Douwe Egberts geeft concurrentie in België ruimte

Douwe Egberts sloot met de twee producenten van goedkopere imitatiepads een licentieovereenkomst.

In ruil voor het betalen van een vergoeding mogen Beyers Koffie en Cafés Liégois de productie van koffiepads voor Senseo-koffiemachines opnieuw opstarten.

Afgelopen vrijdag werd de zoveelste episode geschreven in de strijd om de productie van Senseo-pads. De koffiepads zijn al geruime tijd de inzet van een juridisch steekspel.

Volgens Douwe Egberts worden in België jaarlijks 4.500 ton koffiepads verkocht. Daarvan neemt Douwe Egberts 60 procent voor zijn rekening.

De overige 40 procent wordt door de concurrentie gemaakt. Al jaren probeert Douwe Egberts de concurrerende producenten juridisch aan te pakken.
In eerste instantie kreeg Douwe Egberts in België, net als in andere landen, ongelijk.

In februari 2004 verbrak de Belgische rechter het monopolie van Douwe Egberts op het maken van koffiepads. Vorige maand in de beroepsprocedure haalde Douwe Egberts wel een overwinning.

Volgens het hof van beroep van Antwerpen betekenen de koffiepads van andere producenten wel een inbreuk op het octrooi. Het hof vindt dat niet alleen het apparaat, maar ook de koffiepads onder het octrooi vallen.

Alle andere pads die op Senseo passen, zelfs als ze voor een andere, gelijkaardige machines zijn gemaakt, vormen een inbreuk op het octrooi.

Voor Cafés Liégois en Beyers Koffie betekende het productieverbod een serieuze streep door de rekening. Niet alleen maken de koffiepads voor de twee een aanzienlijk deel van de omzet uit, het zijn ook de meest winstgevende producten.

De voorbije weken is dan ook druk onderhandeld. Tegen 25 december moesten immers alle niet door Douwe Egberts gemaakte koffiepads uit de winkelrekken. Die onderhandelingen resulteerden gisteren in een akkoord. Cafés Liégois en Beyers Koffie hebben beide een licentieovereenkomst met Douwe Egberts afgesloten.

Zij betalen Douwe Egberts voortaan een vergoeding voor het produceren van pads.

Met de overeenkomst stelden de twee producenten een aanzienlijk deel van hun omzet veilig. Daartegenover staat wel dat een deel van hun winst wordt afgeroomd, tenzij ze de te betalen licentievergoedingen doorrekenen aan de consument.

Daarover wordt de komende weken beslist.
Toch is met het afsluiten van de licentieakkoorden de hele Senseo-saga nog niet van de baan.

Bij het Europees Octrooibureau (EOB) loopt nog een beroepsprocedure over de precieze draagwijdte van het octrooi en de rechten van de octrooihouder.