar dat laatste thema?
‘Er zijn veel gedupeerden en er is veel schade. Er moet geld terug naar het gebied en daarom is het goed dat het onderwerp nu echt op de agenda staat. Neemt niet weg dat de Nederlandse Aardolie Maatschappij te laat heeft geschakeld en te veel heeft gedacht vanuit de machtige positie die ze altijd heeft gehad. Communicatie is in het begin niet serieus opgepakt. En nog steeds. Als ik het voor het zeggen had, zou ik nog beter met elkaar in gesprek gaan. In een dergelijke situatie kun je niet menselijk genoeg zijn.’
* Het diversiteitsdenken bij Camerik Voortman heeft onlangs geresulteerd in de toevoeging aan het team van de heren Thomas van Rikxoort en Rutger Leistra.